Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Nieuws


Datum en nieuws - december 2014:


24 december 2014
Wraking rechters afgewezen in zaak dood vijftienjarig meisje

'De rechtbank Oost-Brabant heeft zojuist een verzoek afgewezen tot wraking van de rechters die de zaak rond de verdwijning en dood van een vijftienjarig Eindhovens meisje behandelen. De advocaat van de verdachte in die zaak had om wraking gevraagd.

De verdediging vroeg tijdens een pro forma-zitting op 29 september 2014 om oude stukken aan het strafdossier toe te voegen. De rechtbank stemde op 2 december in met het toevoegen van sommige stukken. Onder meer omdat niet alle stukken werden toegevoegd, besloot de advocaat de rechters in die zaak te wraken. Volgens hem is de beslissing van de rechters zo onbegrijpelijk dat gevreesd kan worden voor hun onpartijdigheid.

De wrakingskamer stelt voorop dat een voor de verdediging onwelgevallige beslissing op zichzelf nog geen aanwijzing is van partijdigheid van de rechters. De rechters hebben hun beslissing op de verzoeken van de advocaat steeds juridisch inhoudelijk gemotiveerd. De wrakingskamer is niet gebleken dat die afweging zodanig onbegrijpelijk was dat dit getuigt van partijdigheid.

De wrakingskamer komt tot het oordeel dat er geen zwaarwegende aanwijzingen zijn dat de rechters vooringenomen waren ten opzichte van de verdachte of dat daarvoor gerechtvaardigde vrees bestond.

De gewraakte rechters mogen de strafzaak dus verder behandelen. Het is nog onbekend wanneer de volgende zitting is.'



24 december 2014
Acht jaar cel en tbs voor wurgen zus in ’s-Hertogenbosch

'Een 37-jarige man uit ’s-Hertogenbosch is vandaag door de rechtbank Oost-Brabant veroordeeld voor doodslag op zijn zus. Hij krijgt een gevangenisstraf van acht jaar en tbs met dwangverpleging.

De man werd in april vorig jaar aangehouden door de politie op verdenking van diefstal van sieraden van zijn zus. In de nacht nadat hij was vrijgelaten, ging de man naar de woning van zijn zus en kreeg daar ruzie met haar. Hij wikkelde een snoer om haar hals en trok dit vervolgens aan. Als gevolg hiervan is de vrouw overleden.

De man verklaarde twee weken geleden tijdens de zitting dat hij in de periode voor het delict stemmen hoorde die hem opdrachten gaven zijn zus iets aan te doen. De verdediging stelt dat hij een psychose had en daarom volledig ontoerekeningsvatbaar is. Volgens de psychiater en de psycholoog sprak de man tijdens uitvoerige gesprekken met hen echter nooit over stemmen die opdracht gaven zijn zus iets aan te doen. De deskundigen stellen dat er ook geen aanwijzingen zijn dat het delict helemaal door een psychose verklaard kan worden. Wel kan worden vastgesteld dat hij functioneert op licht tot matig zwakzinnig niveau en dat hij een antisociale persoonlijkheidsstoornis heeft. Bovendien was hij tijdens het plegen van het delict drank- en drugsverslaafd. Daarom rekent de rechtbank hem het delict in verminderde mate toe.

Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat de man zijn zus op gruwelijke wijze om het leven heeft gebracht. Hij ontnam haar het meest kostbare bezit: het leven. Hiermee werd aan diverse nabestaanden, onder wie de kinderen van de vrouw, onherstelbaar leed aangedaan. Het delict heeft een zeer schokkend karakter en bracht ook buiten de directe omgeving van het slachtoffer gevoelens van angst en onveiligheid teweeg. De rechtbank acht het voor de veiligheid van anderen noodzakelijk om naast de celstraf ook de maatregel van tbs met dwangverpleging op te leggen.'



24 december 2014
Vrouw vrijgesproken van toebrengen letsel driejarig zoontje door laxeermiddel

'De rechtbank Oost-Brabant heeft een 38-jarige vrouw uit Asten vrijgesproken van het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan haar driejarige zoontje. Volgens het Openbaar Ministerie gaf de vrouw haar zoontje geruime tijd laxeermiddelen.

De jongen kampte lange tijd met diarreeklachten, zijn gewicht nam af en hij had een groeiachterstand. In de urine van de jongen troffen specialisten in september en oktober 2012 op vijf tijdstippen een laxeermiddel aan. De officier van justitieeiste een gevangenisstraf voor de moeder van dertig maanden, waarvan tien maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van vijf jaar.

De rechtbank constateert dat het dossier een aantal aanwijzingen bevat die wijzen in de richting van de vrouw als dader. De meest opvallende aanwijzing is dat de gezondheidstoestand van de jongen verbeterde nadat hij van zijn moeder werd gescheiden. Een andere aanwijzing is dat de vrouw de beschikking had over een soortgelijk laxeermiddel dat de jongen in zijn urine had. Ook was zij in de gelegenheid dit aan haar zoontje te geven.

Toch is dat alleen volgens de rechtbank onvoldoende om tot bewijs te komen dat het de vrouw was die het laxeermiddel aan haar zoontje gaf. Deskundigen hebben niet kunnen vaststellen op welke tijdstippen precies het middel aan de jongen is gegeven en omdat ook andere personen bij de jongen konden komen, kan de rechtbank niet met voldoende zekerheid vaststellen dat de vrouw dat gedaan heeft. Ze wordt daarom vrijgesproken.'



24 december 2014
Ook in hoger beroep vijftien jaar cel voor moord op echtgenoot in Venlo

'Het gerechtshof in ’s-Hertogenbosch heeft vandaag een 46-jarige vrouw veroordeeld tot vijftien jaar celstraf. Zij wordt schuldig geacht aan de moord op haar echtgenoot in Venlo. Ook moet zij de twee zonen van het slachtoffer een schadevergoeding betalen.

De Rechtbank Limburg had de vrouw in april van dit jaar ook al tot vijftien jaar gevangenisstraf veroordeeld. Het tegen dat vonnis ingestelde hoger beroep heeft niet tot een andere strafoplegging geleid.

Voorbedachte rade
In september 2012 heeft de van oorsprong Thaise vrouw haar echtgenoot met een paar dagen tevoren aangeschafte bijl om het leven gebracht. Naar het oordeel van het hof had zij deze bijl gekocht om haar echtgenoot daarmee om het leven te brengen. De reden daarvoor was dat de man had gezegd dat hun relatie voorbij was en dat zij terug moest naar Thailand. Dat wilde zij niet. Nadat zij de man had vermoord, heeft zij ook gepoogd zichzelf van het leven te beroven.

De vrouw wordt volledig toerekeningsvatbaar geacht. Zij heeft slechts in beperkte mate willen meewerken aan psychologisch en psychiatrisch onderzoek. Een ziekelijke stoornis die haar tot de moord zou kunnen hebben gebracht, is niet vastgesteld.

De vrouw heeft de nabestaanden van de man een onomkeerbaar verlies en groot leed toegebracht door hem op gewelddadige wijze van het leven te beroven. Het hof vindt een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming van lange duur een gepaste straf.'



23 december 2014
Korte celstraf voor ouders die hun adoptiekinderen sloegen

'De meervoudige strafkamer van het gerechtshof Den Haag heeft op 23 december 2014 in hoger beroep de ouders van twee kinderen veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 1 maand. Daarnaast is een voorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd, van 2 maanden voor de vader en van 1 maand voor de moeder. Het hof acht bewezen dat de ouders hun kinderen meermalen hebben geslagen. De kinderen hadden een immateriële schadevergoeding geëist. Deze is voor een beperkt deel ten laste van de ouders toegekend.

Het hof acht bewezen dat de ouders in en bij de woning van het gezin te Hendrik Ido Ambacht hun kinderen in de loop der jaren van 1999-2010, meer dan eens hebben geslagen. Zij hadden de kinderen uit Polen op jonge leeftijd geadopteerd. De kinderen kampten door hun achtergrond met gedragsproblemen en waren moeilijk opvoedbaar. De ouders hebben de aantijgingen ontkend. Verschillende onderdelen van de tenlastegelegde mishandelingen zijn door het Haagse hof niet bewezen geacht.

Het openbaar ministerieheeft in hoger beroep 24 maanden onvoorwaardelijke celstraf voor de vader geëist en 24 maanden celstraf waarvan 6 maanden voorwaardelijk voor de moeder. De rechtbank had beiden vrij gesproken wegens gebrek aan betrouwbaar bewijs. Hiertegen had het openbaar ministerie hoger beroep aangetekend. Het hof heeft geoordeeld dat de verschillende getuigenverklaringen, van vooral buren (het gezin was twee keer verhuisd) en van de aangiften van de kinderen, wel tot bewijs van een klein deel van het tenlastegelegde kunnen leiden.'



22 december 2014
Celstraf voor hardnekkige handelaar in illegaal vuurwerk

'Een 68-jarige handelaar in illegaal en zwaar vuurwerk uit Noordenveld (Drenthe) is door de rechtbank Overijssel veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3,5 jaar. Daarnaast moet hij een eerder opgelegde voorwaardelijke celstraf van 10 maanden uitzitten. De man is veroordeeld voor het opslaan en voorhanden hebben van grote hoeveelheden illegaal vuurwerk in Groningen en Drenthe. In het verleden is hij meerdere keren veroordeeld voor soortgelijke feiten.

Grote hoeveelheden illegaal vuurwerk
De man had in verschillende loodsen en aanhangers grote hoeveelheden illegaal vuurwerk: 4.769 stuks lawinepijlen, 23.500 stuks knalvuurwerk en daarnaast nog eens 1254 kg professioneel vuurwerk. De opslagplaatsen voldeden niet aan de daarvoor gestelde eisen. Ook was hij in het bezit van een gaspistool en knalpatronen. De man is wegens gebrek aan wettig en overtuigend bewijs vrijgesproken van de opslag van 19.500 lawinepijlen in Duitsland en de opslag en het ter beschikking stellen van een andere partij bij één van de medeverdachten.

Aanzienlijk gevaar voor omgeving
Het potentiële gevaar voor omwonenden en andere gebruikers van de diverse opslagplaatsen was aanzienlijk, nu deze niet geschikt en ingericht waren voor het opslaan van dit zeer gevaarlijke vuurwerk. De man zou als geen ander van deze gevaren doordrongen moeten zijn, vanwege zijn omvangrijke strafblad op het gebied van illegaal vuurwerk en omdat hij – zoals hijzelf zegt – een grote deskundigheid heeft op het gebied van vuurwerk.

Eerder veroordeeld
De 68-jarige Drent is diverse keren – zoals in 2013, 2012 en 2011 – voor het bezit van illegaal vuurwerk veroordeeld tot (gedeeltelijk) onvoorwaardelijke gevangenisstraffen. Geen van die veroordelingen hebben hem er van kunnen weerhouden om zich opnieuw met verboden, zwaar vuurwerk in te laten, waarbij hij er weer niet voor is teruggedeinsd anderen aan grote gevaren bloot te stellen.'



22 december 2014
20 maanden cel voor frauderende belastingconsulente uit Enschede

'De rechtbank Overijssel veroordeelt een 63-jarige vrouw uit Enschede tot een gevangenisstraf van 20 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk en een proeftijd van twee jaar. Zij vulde voor haar klanten opzettelijk de belastingaangifte onjuist in. Hierdoor ontvingen deze klanten onterecht belastingvoordeel. De geschatte schade voor de Belastingdienst is meer van 1 miljoen euro. Als bijzondere voorwaarde mogen de vrouw en haar echtgenoot zich in haar proeftijd niet bezig houden met het invullen van belastingaangiften voor anderen.

Bij haar thuis
Over de jaren 2009 tot en met 2013 diende de vrouw meer dan 2500 belastingaangiften in voor haar klanten. In de meeste gevallen voerde zij verzonnen en te hoge aftrekposten op. Voor het invullen van de aangiften rekende de vrouw 35 tot 45 euro per aangifte.

Haar klanten kwamen bij haar thuis om de aangifte in te laten vullen. Nadat de Belastingdienst haar op het spoor kwam en eind 2013 haar woning doorzocht, verhuisde de vrouw haar werkzaamheden. Om niet via het eigen IP-adres ontdekt te worden, vulde ze de digitale formulieren na die tijd in bij haar klanten thuis.

Vertrouwen beschaamd
De Belastingdienst moet erop kunnen vertrouwen dat ingediende belastingaangiften correct zijn ingevuld. De vrouw heeft dat vertrouwen in een groot aantal gevallen beschaamd, met een aanzienlijk belastingnadeel en veel extra werk voor de Belastingdienst tot gevolg.

Daarnaast moeten de klanten voor wie de Enschedese onjuiste aangiften deed, de onterechte teruggaven — met heffingsrente — terugbetalen aan de Belastingdienst, met alle betalingsproblemen van dien. De rechtbank rekent verdachte dit zwaar aan.

Geen symbolische schadevergoeding
De rechtbank oordeelt dat de vrouw geen symbolische schadevergoeding van 10.000 euro hoeft te betalen aan de Belastingdienst, zoals de officier van justitie had gevraagd. Het controleren van belastingaangiften is namelijk in beginsel een van de kerntaken van de Belastingdienst. Daarnaast ontbreekt enig overzicht van de extra kosten die de Belastingdienst zou hebben gemaakt.

Terugbetalen
De officier van justitie eiste verder dat de vrouw 125.000 euro aan illegaal verdiend geld moet betalen. Dat bedrag zou zij hebben verdiend met de vergoedingen die haar klanten gaven voor het invullen van hun belastingaangiften. De rechtbank oordeelt dat deze ontnemingsvordering op een nieuwe zittingsdatum verder onderzocht moet worden.'



22 december 2014
Vijftal veroordeeld voor diefstal beagles in Escharen

'De rechtbank Oost-Brabant heeft vijf verdachten veroordeeld voor diefstal van beagles uit een bedrijf dat honden gebruikt voor dierproeven. De mannen uit Haarlem, Den Haag en Hoorn (36, 46 en 51 jaar) en vrouwen uit Den Haag en België (45 en 49 jaar) krijgen ieder een taakstraf van vijftig uur en een voorwaardelijke celstraf van één maand.

De honden werden door het bedrijf in Escharen binnen de wet- en regelgeving voor dierproeven gebruikt. Uit persoonlijke overtuiging zijn de verdachten het niet eens met die wet- en regelgeving en daarom organiseerden ze begin april 2013 een zogenoemde ‘bevrijdingsactie’. Ze klommen ’s nachts met ladders over een hek van het bedrijf en haalden op het terrein zes beagles uit hun hokken en namen de honden mee.

Geen rechtvaardiging diefstal
Volgens de verdachten handelden ze in een noodsituatie, maar dat vindt de rechtbank niet aannemelijk. De verdachten hebben tot aan de diefstal met legale middelen als handtekeningenacties en informatiestands campagne gevoerd tegen dierproeven. Dat daarbij niet snel genoeg het gewenste resultaat is geboekt, wil volgens de rechtbank niet zeggen dat een acute noodsituatie ontstond waarin de verdachten geen andere keuze hadden dan het stelen van de honden. Uit de verklaringen van de verdachten maakt de rechtbank verder op dat de actie met name was bedoeld om de publiciteit te zoeken en het publieke debat over dierproeven aan te wakkeren. Om die reden hadden de verdachten geregeld dat een cameraploeg van een tv-zender de inbraak filmde. Ook dit publicitaire doel had op een andere, legale wijze kunnen worden bereikt.

De rechtbank verwerpt ook het beroep dat de verdachten reageerden op grond van een innerlijke, ethische overtuiging. Dat zij het oneens zijn met de wet- en regelgeving voor dierproeven, wil niet zeggen dat ze de strafwet mogen overtreden om hun overtuiging kracht bij te zetten en aandacht te vragen voor het lot van de beagles.

Passende straf
De rechtbank oordeelt dat het om een ernstig strafbaar feit gaat waarbij de eigenaar van de honden aanzienlijke financiële schade heeft opgelopen. De diefstal heeft daarnaast geleid tot gevoelens van onzekerheid en onveiligheid bij de houder van de honden die op het terrein woont waar de diefstal plaatsvond. De rechtbank houdt er bij het bepalen van de straf in het voordeel van de verdachten rekening mee dat zij zichzelf op de dag van de diefstal bij de politie hebben aangegeven en volledige medewerking aan het onderzoek hebben verleend. Daarnaast weegt mee dat de verdachten niet handelden om geld te verdienen of uit ander persoonlijk belang. De rechtbank legt naast de taakstraf een voorwaardelijke gevangenisstraf op om de verdachten ervan te weerhouden nogmaals een dergelijke actie op touw te zetten. De verdachten hebben namelijk aangegeven nog steeds achter het plegen van de diefstal te staan. Het valt daarom niet uit te sluiten dat zij in de toekomst weer de publiciteit zoeken met wat door hen als een gerechtvaardigde bevrijdingsactie wordt gezien. Ook moeten de verdachten het bedrijf een schadevergoeding betalen van in totaal 3000 euro.'



22 december 2014
Twee jaar celstraf voor loverboy, medeverdachten ook veroordeeld

'De rechtbank Gelderland heeft twee mannen van 21 en 32 jaar en een 24-jarige vrouw uit Arnhem veroordeeld voor mensenhandel. Het slachtoffer was een minderjarig meisje.

De rechtbank heeft de 21-jarige man een celstraf van 36 maanden waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren opgelegd. De 32-jarige man is veroordeeld tot een celstraf van 12 maanden waarvan zes maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. De vrouw is veroordeeld tot 240 uur werkstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 180 dagen, met aftrek van drie dagen voorlopige hechtenis, met een proeftijd van 2 jaar. Verder moeten veroordeelden gezamenlijk een schadevergoeding aan het slachtoffer betalen.

Kinderporno
De rechtbank heeft de 21-jarige man schuldig bevonden aan de mishandeling en bedreiging en wederrechtelijke vrijheidsbeneming van het slachtoffer. De rechtbank acht bewezen dat de 32-jarige man en de vrouw kinderporno hebben vervaardigd en of in hun bezit hebben gehad. Ook oordeelt de rechtbank dat de twee de kinderporno hebben verspreid en openlijk tentoongesteld door foto’s en een profiel van het slachtoffer te maken voor een advertentie. Ze hebben haar op deze wijze als prostituee aangeboden.

Loverboy
De jongste man had een relatie met het slachtoffer. Vervolgens zijn er foto’s en een profiel gemaakt voor een seksadvertentie, waarna het slachtoffer zich op internet heeft aangeboden als prostituee. Het slachtoffer heeft ruim een maand in de prostitutie gewerkt. De verdachten werkten samen voor het maken van afspraken met klanten en het brengen van het slachtoffer naar de klanten. Daarnaast bestond er een afspraak over de verdeling van het verdiende geld, waarbij de 32-jarige man die als chauffeur fungeerde, een rijvergoeding kreeg en de 21-jarige man de rest. Het slachtoffer heeft niets ontvangen.'



19 december 2014
Haagse hof legt hoge celstraffen op voor plaatsen vuurwerkbom aan flitspaal

'Het Gerechtshof Den Haag veroordeelt één van de verdachten die in oktober 2011 betrokken was bij het ophangen van een vuurwerkbom aan een flitspaal te Voorschoten tot een gevangenisstraf van 45 maanden, waarvan 6 voorwaardelijk. Medewerkers van de Explosieven Opruimingsdienst (EOD) raakten ernstig gewond door de vuurwerkbom. Het Haagse hof komt tot een aanzienlijk langere gevangenisstraf dan de rechtbank. De verdachte was al enige tijd vrij, maar moet weer terug naar de gevangenis.

Het Haagse hof veroordeelt de andere verdachte vanwege zijn meer ondergeschikte rol tot een gevangenisstraf van 36 maanden. Deze verdachte heeft zijn straf al uitgezeten.

Het hof houdt beide mannen verantwoordelijk voor de gevolgen van de explosie van de bom, omdat zij hadden kunnen voorzien dat het ophangen van de bom de aandacht zou trekken van anderen en de EOD zou worden ingeschakeld. Dat er zich in de ontmantelingsprocedure onvolkomenheden hebben voorgedaan, doet aan die verantwoordelijkheid niet af.'



19 december 2014
Verlaging kinderbijslag Turkije en Egypte geoorloofd

'De verlaging op grond van het woonlandbeginsel van de Nederlandse kinderbijslag voor kinderen die in Turkije of Egypte wonen, is niet in strijd met het internationale recht. Voor kinderen die in Marokko wonen is dat wel het geval.

Dit blijkt uit een aantal uitspraken van de Centrale Raad van Beroep van vorige week. De CRvB is de hoogste rechter op het gebied van het sociale bestuursrecht, het burgerlijke en militaire ambtenarenrecht en delen van het pensioenrecht.

Woonlandbeginsel
Het woonlandbeginsel is ingevoerd in 2012. De Wet woonlandbeginsel maakt dat de hoogte van bepaalde uitkeringen wordt aangepast aan de levensstandaard en het kostenniveau van het land waar de persoon woont die de uitkering ontvangt. De verlaging geldt niet voor landen van de Europese Unie, omdat Europese regels die verlaging niet toestaan.

Verlaging
De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep gaat over de kinderbijslag voor kinderen die in Turkije, Marokko of Egypte wonen. De kinderbijslag is toegekend vóór de invoering van de Wet woonlandbeginsel en was even hoog als de kinderbijslag voor kinderen die in Nederland wonen. De Sociale Verzekeringsbank, die de Algemene Kinderbijslagwet uitvoert, heeft de kinderbijslag in overeenstemming met de nieuwe wet met ingang van 2013 met 40 procent verlaagd voor Turkije en Marokko en met 60 procent voor Egypte.

Eerste aanleg
Eerder besliste de rechtbank Amsterdam dat de kinderbijslag mag worden verlaagd voor Turkije en niet voor Marokko. Voor Marokko is dat in strijd met het internationale recht. Voor Turkije is dat niet zo. De Centrale Raad van Beroep is het daar mee eens.

De rechtbank Amsterdam besliste dat de verlaging van de kinderbijslag voor Egypte wel in strijd was met het internationale recht. De Centrale Raad van Beroep het daar niet mee eens.'



19 december 2014
Vuurwerkverbod Hilversum geldt niet

'Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hilversum is niet bevoegd om een vuurwerkverbod in te stellen. Het gaat om een kwestie van openbare orde en dat is niet de bevoegdheid van het college. De voorzieningenrechter schorst daarom het eerder genomen besluit van het college. Dit betekent dat het vuurwerkverbod niet geldt.

Het college wilde een vuurwerkverbod voor een winkel- en uitgaansgebied instellen tijdens de jaarwisseling. Een vuurwerkhandelaar, wiens winkel grenst aan het betreffende gebied, maakte bij de gemeente bezwaar tegen deze beslissing. In afwachting van de beslissing van de gemeente op de bezwaarprocedure, vroeg de handelaar om een voorlopige voorziening van de rechtbank.

College onbevoegd
In deze zaak wilde het college de mogelijkheden om vuurwerk af te steken tijdens de viering van oud en nieuw voor de inwoners van Hilversum indammen, maar voor die beperking door het college is geen wettelijke bevoegdheid. Een vuurwerkverbod valt onder de handhaving van de openbare orde. In de Gemeentewet is dat eenduidig aan de burgemeester opgedragen. Er is geen andere nationale wet die aan het college van burgemeester en wethouders een taak opdraagt op dit vlak.'



19 december 2014
Gevangenisstraf voor veroorzaken dodelijk ongeval door Culemborger

'De rechtbank Gelderland heeft een 62-jarige man uit Culemborg veroordeeld tot veertien maanden gevangenisstraf waarvan zes voorwaardelijk, een rijontzegging van 4,5 jaar en zeshonderd euro boete voor het veroorzaken van een dodelijk verkeersongeval terwijl hij onder invloed was van alcohol. De man is op de verkeerde weghelft gekomen en is toen gebotst tegen de auto van het slachtoffer. Met dit tragische ongeval is onomkeerbaar en groot leed ontstaan voor de nabestaanden. Zij hebben op de zitting hun verdriet ook uitgesproken.

Opnieuw in de fout
De man die het ongeval veroorzaakte, heeft zelf verklaard dat hij op de verkeerde weghelft kwam omdat hij een black-out had. Maar de rechtbank is van oordeel dat dit niet kon worden bewezen.
Ook heeft de man tot op de zitting volgehouden dat hij, ondanks zijn alcoholgebruik, dacht dat hij nog wel kon rijden. De rechtbank vond dat de man hiermee een groot gebrek aan inzicht toonde.
De rechtbank heeft het verdachte vooral kwalijk genomen dat hij binnen zeven maanden na dit ongeval opnieuw met een forse hoeveelheid alcohol op is gaan rijden en opnieuw gevaar op de weg heeft veroorzaakt. Ook hiervoor moest de man zich verantwoorden op zitting en ook hiervoor is hij vandaag veroordeeld.

Straffen
De rechtbank heeft bepaald dat de man moet worden behandeld voor zijn alcoholprobleem. Daarom wordt een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk opgelegd, met als bijzondere voorwaarden dat hij zich laat behandelen onder begeleiding en toezicht van de reclassering.

Voor alle feiten samen is een rijontzegging van 4,5 jaar opgelegd. Tot slot krijgt de man een geldboete van zeshonderd euro voor het veroorzaken van gevaar op de weg. Dit laatste feit is voor de wet een overtreding en geen misdrijf, en moet daarom apart bestraft worden.'



19 december 2014
Maximale werkstraf en jaar lang niet rijden voor rijschoolhouder die dodelijk ongeval veroorzaakt

'De rechtbank Gelderland heeft een 58-jarige rijschoolhouder veroordeeld tot een werkstraf van 240 uur omdat hij schuldig is aan het veroorzaken van een verkeersongeval. Ook mag de man van de rechtbank een jaar lang geen motorrijtuigen besturen.

De man is op de weghelft voor tegemoetkomend verkeer terechtgekomen en heeft daar twee meisjes op een scooter aangereden. Als gevolg hiervan is een 16-jarig meisje om het leven gekomen en een 15-jarig meisje ernstig gewond geraakt.

Onherstelbaar leed
De rechtbank realiseert zich tot welk onuitsprekelijk en onherstelbaar leed dit ongeval heeft geleid bij de nabestaanden van het overleden meisje. Ook het 15-jarige meisje, dat zwaar gewond is geraakt, heeft tijdens de zitting kenbaar gemaakt hoe ernstig voor haar de gevolgen van het ongeval zijn en met welk verdriet zij kampt.

Gevolgen erg aangrijpend
Verdachte zelf heeft tijdens de zitting laten zien dat het ongeval, en de fatale gevolgen daarvan, hem enorm hebben aangegrepen. De wetenschap dat door zijn handelen een meisje om het leven is gekomen en een andere meisje zwaar letsel is toegebracht, drukt zwaar op de man, maar ook op zijn vrouw en gezinsleden.

Toedracht onduidelijk
De reden waarom verdachte op de verkeerde weghelft is terechtgekomen, is niet duidelijk geworden. De nabestaanden hebben laten blijken dat zij er grote moeite mee hebben dat de precieze oorzaak niet helder is en dat de man daarover geen uitspraak kan doen. Gelet op medische informatie in het dossier is aannemelijk dat de man door medische redenen (een acute stressstoornis) zich daadwerkelijk de toedracht van het ongeval niet meer kan herinneren. Dit neemt niet weg dat er in de zin van de Wegenverkeerswet 1994 sprake is van schuld.'



19 december 2014
In exceptioneel geval recht op vergoeding niet-gedekte zorg

'In uitzonderlijke gevallen bestaat bij een zorgverzekering aanspraak op vergoeding van zorg die geen deel uitmaakt van het wettelijk verzekerd pakket (het basispakket). Dat heeft de Hoge Raad vandaag beslist.

De uitspraak gaat over een meisje van elf jaar oud dat lijdt aan een zeer zeldzame ziekte. De gevolgen van die ziekte zijn zeer ernstig en kunnen onomkeerbaar zijn (onherstelbaar weefselverlies, uiteindelijke amputatie, invaliditeit en afname van levensverwachting). Bovendien veroorzaakt de ziekte buitengewoon veel pijn.

Bij het meisje valt de ziekte niet onder controle te krijgen met de doorgaans daarvoor gebruikte geneesmiddelen. Daarom heeft de behandelend specialist een geneesmiddel voorgeschreven dat alleen voor volwassenen in het basispakket is opgenomen. Bij volwassenen werkt dat geneesmiddel goed. Andere behandelingsmogelijkheden met een te verwachten positief effect zijn er voor het meisje niet.

De verzekeraar heeft geweigerd het geneesmiddel te vergoeden omdat dit niet is opgenomen in het basispakket. Het geneesmiddel is erg duur. Daardoor kunnen de ouders van het meisje de kosten van het gebruik ervan niet betalen. Zij hebben tegen de verzekeraar een kort geding aangespannen om gedaan te krijgen dat deze het middel toch vergoedt.

De rechter heeft de vordering van de ouders toegewezen. Hij was van oordeel dat sprake is van zodanige bijzondere omstandigheden dat de verzekeraar het middel behoort te vergoeden. Daarvoor wees hij onder meer op het volgende:
- de enige reden dat het geneesmiddel niet in het basispakket zit voor kinderen, is dat er bij kinderen onvoldoende onderzoek naar het geneesmiddel is gedaan;
- dat komt door het feit dat de ziekte bij kinderen zeer zeldzaam is (op dit moment hebben ongeveer twintig kinderen deze ziekte in Nederland, van wie drie in de ernstig vorm waarin het meisje dit heeft);
- vanwege ditzelfde feit is voldoende onderzoek bij kinderen ook niet mogelijk;
- uit de literatuur is echter bekend dat het geneesmiddel ook bij kinderen werkt.

De Hoge Raad heeft het cassatieberoep tegen het vonnisvan de voorzieningenrechter verworpen.

In zijn uitspraak stelt de Hoge Raad voorop dat vergoeding buiten het basispakket in beginsel niet mogelijk is. Naar de bedoeling van de wet omvat de dekking van de zorgverzekering uitsluitend het basispakket. Het is niet aan de rechter om hierop uitzonderingen te maken.
In uitzonderlijke gevallen kan dat echter anders zijn. Het moet dan gaan om een geval waaraan de wetgever niet heeft gedacht bij de totstandkoming van de Zorgverzekeringswet. Verder moet het om zorg gaan die behoort tot wat de wetgever voor ogen heeft gestaan bij de ‘noodzakelijke zorg’ die in het basispakket moet zitten.
De aanspraak bestaat in dat geval als is voldaan aan de volgende voorwaarden: (i) de kosten van de zorg of het geneesmiddel zijn zodanig hoog dat de verzekerde deze niet zelf kan opbrengen, (ii) alternatieven ontbreken, (iii) de zorg of het geneesmiddel is noodzakelijk in verband met een medisch zeer ernstige toestand die levensbedreigend is dan wel leidt tot ernstig lijden, en (iv) aan te nemen valt dat die zorg of dat geneesmiddel in aanmerking komt of zal komen om te worden opgenomen in het pakket. Terughoudendheid is op haar plaats bij het aannemen van deze aanspraak.

De beslissing van de voorzieningenrechter komt volgens de Hoge Raad erop neer dat in deze zaak sprake is van bedoeld soort van uitzonderlijk geval, en dat is voldaan aan genoemde voorwaarden.

De uitspraak betekent dat ook in andere uitzonderlijke gevallen sprake kan zijn van een recht op vergoeding van niet-gedekte zorg. Dan moet wel zijn voldaan aan de eisen die in de uitspraak worden genoemd.'



18 december 2014
Geen straf voor politieagent na schieten op inbrekers

'De rechtbank Overijssel legt geen straf op aan een politieman die in de nacht van 7 op 8 februari 2013 vier schoten loste op inbrekers in Zwartsluis. De agent betrapte samen met een collega enkele inbrekers met een auto bij een bedrijfspand. Hij loste twee schoten op de auto toen die op hem af kwam rijden. Direct daarop loste hij twee schoten op een man die uit het pand kwam lopen. De rechtbank spreekt de politieman vrij van poging tot doodslag en toebrengen zwaar lichamelijk letsel op de onbekend gebleven bestuurder van de auto. Voor het schieten op de lopende man legt de rechtbank hem geen straf op omdat sprake was van noodweerexces.

Inbraak
De agent werd die nacht samen met een collega naar een melding van een inbraak bij een bedrijfspand geroepen. Bij aankomst troffen ze voor het pand een auto aan. De agent stapte uit en liep richting de auto. Zijn collega gaf het kenteken van de auto door aan de meldkamer. Op dat moment hoorde de agent dat er gas gegeven werd en zag hij de auto op zich afkomen. Hij schreeuwde ‘Stop politie!’, stapte opzij en vuurde tweemaal op de auto. Vrijwel tegelijkertijd zag hij een man uit de deur van het pand komen. Hij vuurde daarop tweemaal in de richting van die man en raakte hem in zijn linkerbeen. De andere agent schoot ook twee keer op de rechtervoorband van de wegrijdende auto. De auto verdween uit het zicht en werd enkele uren later leeg en beschadigd door politiekogels teruggevonden. De gewonde man en een medeverdachte konden bij het pand worden aangehouden.

Auto
Het Openbaar Ministerie (OM) is van mening dat de agent niet op de auto had mogen schieten, omdat niet gebleken is dat deze daadwerkelijk op de agent is ingereden. De rechtbank is echter van oordeel dat wel degelijk aannemelijk is geworden dat sprake was van een onmiddellijk dreigend gevaar voor de agent, omdat de auto op korte afstand op hem af kwam rijden. De agent heeft verder steeds verklaard dat hij bewust laag op de rechtervoorkant van de auto geschoten heeft omdat hij de bestuurder, die hij in het donker met de koplampen van de auto op zich gericht niet kon zien, niet wilde raken. De rechtbank spreekt hem dan ook vrij van poging tot doodslag op de bestuurder van de auto.

Noodweerexces
De rechtbank is net als het OM van oordeel dat wat betreft het schieten op de lopende man geen sprake was van noodweer. Niet is gebleken dat de man de agent aan wilde vallen. De rechtbank oordeelt echter dat het aannemelijk is dat het schieten op de man het directe gevolg is geweest van de spanning en stress door de dreigende situatie met de auto van vlak daarvoor. Tussen het moment dat de collega van de agent het kenteken van de auto doorgaf aan de meldkamer en het moment dat de agenten melding maakten van de schoten zaten slechts 8 seconden. De agent heeft naar het oordeel van de rechtbank in die korte tijd onder spanning en stress geen goede inschatting kunnen maken van de nieuwe situatie en acht het handelen van de agent daarom verontschuldigbaar.'



18 december 2014
Man uit Afghanistan hoeft Nederland (voorlopig) niet uit

'De rechtbank Oost-Brabant heeft bepaald dat een twintigjarige Afghaan uit Tegelen voorlopig niet mag worden uitgezet. De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie moet de asielaanvraag van de man opnieuw beoordelen.

De man vroeg eerder al asiel aan in Nederland omdat hij is bekeerd tot het christendom en gevaar zou lopen in Afghanistan. De staatssecretaris wees deze aanvraag af, omdat hij de bekering ongeloofwaardig vond. De laatste aanvraag onderbouwde de Afghaan met een verklaring van de hulpbisschop van Roermond die getuigde over de oprechtheid van de bekering. De staatssecretaris wees de aanvraag wederom af omdat hij de hulpbisschop niet ziet als een deskundige. Ten onrechte, aldus de rechtbank. De conclusie van de hulpbisschop hoeft gezien zijn deskundigheid ook geen nadere motivering, zoals de staatssecretaris eist. De rechtbank oordeelt dat er geen reden is om aan te nemen dat de verklaring van de hulpbisschop onzorgvuldig is. Uit het feit dat de hulpbisschop een oprechte innerlijke geloofsovertuiging heeft vastgesteld bij de man blijkt al op zichzelf dat hij ook oprechte motieven moet hebben gehad voor zijn bekering tot het christelijk geloof, aldus de rechtbank.'



18 december 2014
Klacht oud-burgemeester Schiedam tegen accountant deels gegrond

'Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) verklaart de klacht van de voormalige burgemeester van Schiedam tegen de accountant die in 2011 onderzoek deed naar haar handelen deels gegrond en legt de accountant een berisping op.

Bij dat onderzoek handelde de accountant op een aantal belangrijke onderdelen in strijd met de fundamentele beginselen van deskundigheid en zorgvuldigheid en van objectiviteit.

Zo liet hij na om de oud-burgemeester tijdig schriftelijk te informeren over de onderzoeksopdracht en de uitbreiding daarvan. Verder bood hij haar niet op juiste wijze gelegenheid om op een concept van het rapport te reageren. Het rapport vermeldt bovendien ten onrechte dat de oud-burgemeester niet had gereageerd op interviewverslagen.

De conclusies over de vermindering van opdrachtverstrekkingen aan een aannemingsbedrijf en de rol van de voormalig burgemeester hierin zijn te ongenuanceerd en onvolledig.

Het CBb laat in een andere uitspraak de waarschuwing die de accountant had gekregen naar aanleiding van de klacht van een gemeenteambtenaar over hetzelfde rapport in stand.'



12 december 2014
Utrechtse portier schuldig aan mishandeling

'De politierechter oordeelde vrijdag dat een 46-jarige Utrechtse portier schuldig is aan het mishandelen van twee cafébezoekers in mei 2012 in Utrecht. De man moet aan één van de slachtoffers een schadevergoeding betalen.

De rechter vindt wettig en overtuigend bewezen dat de portier de twee slachtoffers heeft mishandeld. Beide slachtoffers hebben kort na het incident en onafhankelijk van elkaar verklaringen afgelegd en zijn in een later stadium gehoord door de rechter-commissaris. De afgelegde verklaringen bij de rechter-commissaris komen overeen met de direct na het incident afgelegde verklaringen bij afzonderlijke politieagenten.

De rechter oordeelde dat de man schuldig is, maar legde niet de €300,- geldboete op zoals door de officier van justitiewas geëist. De rechter woog bij het bepalen van een passende straf mee dat deze strafzaak grote gevolgen voor de man heeft gehad. Hij verloor zijn baan, onderneming en is zijn huis kwijtgeraakt. Ook werd de vergunning van de man ingetrokken waardoor hij niet meer als portier kan werken. De rechter woog bovendien mee dat de zaak een lang tijdsverloop heeft gehad. Wel moet de man een schadevergoeding aan één van de slachtoffers betalen.'



12 december 2014
Vrijspraak voor taxichauffeur

'De rechtbank Gelderland heeft een 65-jarige (regio-)taxichauffeur vrijgesproken van het plegen van ontucht met een verstandelijk gehandicapte vrouw. Hij zou dit gedaan hebben in de relatie zorgverlener en cliënt. Het OM heeft niet bewezen dat hij werkzaam was in de gezondheidszorg en/of maatschappelijke zorg en de vrouw aan zijn hulp en/of zorg was toevertrouwd.

In de wet wordt een patiënt beschermt tegen misbruik van het psychisch overwicht dat de hulpverlener op hem heeft. Maar ook tegen misbruik van de afhankelijke positie en het vertrouwen van die hulpverlener.

Geen sprake van relatie hulpverlener en patiënt
Het dossier biedt naar het oordeel van de rechtbank geen aanknopingspunt om te kunnen vaststellen dat sprake was van een relatie als die tussen hulpverlener en patiënt, of een vergelijkbare afhankelijkheidsrelatie.

Het OM heeft dit wel op die manier tenlastegelegd. Omdat er geen wettig bewijs met betrekking tot deze bestanddelen is, heeft de rechtbank verdachte vrijgesproken.'



12 december 2014
Meisjes van scooter beroofd: een jaar cel

'De rechtbank Gelderland heeft twee mannen van 19 en 20 jaar veroordeeld tot 12 en 14 maanden gevangenisstraf voor diefstal met geweld.

De mannen hebben twee meisjes, die ‘s nachts in Arnhem op een scooter reden, geduwd waardoor zij op de grond zijn gevallen. De meisjes hebben daarbij letsel opgelopen. De daders zijn vervolgens op de scooter weggereden.

De rechtbank vindt het kwalijk dat de verdachten door hun handelen voorbij zijn gegaan aan de enorme impact en het leed dat zij bij de slachtoffers hebben veroorzaakt. De psychische gevolgen voor de slachtoffers blijken uit de door hen ter terechtzitting voorgelezen slachtofferverklaringen. Een dergelijke feit veroorzaakt bij slachtoffers en in de maatschappij in het algemeen een groot gevoel van onveiligheid.'



11 december 2014
6 jaar en TBS in zaak ‘Baflo’

'Psychose bepalend voor andere straf.
Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Leeuwarden, heeft vandaag uitspraak gedaan in de strafzaak ‘Baflo’ tegen de man die wordt verdacht van de moord op zijn vriendin, de moord op een agent, twee pogingen tot moord, de bedreiging van drie agenten en de poging tot zware mishandeling van een agent op 13 april 2011 in Baflo.

De beslissing van de rechtbank
De Rechtbank Noord-Nederland, locatie Groningen, heeft verdachte op 5 maart 2013 (ECLI:NL:RBNNE:2013:BZ3265) veroordeeld tot 28 jaar gevangenisstraf voor twee moorden, twee pogingen tot moord, bedreiging van drie agenten en een poging tot zware mishandeling van een agent. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld.

De procedure bij het hof
Het hof heeft op verzoek van de verdediging nog twee gedragsdeskundigen benoemd. In hun onderzoek kwamen zij tot de conclusie dat verdachte onder invloed van een kortdurende psychose had gehandeld.Op 12 november 2014 heeft het hof alle gedragsdeskundigen die in deze zaak een rapport hadden uitgebracht ter zitting gehoord.

De beslissing
Het hof spreekt de verdachte vrij van de tenlastegelegde voorbedachte raad. De doodslag van de vriendin van verdachte, doodslag van een agent, twee pogingen tot doodslag, bedreiging van drie agenten en een poging tot zware mishandeling verklaart het hof bewezen. Bij het doden van zijn vriendin heeft verdachte volledig onder invloed van een kortdurende psychose gehandeld en dit feit wordt hem daarom niet toegerekend. Bij de andere feiten heeft verdachte wel in belangrijke mate onder invloed van deze psychose gehandeld maar zijn handelen werd hierdoor niet volledig bepaald. Het hof legt de maatregel van TBS met dwangverpleging op en een gevangenisstraf van 6 jaren.'



11 december 2014
Veroordelingen vanwege doodslag en verbergen lichaam in Velp

'Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft vandaag uitspraak gedaan in de strafzaken tegen twee vrouwen, Van der Z. en P., en een man, S., die verdacht worden van de moord op een man, gepleegd in Velp in de periode van 30 november tot en met 3 december 2011. Ook worden zij verdacht van het verbergen van het lichaam van het slachtoffer, dat op 3 december 2011 in de kelderbox van zijn woning werd aangetroffen.

Bij de rechtbank
De rechtbank heeft op 7 mei 2013 de drie verdachten veroordeeld voor het medeplegen van moord. De rechtbank was van oordeel dat er tijdens een urenlange periode geweld is uitgeoefend op het toen nog in leven zijnde slachtoffer. De rechtbank vond niet bewezen dat het slachtoffer al was overleden toen zijn lichaam werd verborgen, en sprak daarom vrij van het tweede feit. Van der Z. en S. kregen achttien jaar gevangenisstraf opgelegd. P. werd veroordeeld tot acht jaar gevangenisstraf en TBS met dwangverpleging. De verdachten en de officier van justitiezijn in hoger beroep gegaan van het vonnis.

In hoger beroep
Van der Z. en S. ontkennen geweld te hebben gepleegd jegens het slachtoffer en zeggen dat P. plotseling het geweld heeft gepleegd; P. zegt dat zij, als enige, het slachtoffer heeft geslagen en gestoken met een mes in een vlaag van woede en verwarring.

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de drie verdachten veroordeeld worden voor het medeplegen van zowel moord als het verbergen van het lijk. Zij heeft geëist dat aan de verdachten dezelfde straffen en maatregel worden opgelegd als de rechtbank deed. De advocaten van de ontkennende verdachten hebben om vrijspraak gevraagd. Het hof komt tot een ander oordeel dan de rechtbank. Volgens het hof is niet komen vast te staan dat het slachtoffer langere tijd is mishandeld.

Het hof gaat ervan uit dat er, zoals de drie verdachten verklaren, sprake is geweest van een korte geweldsexplosie, gepleegd door P.. Het hof vindt voorbedachte raad niet bewezen, en spreekt haar daarom vrij van moord, en veroordeelt haar voor doodslag. Het hof oordeelt dat Van der Z. en S. moeten worden vrijgesproken van betrokkenheid bij het doden van het slachtoffer. Het enkele feit dat zij niet hebben ingegrepen is onvoldoende om hen te veroordelen als mededader, aangezien daarvoor een wezenlijke bijdrage nodig is. Het hof vindt vaststaan dat het slachtoffer was overleden toen zijn lichaam naar de kelderbox werd gebracht, en vindt de drie verdachten hieraan schuldig.

Het hof veroordeelt P. tot een gevangenisstraf van vier jaren, en tot TBS met dwangverpleging. Van der Z. en S. krijgen voor het verbergen van het lichaam van het slachtoffer een gevangenisstraf van achttien maanden opgelegd.'



11 december 2014
Hoge gevangenisstraf en TBS voor doden van 2 vrouwen en andere misdrijven

'Het Gerechtshof Den Haag heeft op 11 december 2014 in hoger beroep de verdachte Patrick S. veroordeeld voor gekwalificeerde doodslag, omdat hij Farida Zargar en Nanda Kerklaan om het leven heeft gebracht. Hij is tevens veroordeeld voor onder meer een poging tot gekwalificeerde doodslag, een beroving en het bezit van kinderporno. De (gedeeltelijk) medeverdachte Timothy S. is veroordeeld voor onder meer een poging tot gekwalificeerde doodslag, een beroving, bedreigingen en een woninginbraak.

De verdachte Patrick S. heeft op 5 augustus 2010 Farida Zargar omgebracht en vervolgens haar lichaam verstopt in het Mallebos te Spijkenisse. Pas ruim een jaar later, nadat er in verband met een andere zaak een doorzoeking in de woning van verdachte plaatsvond, kwam zijn betrokkenheid aan het licht. Het hof acht bewezen dat hij haar met messteken en door verwurging om het leven heeft gebracht om haar spullen te stelen.

Het hof acht daarnaast bewezen dat Patrick S. Nanda Kerklaan om het leven heeft gebracht om spullen van haar te stelen. Patrick S. heeft in hoger beroep verklaard dat hij hiervoor niet verantwoordelijk is, maar dat zij is omgebracht door zijn medeverdachte in andere zaken, Timothy S. Het hof acht de verklaring van Patrick S. niet geloofwaardig. Het slachtoffer werd neergeslagen toen zij op de fiets naar haar werk ging en zwaargewond achtergelaten. Zij werd ruim een uur later gevonden in een sloot, onderkoeld en buiten bewustzijn. Enige dagen later is zij in het ziekenhuis overleden. Timothy S werd voor deze zaak vrijgesproken door de rechtbank. Het Openbaar Ministerie heeft in deze zaak geen hoger beroep ingesteld, zodat deze zaak in hoger beroep voor hem niet aan de orde was.

Voorts is de verdachte Patrick S., samen met de medeverdachte veroordeeld voor een poging tot gekwalificeerde doodslag op een man. Het slachtoffer werd voor dood achtergelaten. Hij ondervindt tot op heden de gevolgen van het misdrijf.

Zowel Patrick S. als Timothy S. zijn tevens veroordeeld wegens een aantal andere misdrijven.

De rechtbank veroordeelde Patrick S. tot een levenslange gevangenisstraf. In eerste aanleg heeft de verdachte niet meegewerkt aan een onderzoek door het PBC. Daardoor kon door gedragsdeskundigen geen stoornis vastgesteld worden. In hoger beroep heeft de verdachte alsnog meegewerkt aan een onderzoek door het PBC. Het PBC kwam tot de conclusie dat de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is. Het hof heeft hem daarom een gevangenisstraf van 25 jaar en TBS opgelegd. Deze straf is gelijk aan de eis van het Openbaar Ministerie.

Aan Timothy S. is een gevangenisstraf van 5 jaar en TBS opgelegd. Ook deze straf is gelijk aan de eis van het Openbaar Ministerie. De straf is vanwege de ernst van de misdrijven, hoger dan de door de rechtbank opgelegde straf van 3 jaar en TBS.'



11 december 2014
Eén jaar cel en één ton schadevergoeding voor oplichting met vliegtickets

'In hoger beroep is een 39-jarige man veroordeeld tot 12 maanden gevangenisstraf voor het oplichten van een groot aantal klanten van zijn reisbureau. Daarnaast moet hij honderdduizend euro schadevergoeding betalen. Het Amsterdamse gerechtshof heeft dit vandaag beslist.

Feiten
De verdachte had een reisbureau in Haarlem. Toen dat in financiële problemen kwam, heeft hij in ongeveer 140 gevallen wel betalingen in ontvangst genomen voor vliegtickets en hotelovernachtingen, maar niet de daarbij behorende boekingen gemaakt. Hij gaf zich in strijd met de waarheid uit als agent voor bepaalde reisorganisaties en verstrekte aan zijn klanten reisbescheiden die later waardeloos bleken. Dit deed hij in de periode van oktober 2011 tot medio juli 2012. De zaak kwam aan het licht toen de zomervakantie begon en vele benadeelden, soms pas op Schiphol, ontdekten dat hun vliegreis niet kon doorgaan. Niet iedereen kon toen alsnog op een andere manier een reis boeken, omdat er vaak vele maanden voor de tickets was gespaard en het geld op was. De verdachte heeft erkend dat hij met het ontvangen geld de schulden van zijn reisbureau voldeed. Een faillissement bleek echter onafwendbaar.

Straf
De rechtbank legde de man eerder een gevangenisstraf van 7 maanden op, na een strafeis van 12 maanden door de officier van justitie. De man vond deze straf te hoog en ging daarom in hoger beroep. Het hof vindt dat een hogere straf op zijn plaats is, nu het gaat om lange periode, een zeer groot aantal benadeelden en om een hoog geldbedrag. De opgelegde gevangenisstraf van 12 maanden komt overeen met de eis van het Openbaar Ministerie. Verder is aan de verdachte de schadevergoedingsmaatregel opgelegd, zodat hij ten behoeve van de benadeelden aan de staat een totaalbedrag van ruim honderdduizend euro moet betalen.'



11 december 2014
Boete voor brand op rangeerterrein Kijfhoek

'De rechtbank in Rotterdam heeft ProRail en Keyrail ieder afzonderlijk een boete opgelegd van 100.000 euro voor het op 14 januari 2011 overtreden van vergunningsvoorschriften, het veroorzaken van een gevaarlijke situatie op het spoor en het verwijtbaar veroorzaken van brand.

Op het rangeerterrein Kijfhoek in Zwijndrecht is op 14 januari 2011 door een botsing tussen treinwagons ethanol gaan lekken en brand ontstaan. Op het terrein wordt dagelijks een groot aantal wagens met gevaarlijke stoffen gerangeerd.

De rechtbank is van oordeel dat Prorail en Keyrail door hun handelen het risico hebben genomen dat er in een dichtbevolkt gebied een ontploffing met verstrekkende gevolgen had kunnen gebeuren. Dat dit niet is gebeurd is te wijten aan geluk.

De officieren van justitie hadden een boete van 900.000 euro geëist. De boete die de rechtbank oplegt is aanmerkelijk lager. Daarbij speelt een rol dat niet alle feiten waarvan Prorail en Keyrail werden verdacht zijn bewezen. Prorail en Keyrail worden vrijgesproken van de verdenking dat zij de Wet vervoer gevaarlijke stoffen zouden hebben overtreden.

Ook heeft de rechtbank sterk meegewogen dat er slechts sprake was van een vermeende dreiging van groot gevaar, dat er geen sprake is van een structureel niet naleven van veiligheidsvoorschriften door Prorail en Keyrail en dat door Prorail en Keyrail er veel aan wordt gedaan om overtredingen als die van 14 januari 2011 te voorkomen.'



11 december 2014
Werkstraffen in zeven zaken eindexamenfraude Ibn Ghaldoun

'Op 11 december 2014 heeft de rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in twaalf zaken met betrekking tot het helen van eindexamens havo en vwo op de voormalige scholengemeenschap Ibn Ghaldoun in Rotterdam. Zeven verdachten zijn veroordeeld tot een werkstraf, vijf verdachten zijn vrijgesproken.

In februari 2014 werden al tien andere verdachten veroordeeld wegens het helen of stelen van de eindexamens op de Ibn Ghaldoun school. Op 24, 26 en 27 november jl. zijn de zaken tegen twaalf andere verdachten behandeld. Zij waren ten tijde van het ten laste gelegde feit rond de 17 en 18 jaar oud. Zij werden allen verdacht van heling van de gestolen landelijke eindexamens en zaten op zes verschillende middelbare scholen verspreid over Rotterdam.

Zeven verdachten zijn veroordeeld tot een werkstraf. Zij waren allen eindexamenkandidaten havo 2013. Ze hebben de verleiding niet kunnen weerstaan en hebben voorafgaand aan het officiële eindexamen 2013 de gestolen eindexamens gekocht of gekregen en daar gebruik van gemaakt. Zij konden daar veelal over beschikken, omdat van de gestolen eindexamens foto’s zijn gemaakt, die via een emailadres en een wachtwoord digitaal te bekijken waren. Daar waar het aandeel van de verdachte hoger was dan alleen het helen voor eigen gebruik (bijvoorbeeld ook het doorverkopen van de eindexamens) heeft de rechtbank een hogere werkstraf opgelegd. Voor zover degenen die vandaag zijn veroordeeld waren geslaagd, zijn de eindexamens of delen daarvan ongeldig verklaard. Ook daar heeft de rechtbank bij het opleggen van de straf rekening mee gehouden. Vijf verdachten zijn vrijgesproken. In de zaken tegen deze verdachten is de rechtbank van oordeel, dat er onvoldoende wettig bewijs voorhanden is.

In mei 2013 zijn uit de kluis van de voormalige Scholengemeenschap Ibn Ghaldoun te Rotterdam in totaal 27 landelijke eindexamens gestolen door een aantal leerlingen van die school. Al gauw gonsde het van de geruchten en ging het onder een aanzienlijk aantal eindexamenkandidaten op diverse scholen – onder meer via social media – als een lopend vuurtje rond, dat er eindexamens te verkrijgen waren.'



5 december 2014
Vrijspraak voor kinderdoodslag

'Een 27-jarige man uit Spijkenisse is door de rechtbank Midden-Nederland vrijgesproken van doodslag op zijn vijf maanden oude dochtertje in november 2013 in Utrecht. De rechtbank heeft niet met voldoende zekerheid vast kunnen stellen dat de verdachte degene is geweest, die zijn dochtertje het letsel heeft toegebracht waardoor zij is overleden.

Op 5 november 2013 belde de verdachte 112 omdat zijn dochtertje niet meer ademde. Het baby’tje werd vervolgens door ambulancemedewerkers gereanimeerd en beademd en met spoed naar het ziekenhuis gebracht. Zij overleed de volgende dag.

De rechtbank concludeert, samen met deskundigen, dat het baby’tje is overleden aan de gevolgen van (hersen-)letsel dat door een persoon is toegebracht. Uit onderzoek door medische deskundigen kan niet worden vastgesteld wanneer dat letsel precies is toegebracht. Verder zijn er geen aanwijzingen die dat duidelijk maken. De verdachte was die bewuste middag niet de hele tijd alleen met zijn dochtertje in de woning aanwezig. De rechtbank kan daarom niet met voldoende zekerheid vaststellen dat het verdachte moet zijn geweest, die het letsel heeft toegebracht en spreekt hem daarom vrij.'



5 december 2014
Verdachte afpersingszaak familie De Mol blijft vast

'Een 70-jarige man uit Zeist die verdacht wordt van poging afpersing en het bedreigen van de familie De Mol wordt voor 14 dagen in bewaring gesteld. Dat heeft de rechter-commissaris in Utrecht vrijdag beslist.'



5 december 2014
Tussenbeslissing in beklagzaak ‘Srebrenica’

'De militaire beklagkamer van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft vandaag via een tussenbeslissing het onderzoek in de beklagzaak ‘Srebrenica’ heropend.

Het gerechtshof draagt in deze tussenbeslissing de advocaat-generaal op om enkele stukken over te leggen. In afwachting hiervan en de mogelijke opmerkingen van klagers en beklaagden over deze stukken, houdt het gerechtshof iedere verdere beslissing aan.'



5 december 2014
Geen straf voor veroorzaken noodlottig ongeval

'Een 47-jarige man is in hoger beroep vrijgesproken en ontslagen van alle rechtsvervolging. Dat heeft het hof vandaag beslist. De man krijgt geen staf voor het veroorzaken van een zeer ernstig verkeersongeval op 27 januari 2011 in Werkendam. Het hof bevestigt met deze uitspraak het vonnis van de rechtbank van 17 mei 2013.

Epileptische aanval
De man kwam op de bewuste dag met zijn bestelauto op de verkeerde weghelft terecht. Hij botste daarbij tegen een personenauto waarin twee zussen zaten. Zij overleefden de aanrijding niet.

Tijdens de behandeling van de zaak in hoger beroep is een neuroloog gehoord die gespecialiseerd is in epilepsie. Op basis van zijn verklaring is het hof van oordeel dat het niet valt uit te sluiten dat de man voorafgaand aan het ongeval een epileptische aanval heeft gehad.

Het hof heeft in deze zaak - net als de rechtbank - gekeken of de man strafrechtelijk iets valt te verwijten. Dat houdt in dat er bewijs moet zijn dat de man bewust risico’s heeft genomen door met een verleden van epilepsie een auto te besturen en daarmee dus schuldig is aan de dood van de twee vrouwen. Volgens het openbaar ministerie had de man bij het CBR moeten melden dat hij in september 2010 een epileptische aanval had gehad, waarna hij voor zes maanden niet had mogen autorijden.

Advies neuroloog
Het hof redeneert dat er geen wettelijke verplichting is om melding te maken bij het CBR. In plaats daarvan heeft de man zich voor advies gewend tot zijn behandelend neuroloog. Die vertelde hem dat hij gedurende drie maanden na zijn aanval niet mocht autorijden. Dat advies heeft de man opgevolgd. Ook was hij in het bezit van een geldig (beperkt) rijbewijs.

Het hof concludeert daarom dat de bestuurder weliswaar door zijn weggedrag (rijden op de verkeerde weghelft), een dodelijk ongeluk heeft veroorzaakt, maar door de epileptische aanval valt hem dit strafrechtelijk niet aan te rekenen.'



5 december 2014
Versnelde behandeling cassatieberoep FIOD-ambtenaren

'De Hoge Raad heeft het verzoek van de staatssecretaris van Financiën om versnelde behandeling van het cassatieberoep van twee FIOD-ambtenaren ingewilligd. De twee FIOD-ambtenaren stelden beroep in cassatie in bij de Hoge Raad in de zaak waarin zij als getuigen zijn gehoord door de belastingkamer van het hof Arnhem-Leeuwarden. In die zaak weigerden deze ambtenaren de naam te noemen van een tipgever.

De uiterste datum voor het indienen van verweerschriften door de staatssecretaris en de belastingplichtige is vastgesteld op 14 januari 2015. De datum voor een eventueel pleidooi is vastgesteld op 4 februari 2015. Nog niet bekend is of partijen gebruik willen maken van de mogelijkheid van pleidooi. In belastingzaken vindt het pleidooi in beginsel plaats achter gesloten deuren. Dit betekent dat pers en belangstellenden de zitting niet kunnen bijwonen.'



5 december 2014
Beroep tegen omgevingsvergunning Hardshock Festival gegrond

'De rechtbank Overijssel oordeelt dat de gemeente Zwolle in 2013 op onjuiste wijze een omgevingsvergunning heeft afgegeven ten behoeve van het Hardshock Festival bij de Wijthmenerplas in Zwolle. Het hardcore-festival, met jaarlijks ongeveer 7.000 bezoekers, kan naar het oordeel van de rechtbank ontoelaatbaar veel geluidsoverlast voor omwonenden veroorzaken. De gemeente heeft daar bij het afgeven van de vergunning onvoldoende rekening mee gehouden.

Onduldbare hinder
Volgens de door de gemeente verleende vergunning mocht het festival tussen 12:00 en 24:00 een beduidend hoger geluidsniveau veroorzaken bij omliggende woningen dan volgens de in de bestuurlijke praktijk aanvaarde normen acceptabel is. De gemeente kon, ook na vragen van de rechtbank, niet duidelijk maken waar de door de gemeente gehanteerde norm op gebaseerd is. De rechtbank oordeelt dat het niet acceptabel is dat eiseres kan worden geconfronteerd met dergelijke geluidsoverlast. Dit levert zo veel inbreuk op het woongenot op dat sprake kan zijn van ‘onduldbare hinder’.

Afwegen belangen
De rechtbank is van oordeel dat de gemeente niet alle betrokken belangen op zorgvuldige wijze tegen elkaar heeft afgewogen. Het beroep is daarom gegrond. De rechtbank vernietigt de beslissing van de gemeente om het bezwaar tegen de vergunning af te wijzen.

Omwonende
De zaak was aangespannen door een omwonende van de Wijthmenerplas, nadat de gemeente haar bezwaar tegen de verleende vergunning ongegrond had verklaard. Hoewel de zaak in principe draait om de vergunning voor het festival in 2013 had zij volgens de rechtbank toch belang bij een beoordeling van de zaak omdat het een jaarlijks terugkerend evenement betreft.'



4 december 2014
Veertien jaar cel voor verdachte die vrouw hals doorsneed

'Het Gerechtshof Den Haag heeft op 4 december 2014 in hoger beroep de verdachte die zijn vrouw op 6 mei 2011 om het leven heeft gebracht door haar hals door te snijden, veroordeeld voor doodslag. Het hof heeft aan hem een gevangenisstraf van veertien jaren opgelegd.

De toen 25-jarige verdachte, die sinds 23 april 2011 in Nederland was, heeft op 6 mei 2011 in de morgen zijn toen 24-jarige vrouw - met wie hij op 20 februari 2011 in Tunesië was getrouwd - omgebracht. In de nacht daarvoor had de verdachte het slachtoffer ernstig mishandeld, waarna hij haar hals heeft doorgesneden met een mes. Aansluitend is de verdachte naar Italië gevlucht, waar hij op 13 mei 2011 is gearresteerd. De verdachte voelde zich diep gekrenkt door de bejegening door zijn vrouw en haar leefwijze.

Het hof achtte niet aannemelijk dat de verdachte met twee messen door zijn vrouw zou zijn aangevallen waartegen hij zich moest verdedigen. Anders dan het Openbaar Ministerie komt het hof niet tot de kwalificatie van moord, omdat niet is na te gaan wanneer bij de verdachte het voornemen om het slachtoffer te doden is ontstaan.

Evenals de rechtbank achtte het hof de verdachte volledig toerekeningsvatbaar. De rechtbank had ook een gevangenisstraf van 14 jaar opgelegd.'



4 december 2014
Tot 30 maanden cel voor organiseren poker, witwassen, afpersing, hennep en wapenbezit

'De rechtbank Noord-Holland heeft in het onderzoek Courage dertien verdachten, onder wie Kris J. veroordeeld voor onder meer het organiseren van illegale pokeravonden bij de Haarlemse voetbalvereniging Young Boys, voor afpersing, witwassen, bezit van softdrugs, hennepkwekerijen en verboden wapenbezit. Eén persoon die enkel werd verdacht van betrokkenheid bij een hennepkwekerij is volledig vrijgesproken.

Illegaal pokeren bij Young Boys
Door de verdediging was vrijspraak bepleit omdat poker geen kansspel zou zijn maar een behendigheidsspel waar geen vergunning voor nodig is. De rechtbank heeft beslist dat poker wél een kansspel is als bedoeld in de Wet op de kansspelen. Kris J., zijn broer Soerin J. en de voorzitter van Young Boys, J.W., zijn veroordeeld omdat zij bij Young Boys gedurende anderhalf jaar bijna wekelijks pokeravonden organiseerden, terwijl hiervoor geen vergunning was verleend. Daarnaast zijn de twee vaste croupiers veroordeeld. Kris J. kwam met het idee om pokeravonden te organiseren in de bestuurskamer om zo de 180.000,- euro schuld van Young Boys af te lossen. Uit het dossier bleek dat tijdens deze pokeravonden aanzienlijke geldbedragen omgingen. Het minimale bedrag waarvoor deelnemers fiches moesten kopen was 500 euro. Eén speler vertelde in een afgeluisterd telefoongesprek dat hij op een avond bij Young Boys 5.500 euro had verloren. Nadat de croupiers en andere kosten waren betaald, bedroeg de winst per avond tot 4.000 euro. Dit geld is vervolgens witgewassen doordat de voorzitter van de vereniging in overleg met Kris J. de bedragen op de bankrekening van Young Boys stortte als legale kantine-inkomsten. Zowel de voorzitter als Kris J. zijn ook veroordeeld voor het witwassen van de pokergelden.

Afpersing
Kris J. is voorts samen met zijn voormalige zakenrelatie S. veroordeeld voor afpersing, zij het dat S. veroordeeld is voor medeplichtigheid daaraan. De rechtbank acht bewezen dat Kris J. door bedreiging met geweld 49.000,- euro heeft afgeperst van het slachtoffer V. De rechtbank heeft Kris J. voor de feiten die zijn bewezen veroordeeld tot een gevangenisstraf van dertig maanden waarvan zes maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar. De rechtbank komt tot een lagere straf dan geëist door de officier van justitie omdat Kris J. is vrijgesproken van een ander witwas feit en de feiten al geruime tijd geleden zijn gepleegd, namelijk in 2011. Medeplichtige S. is veroordeeld tot twaalf maanden gevangenisstraf voorwaardelijk en een werkstraf van 240 uur. Zij moeten daarnaast het slachtoffer 50.500,- euro betalen waarvan 1.500,- smartengeld.

Softdrugs
Zes verdachten zijn veroordeeld omdat zij grote partijen hasj en wiet in huis hadden. De rechtbank verwierp het verweer van de verdediging dat duidelijk was dat deze softdrugs voorraden waren voor coffeeshops, enkel bestemd waren voor de verkoop aldaar en dat gelet op het Nederlands gedoogbeleid géén straf zou moeten worden opgelegd. De rechtbank oordeelde dat de verdachten pas op de zitting hebben verklaard dat de wiet en hasj bestemd waren voor bepaalde coffeeshops in Haarlem, maar dat zij deze stelling op geen enkele wijze hebben onderbouwd. De rechtbank kon dan ook niet vaststellen of de bij verdachten aangetroffen softdrugs daadwerkelijk alleen de handelsvoorraden van deze coffeeshops betrof. Evenmin is aangetoond dat deze coffeeshops een behoorlijke boekhouding voerden, (volledige) verantwoording aflegden aan de Belastingdienst en zich ook overigens aan alle regels hielden. Een aantal verdachten had wapens in huis. Onder die omstandigheden zag de rechtbank geen aanleiding voor een rechterlijk pardon. De verdachten zijn veroordeeld tot gevangenisstraffen dan wel forse werkstraffen.

Tot slot is een aantal verdachten veroordeeld tot gevangenisstraffen dan wel forse werkstraffen voor het houden van hennepkwekerijen.'



4 december 2014
Ontheffing Thermencomplex Berendonck in leefgebied das niet goed gemotiveerd

'De Staatssecretaris van Economische zaken heeft zijn besluit een ontheffing te verlenen voor een thermencomplex op de Berendonck in een dassenleefgebied niet goed gemotiveerd. Dat heeft de rechtbank vandaag geoordeeld.

Ontheffing verleend door Staatssecretaris
De Staatssecretaris heeft RGV Bad- en Zweminrichtingen B.V. (RGV) ontheffing verleend, omdat het thermencomplex volgens een deskundigenrapport geen nadelige gevolgen heeft voor aanwezigheid van de das op de Berendonck. Er moeten dan wel bepaalde compenserende maatregelen worden getroffen.

Bezwaar tegen verleende ontheffing
Tegen de verleende ontheffing is bezwaar gemaakt door de Stichting Gelderse Natuur- en Milieufederatie (GNM). GNM stelt dat de komst van een thermencomplex wel degelijk nadelige gevolgen heeft voor de das. GNM heeft een rapportage van Stichting Das & Boom overlegd om haar standpunt mee te onderbouwen. Nadat het bezwaar van GNM door de Staatssecretaris ongegrond is verklaard heeft GNM beroep ingesteld bij de rechtbank Gelderland.

Ontheffing niet goed gemotiveerd
De rechtbank is het met GNM eens dat de ontheffing op een aantal punten niet goed is gemotiveerd. Er is onvoldoende onderbouwd dat het thermencomplex op de daarvoor gekozen locatie voor de das de beste oplossing is. Ook heeft de Staatssecretaris niet goed gemotiveerd dat het voedselgebied van de das, dat door het thermencomplex verloren gaat, voldoende wordt gecompenseerd.'



4 december 2014
Syriëganger mag oordeel in vrijheid afwachten

'De rechtbank in Den Haag heeft vandaag besloten over de voorlopige hechtenis in de zaak tegen vier verdachten van onder andere terrorisme.

De verdachte die in september 2013 terugkwam uit Syrië, wordt tot aan de datum van de uitspraak geschorst uit de voorlopige hechtenis. Zijn rol in de criminele terroristische organisatie lijkt gering. Hij lijkt zich na zijn terugkomst teruggetrokken te hebben uit de Jihadistische scene. Daarnaast is sprake van ernstige psychische problemen die erger worden door de detentie.

De andere drie verdachten blijven vastzitten. Zij lijken een substantiële rol te hebben gespeeld in de criminele terroristische organisatie. Naar het oordeel van de rechtbank zou de maatschappij het niet begrijpen indien zulke verdachten op vrije voeten zouden worden gesteld. Bovendien bestaat bij deze drie verdachten de vrees dat zij dan hun activiteiten voortzetten.'



Bron: www.rechtspraak.nl.

-
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl