Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Nieuws


Datum en nieuws - september 2016:


30 september 2016
AG: Nederlandse rechter onbevoegd in geschil Europese Octrooi Organisatie

'De Europese Octrooi Organisatie (EOO) beroept zich in een geschil terecht op immuniteit van jurisdictie. Dat betekent dat de internationale organisatie niet voor de Nederlandse rechter kan worden gedaagd voor geschillen over de officiële werkzaamheden van de organisatie. De Nederlandse rechter is onbevoegd om te oordelen in een geschil tussen het in Rijswijk gevestigde Europese Octrooibureau, een onderdeel van EOO, en de vakbondsunie van het Europees Octrooibureau en de overkoepelende vakbond voor werknemers van EOO. Dat schrijft advocaat-generaal Vlas vandaag in zijn conclusie, een advies aan de Hoge Raad.

Tussen EOO en de vakbondsunie van EOO (VEOB) en de overkoepelende vakbond voor werknemers van EOO (SUEPO) is een conflict ontstaan. Aanleiding voor dat conflict zijn o.a. nieuwe regels over staken in het dienstreglement van het Europees Octrooibureau. VEOB en SUEPO vinden dat die regels het recht op staking te veel beperken en dat EOO hen moet erkennen als sociale partners in collectieve onderhandelingen. In deze zaak gaat het om de vraag of het toekennen van immuniteit aan EOO een ontoelaatbare beperking oplevert van het recht op toegang tot de rechter in de zin van het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens.

De voorzieningenrechter verwierp het beroep van EOO op immuniteit maar wees de vorderingen van VEOB en SUEPO – het intrekken van de stakingsregels en erkenning als sociale partners – af. Volgens de voorzieningenrechter kunnen VEOB en SUEPO zich met hun vorderingen richten tot de centrale organisatie. In hoger beroep heeft ook het hof geoordeeld dat EOO zich niet kan beroepen op immuniteit. Het hof heeft de vorderingen van de vakbonden toegewezen. Tegen dat oordeel heeft het EOO beroep in cassatie ingesteld. De Staat ondersteunt het standpunt van EOO als gevoegde partij. Volgens de minister van Justitie heeft de Staat zich te houden aan afspraken over immuniteit van internationale organisaties.

Advocaat-generaal Vlas stelt dat het recht op toegang tot de rechter volgens het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens niet absoluut is. Volgens Vlas worden de rechten van VEOB en SUEPO voldoende gewaarborgd door de bij EOO bestaande interne geschillenprocedure met een beroepsmogelijkheid van individuele werknemers en personeelsvertegenwoordigers bij het Arbeidstribunaal van de International Labour Organisation in Genève. De kern van het recht op toegang tot de rechter, gewaarborgd door het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens, is daarom niet aangetast, aldus Vlas.

Een conclusie is een onafhankelijk, rechtsgeleerd advies aan de Hoge Raad die vrij is dat al niet te volgen. De advocaat-generaal is lid van het parket bij de Hoge Raad. Het parket bij de Hoge Raad is een zelfstandig, onafhankelijk onderdeel van de rechterlijke organisatie. Het behoort niet tot het Openbaar Ministerie.

Naar verwachting doet de Hoge Raad op 20 januari 2017 uitspraak in deze zaak.'



30 september 2016
Mannen veroordeeld voor openlijk geweld tijdens carnaval Asten

'De rechtbank Oost-Brabant heeft vandaag 4 mannen uit Asten (19, 20, 21 en 22 jaar) veroordeeld voor een reeks openlijke geweldplegingen op 6 februari 2016 tijdens carnaval in hun dorp. De verdachten pleegden de delicten in wisselende samenstelling en krijgen gevangenisstraffen uiteenlopend van 14 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, tot een taakstraf van 80 uur.

De verdachten van 19, 21 en 22 jaar kregen op straat ruzie met een groep jonge mannen die carnaval hadden gevierd in Asten. Bij de vechtpartij werden 3 slachtoffers getrapt, geslagen, geduwd, vastgepakt en gespuugd. Eén van de slachtoffers werd door een ruit geduwd en liep daarbij een snee van zo’n 20 centimeter op in zijn hals. Daarbij scheurde zijn oor voor een groot deel af. Dankzij een operatie kon zijn oor gespaard worden. Wel zal het slachtoffer voor de rest van zijn leven getekend zijn door de littekens. De rechtbank kan niet vaststellen wie van de verdachten de fatale duw door de ruit heeft gegeven, maar omdat iedere verdachte een flink aandeel had in de openlijke geweldpleging, zijn ze allemaal medeverantwoordelijk voor het toegebrachte letsel.

Diezelfde nacht duwden, trapten en schopten de 19-jarige, 20-jarige en 22-jarige verdachten ook nog een ander slachtoffer. De 19-jarige en 21-jarige mannen zochten bovendien de confrontatie met een andere groep, waarbij werd geduwd en iemand bij de keel werd gepakt. Op 18 februari 2016 pleegde de jongste verdachte in een cafetaria voor de vierde keer in korte tijd openlijk geweld door aan iemand te trekken, hem op te tillen en te duwen.

Straffen
Volgens de rechtbank gaat het om laffe en gewelddadige delicten. De 19-jarige verdachte had hierin een prominente en gewelddadige rol. Bovendien is hij eerder veroordeeld. De man krijgt daarom een gevangenisstraf van 14 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk. De rechtbank koppelt als bijzondere voorwaarden aan de voorwaardelijke straf dat hij onder meer moet meewerken aan een intake bij een forensisch psychiatrische kliniek. Ook krijgt hij gedragstherapie en een contactverbod met het slachtoffer dat door de ruit werd geduwd. De man moet daarnaast een eerder door de politierechter voorwaardelijk opgelegde geldboete van 200 euro betalen.

De 22-jarige verdachte is veroordeeld tot een celstraf van 9 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk voor 2 openlijke geweldplegingen. Hij moet meewerken aan gedragstherapie en krijgt ook een contactverbod met het slachtoffer. De 21-jarige man krijgt voor zijn aandeel een celstraf van 6 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk en moet meewerken aan een intake bij een forensische zorginstelling en mag geen contact hebben met het slachtoffer. De 20-jarige verdachte had een minder grote rol in het geheel. Bovendien gaf hij bij de politie direct openheid van zaken over de openlijke geweldpleging waarbij hij betrokken was. De man krijgt een taakstraf van 80 uur en moet daarnaast een werkstraf van 20 uur uitvoeren die eerder voorwaardelijk werd opgelegd door de kinderrechter.

De verdachten die het slachtoffer door de ruit duwden, moeten hem samen een totale schadevergoeding betalen van 9.739,21 euro. Een ander slachtoffer dat bij diezelfde openlijke geweldpleging betrokken was, krijgt in totaal 140 euro van de verdachten.'



30 september 2016
Staat niet aansprakelijk voor informatie bij reddingsactie Fortis

'De Hoge Raad laat de uitspraak van het hof in zaak van Fortis Effect tegen de Staat in stand. Het hof oordeelde eerder dat de Staat niet aansprakelijk is voor de informatie die eind september 2008 is verstrekt tijdens de redding van Fortis.

In deze zaak gaat het om de vraag of beleggers in 2008 zijn misleid door uitlatingen van de minister van Financiën over de positie van Fortis. Mede als gevolg van de wereldwijde financiële crisis en het faillissement van Lehman Brothers op 15 september 2008 verslechterde de liquiditeitspositie van Fortis. Op 28 september 2008 hebben de Nederlandse, Belgische en de Luxemburgse overheid besloten tot kapitaalinjecties in ruil voor verkrijging van aandelen in Fortis (de eerste reddingsoperatie). Later bleek een grotere ingreep nodig om Fortis te redden. De Staat kocht de Nederlandse delen van Fortis. De beurskoers van Fortis daalde sterk en beleggers in Fortis leden schade.

Volgens de Stichting Fortis Effect en een aantal beleggers is de Staat in deze procedure aansprakelijk voor de verliezen van de beleggers in Fortis. De minister van Financiën zou onjuiste of misleidende informatie hebben verstrekt over het resultaat van de eerste reddingsoperatie en hij heeft verzwegen dat er een grotere ingreep in voorbereiding was. De beleggers vinden dat zij daardoor op het verkeerde been zijn gezet.

Het gerechtshof Amsterdam oordeelde in 2014 dat het beleggers in september 2008 niet ontgaan kan zijn dat er sprake was van een mondiale kredietcrisis waarbij ook grote financiële instellingen in ernstige moeilijkheden waren geraakt. Ook had het voor beleggers duidelijk moeten zijn dat de reddingsoperatie van de Staat erop gericht was de uitstroom van gelden bij Fortis te stoppen, en dat niet zeker was dat de reddingsoperatie van zondag 28 september 2008 zou slagen. Naar het oordeel van het hof heeft de minister niet steeds volledige informatie verspreid, maar was dit voor beleggers niet misleidend, gegeven de ook hun bekende context waarin de reddingsoperaties en de informatieverstrekking plaatsvonden. De keuze van de minister om geen volledige informatie te verstrekken werd volgens het hof bovendien gerechtvaardigd door het belang van de stabiliteit van het financiële stelsel.

De Hoge Raad heeft vandaag het beroep in cassatie tegen deze uitspraak van het hof verworpen. Volgens de Hoge Raad zijn de oordelen van het hof niet onjuist of onbegrijpelijk.

Het hof heeft in zijn uitspraak ook geoordeeld dat Fortis aan beleggers misleidende informatie had verstrekt. Over de zaak tegen Fortis ging het bij de Hoge Raad niet.'



29 september 2016
Inbreker uit Eindhoven krijgt celstraf

'De rechtbank Oost-Brabant heeft vandaag een 40-jarige man uit Eindhoven veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, voor een woninginbraak en 2 pogingen daartoe.

De verdachte probeerde in maart van dit jaar tevergeefs de voordeuren van een café in Eersel te forceren met een breekijzer. Vervolgens reed hij twee keer met een auto tegen de deuren. Hij ging er uiteindelijk zonder buit vandoor. Een dag eerder was de verdachte op de vlucht geslagen toen hij in Berkel-Enschot werd betrapt terwijl hij de schuifpui van een woning probeerde te forceren. In februari 2016 lukte het de verdachte wel een woning binnen te dringen. Hij sloeg op klaarlichte dag een raam in van een woning in Lage Mierde en haalde een paar werkhandschoenen weg.

De rechtbank legt de man een lagere straf op dan de officier van justitie eiste omdat de rechtbank onvoldoende bewijs ziet voor de verdenking dat de man een gestolen auto en gestolen kentekenplaten in bezit had. Ook van een tenlastegelegde diefstal van een bladblazer en een jerrycan in Tilburg spreekt de rechtbank de man vrij. Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat de verdachte kennelijk de ernst niet inziet van het leed dat hij de benadeelden aandeed. Bovendien pleegde hij de delicten tijdens proeftijden van eerdere veroordelingen voor soortgelijke feiten. Daarnaast was hij destijds geschorst uit zijn voorlopige hechtenis onder de voorwaarde dat hij zich zou laten behandelen, maar in februari keerde hij niet terug van onbegeleid verlof.

De rechtbank legt een deels voorwaardelijke straf op en koppelt daaraan enkele bijzondere voorwaarden. Zo moet de verdachte zich onder meer laten begeleiden door ambulante forensische zorg en zich melden bij de verslavingsreclassering. Hij moet het slachtoffer van de woninginbraak een schadevergoeding betalen van 794,51 euro.'



29 september 2016
Veroordelingen voor openlijk geweld in uitgaansgebied Arnhem

'De rechtbank veroordeelde vandaag 8 personen voor het plegen van openlijk geweld in het uitgaansgebied in Arnhem. De straffen variëren van voorwaardelijke werkstraffen van 40 uur tot werkstraffen van 180 uur. Eén man werd vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs.

Bewuste confrontatie
Op 22 februari 2014 ontstond vroeg in de ochtend voor een club in Arnhem een vechtpartij tussen twee groepen. Eén groep behoorde bij de club en de andere groep bestond uit bezoekers. Hierbij vond over en weer duw- en trekwerk plaats en zijn er meerdere mensen geslagen. Na de komst van de politie is de vechtpartij geëindigd. Een half uur later is een groep bezoekers teruggegaan naar de club. Nadat zij op het rolluik van de club hadden geklopt en de groep behorend bij de club naar buiten kwam, gooiden de groep bezoekers met onder andere blikjes in de richting van de groep van de club. Hierna ontstond wederom een vechtpartij. Bij de tweede vechtpartij zijn meerdere mensen uit de groep bezoekers geslagen en geschopt. Dit gebeurde ook bij een aantal personen die op dat moment weerloos op de grond lagen. De rechtbank vindt dit zeer kwalijk. Daarnaast rekent de rechtbank het de groep bezoekers aan dat zij een half uur na het eerste geweldsincident naar de club zijn teruggekeerd. Hiermee hebben zij bewust de confrontatie opgezocht.

Werkstraffen
De rechtbank heeft de mannen werkstraffen opgelegd. Hierbij is in de hoogte van de werkstraf rekening gehouden met ieders aandeel in de vechtpartijen. Een 42-jarige man en zijn 22-jarige zoon, beiden beveiligers uit Apeldoorn, kregen een werkstraf van 180 uur. De eigenaar van de club, een 41-jarige man uit Nijmegen, is veroordeeld tot een werkstraf van 100 uur. Een 26-jarige Arnhemmer en een 29-jarige Deventenaar kregen beiden een werkstraf van 80 uur. Een 22-jarige Apeldoorner is veroordeeld tot een werkstraf van 40 uur. Twee Apeldoornse mannen van 27 jaar en 30 jaar kregen een voorwaardelijke werkstraf van 40 uur.

Vrijspraak
Een 43-jarige man uit Nijmegen is door de rechtbank vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. Hij heeft geen bijdrage geleverd aan het openlijk geweld, maar geprobeerd de vechtende menigte uit elkaar te halen.'



28 september 2016
Oplichter uit Helmond krijgt 12 maanden celstraf

'Een 29-jarige man uit Helmond is door de rechtbank Oost-Brabant veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden voor oplichting van 23 mensen.

De verdachte gebruikte tussen december 2015 en maart van dit jaar telkens dezelfde modus operandi. Hij sprak iemand aan op straat met – over het algemeen – een verhaal dat hij zichzelf had buitengesloten en dat zijn telefoon leeg was. Het slachtoffer liet hem vervolgens bellen naar een persoon die een reservesleutel zou hebben, maar deze persoon nam zijn telefoon niet op. Daarom vroeg de verdachte geld voor een taxi of het openbaar vervoer om zijn sleutel op te kunnen halen. In vrijwel alle gevallen logde hij op de telefoon van het slachtoffer in op zijn bankaccount en leek geld over te maken op diens rekening, vaak 10 of 20 euro meer dan hij van het slachtoffer kreeg. De verdachte nam vervolgens het contante geld van het slachtoffer aan (bedragen tussen de 40 en 150 euro) en ging weg. Later bleek dat het geld niet was overgemaakt.

De rechtbank legt een lagere straf op dan de officier van justitie eiste, omdat de rechtbank de verdachte onder meer vrijspreekt van 2 oplichtingen. De rechtbank weegt bij het bepalen van de straf mee dat hij het vertrouwen dat mensen in elkaar moeten kunnen hebben als zij in geval van nood een beroep op elkaar doen, ernstig heeft geschaad. Daardoor bestaat de reële mogelijkheid dat de benadeelden in de toekomst iemand die daadwerkelijk hun hulp nodig heeft, te helpen. Daarnaast is de man eerder veroordeeld voor soortgelijke feiten, maar is hij kennelijk nog steeds niet of onvoldoende bereid zijn crimineel gedrag te veranderen.

De verdachte moet een groot deel van de benadeelden een schadevergoeding betalen van in totaal ruim 1.500 euro.'



28 september 2016
Bekostiging nieuwe middelbare school in Den Haag terecht geweigerd

'De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft terecht geweigerd om een Haagse middelbare school van de Stichting Islamitisch Onderwijs Amsterdam te bekostigen. Dit blijkt uit twee uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van vandaag (28 september 2016). De stichting had om bekostiging gevraagd voor een nieuwe scholengemeenschap in Den Haag op islamitische en hindoeïstische grondslag of voor een nieuwe scholengemeenschap in Den Haag op islamitische en rooms-katholieke grondslag.

Achtergrond
De staatssecretaris heeft de aanvragen om bekostiging afgewezen, omdat volgens hem uit de statuten van de stichting niet duidelijk blijkt van welke godsdienstige of levensbeschouwelijke richting het onderwijs uitgaat, anders dan de islamitische richting.

Richting
Naar het oordeel van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft de stichting in haar statuten "niet ondubbelzinnig tot uitdrukking gebracht van welke richting het onderwijs uitgaat". De staatssecretaris heeft daarom bij zijn besluiten terecht de rooms-katholieke en hindoeïstische richting buiten beschouwing gelaten. Hij mocht daarbij de statuten in hun geheel beoordelen en hoefde niet enkel te kijken naar de doelstelling van de stichting, zoals de stichting wenste.

Duidelijk is dat er - op basis van de prognosecijfers - onvoldoende leerlingen zijn om een scholengemeenschap op uitsluitend islamitische grondslag te starten. Daarom heeft de staatssecretaris terecht heeft geweigerd om de nieuwe islamitische scholengemeenschap te bekostigen.'



28 september 2016
Forse voorwaardelijke gevangenisstraf en maximale taakstraf voor seksueel misbruik minderjarige dochter

'Vandaag heeft de rechtbank een 40-jarige man uit Dodewaard veroordeeld voor ontucht en seks met zijn minderjarige dochter. Hij krijgt een gevangenisstraf van 368 dagen, waarvan 1 jaar voorwaardelijk, met een proeftijd van 5 jaar. Daarnaast moet de man een taakstraf voor de maximale duur van 240 uur uitvoeren. Het onvoorwaardelijke deel gevangenisstraf (3 dagen) is gelijk aan de tijd die de man al in voorarrest heeft doorgebracht.

Kwetsbare positie
De rechtbank vindt het bijzonder kwalijk dat de man seksuele handelingen heeft gepleegd bij zijn dochter terwijl zij aan zijn zorg was toevertrouwd. Zij zou zich bij hem veilig moeten kunnen voelen. Hij heeft veel leed toegebracht aan zijn dochter, die vanwege haar leeftijd, lage IQ en relatie tot haar vader in een kwetsbare positie verkeerde en niet in staat was om weerstand te bieden.

Netwerk van hulpverlening
De rechtbank stelt voorop dat een ernstig feit als deze niet ander kan worden afgedaan dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, zoals de officier van justitie ook eiste (een gevangenisstraf van 15 maanden, waarvan 5 maanden voorwaardelijk). Toch heeft de rechtbank in dit specifieke geval besloten daarvan af te wijken.

Nadat het seksueel misbruik in december 2015 uitkwam, is rondom de man en zijn gezin een netwerk van hulpverlening opgezet. Op dit moment is dit netwerk nog steeds actief. Uit het reclasseringsadvies volgt dat de man alle verplichte en onverplichte afspraken trouw nakomt. Zijn echtgenote heeft verklaard dat zij en de 6 kinderen hem graag weer thuis willen hebben. De hulpverlening is er dan ook op gericht dat de man op termijn weer thuis zal gaan wonen. Het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf zou het al meer dan een half jaar lopende behandeltraject doorkruisen.

Enigszins verminder toerekeningsvatbaar
Verder is de man door een psycholoog onderzocht en is gebleken dat hij aan het Syndroom van Asperger lijdt. Daarom is geadviseerd om hem als enigszins verminderd toerekeningsvatbaar te beschouwen. De rechtbank neemt dit advies over.

Kostwinnaar van het gezin
Daarnaast heeft de rechtbank, bij het bepalen van de straf, in het voordeel van de man rekening gehouden met het feit dat de man een blanco strafblad heeft, oprecht spijt heeft betuigd en vanaf het begin af aan open is geweest over wat er is gebeurd en heeft meegewerkt aan het onderzoek. Ook is de man kostwinner van het gezin. Wanneer hij een forse onvoorwaardelijke gevangenisstraf moet uitzitten, zal zijn gezin –onbedoeld- nog dieper in de problemen raken

Verlenging van de proeftijd
Ter compensatie van het niet opleggen van een langere onvoorwaardelijke gevangenisstraf legt de rechtbank aan de man een forse voorwaardelijke gevangenisstraf en een taakstraf voor de maximale duur op. Bovendien verlengt de rechtbank de proeftijd naar 5 jaar. De man heeft immers qua behandeling en begeleiding, ter voorkoming van herhaling, nog een lange weg te gaan. Tijdens de proeftijd moet de man zich bij de reclassering melden en zich laten behandelen. Ook mag hij niet op zijn huisadres en komen en niet zonder voorafgaand overleg contact opnemen met zijn vrouw en kinderen.'



28 september 2016
Gevangenisstraf voor verhullen overlijden moeder

'Een 57-jarige vrouw is door het gerechtshof Den Haag vandaag veroordeeld voor het verhullen van het overlijden van haar 80-jarige moeder. Het Haagse gerechtshof heeft haar in hoger beroep een gevangenisstraf van 367 dagen, waarvan 300 dagen voorwaardelijk, opgelegd. Het hof heeft hierbij bijzondere voorwaarden opgelegd en de proeftijd - gelet op de ernst en de hardnekkigheid van de problemen van verdachte- op 3 jaar gesteld.

De vrouw heeft het stoffelijk overschot van haar moeder in haar auto gelegd, is hiermee naar Tsjechië gereden en heeft haar daar in de bossen begraven. Zij heeft dit mede gedaan om te blijven profiteren van de door te betalen AOW- en pensioenuitkering van haar moeder. Zij is door het hof voor deze feiten verminderd toerekeningsvatbaar verklaard. Daarnaast is zij veroordeeld voor diefstal en voor heling van kentekenplaten.

De straf komt overeen met de eis van het openbaar ministerie en de door de rechtbank in eerste aanleg opgelegde straf. De raadsman had vrijspraak bepleit. De vrouw zou haar moeder hebben meegenomen naar Tsjechië, omdat zij geen afscheid van haar wilde nemen. Financiële motieven zouden geen rol hebben gespeeld, aldus de raadsman.'



27 september 2016
Vader en zoons krijgen gevangenisstraf voor verkopen harddrugs Zutphen

'De rechtbank veroordeelde vandaag een 47-jarige vader en zijn 23-jarige en 26-jarige zoons tot gevangenisstraffen van respectievelijk 16, 14 en 12 maanden. Zij zijn schuldig bevonden aan het verkopen van harddrugs.

Drugs verkopen vanuit woning
De mannen verkochten van november 2014 tot februari 2016 harddrugs vanuit de Zutphense woning van de vader en de oudste zoon. De vader en de oudste zoon hadden daarnaast ook verboden wapens in hun woning liggen. Omdat de jongste zoon niet in het huis woonde vanuit waar de drugs werd verkocht, gaat de rechtbank ervan uit dat hij minder intensief harddrugs heeft verkocht dan zijn vader en broer. De rechtbank heeft hem dan ook een lagere straf opgelegd.

Winst uit drugshandel betalen
Tot slot vindt de rechtbank het aannemelijk dat de mannen in de periode van 13 maanden winst hebben gemaakt met de drugshandel. De rechtbank schat deze winst, op 10.000 euro. Dit bedrag moeten zij terug betalen.'



22 september 2016
8 jaar cel voor poging tot moord op echtgenoot

'De rechtbank Limburg heeft een 38-jarige vrouw uit Weert veroordeeld tot 8 jaar gevangenisstraf wegens poging tot moord op haar echtgenoot.

Insuline
De vrouw heeft, terwijl haar echtgenoot lag te slapen, insuline bij hem geïnjecteerd. Dit vond plaats in de woning waar zij samen woonden. Na het injecteren van de insuline heeft de vrouw de woning verlaten. Het slachtoffer is later buiten bewustzijn in de woning aangetroffen en per ambulance naar het ziekenhuis gebracht. Het slachtoffer heeft enkele dagen in het ziekenhuis moeten doorbrengen.

Strafbaar feit
Om te spreken van een strafbare poging moet de vraag worden beantwoord of het gebruikte middel geschikt is om (in deze zaak) iemand van het leven te beroven. In deze zaak gaat het om het inspuiten van insuline bij een persoon die geen suikerpatiënt is. Uit de rapportages van de deskundige en de forensisch arts trekt de rechtbank de conclusie dat insuline een geschikt middel is om iemand van het leven te beroven en dat er in dit geval dan ook sprake is van een strafbare poging. Het feit dat het slachtoffer diezelfde avond een behoorlijke hoeveelheid alcohol had gedronken en dat niet vaststaat hoeveel insuline er is toegediend, zoals door de verdediging is aangevoerd, maken dit niet anders.

Strafmotivering
Verdachte heeft gekozen voor het injecteren met insuline in de hoop dat dit niet ontdekt zou worden, waardoor zij een nieuw leven had kunnen beginnen met haar nieuwe vriend. Verdachte heeft zich hierdoor schuldig gemaakt aan een poging tot moord op haar echtgenoot. Een poging tot moord is een van de ernstigste delicten die het Wetboek van Strafrecht kent. De echtgenoot van verdachte zal naar alle waarschijnlijkheid psychische gevolgen ondervinden van het feit dat zijn vrouw met wie hij al jaren samenleefde heeft geprobeerd hem te vermoorden. Juist in zijn eigen woning, in zijn eigen bed en in gezelschap van zijn eigen vrouw zou hij zich veilig moeten kunnen voelen. Bovendien heeft dit feit veel onrust veroorzaakt in de directe omgeving van het slachtoffer. De rechtbank neemt verdachte dit bijzonder kwalijk. '



21 september 2016
Voormalig arts veroordeeld voor poging tot ontucht met patiënte

'De rechtbank Den Haag heeft vandaag een 50-jarige man, een voormalige huisarts, veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden voor een poging tot het plegen van ontucht met een vrouw die aan zijn hulp en zorg was toevertrouwd.

Huisarts
Destijds, op 18 januari 2012, was deze man de huisarts van deze vrouw. Verdachte heeft van meet af aan ontkend zich schuldig te hebben gemaakt aan dit feit. Hij heeft daarbij verwezen naar een presentielijst, waaruit zou blijken dat hij op dat moment ergens anders was. Mede gelet op hetgeen vier voormalige collega’s daarover hebben verklaard, acht de rechtbank het alibiverweer van verdachte onaannemelijk.

Tuchtrechtelijke uitspraak
Eerder al, op 31 maart 2015, was aan deze man, onder andere vanwege hetzelfde feitencomplex, door Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg de maatregel van doorhaling van de inschrijving in het BIG-register opgelegd, waardoor hij zijn beroep als huisarts niet meer kan uitoefenen.

Vrijspraak andere feiten
Van drie andere zedendelicten, waarvan twee betrekking hadden op dezelfde vrouw, is de man vrijgesproken.

Lagere straf dan officier van justitie
De officier van justitie had gevorderd dat de man zou worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden. De rechtbank legt een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden op. Het verschil is gelegen in de omstandigheid dat de rechtbank een feit minder bewezen acht, dat het bewezen verklaarde feit geruime tijd geleden heeft plaatsgevonden en dat aan verdachte al een tuchtrechtelijke sanctie is opgelegd waardoor hij zijn beroep als huisarts niet meer kan uitoefenen.'



21 september 2016
Slachtoffer Facebookfilmpje verliest kort geding tegen ROC West-Brabant

'Het ROC West-Brabant hoeft niet mee te werken aan een onderzoek naar de inloggegevens van degene die in januari 2015 een seksfilmpje van Chantal uit Werkendam op Facebook plaatste. De rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelde vandaag dat het ROC niet onrechtmatig heeft gehandeld door het algemene privacybelang van haar leerlingen te laten prevaleren boven het individuele belang van Chantal.

Inbreuk op privacy
Het ROC weigerde medewerking aan het onderzoek omdat dat een te grote inbreuk op de privacy van zijn 2500 leerlingen zou vormen. Bovendien zouden er ook nog andere manieren zijn om de identiteit van de plaatser te achterhalen. De school stelt dat bij het onderzoek de privacy van alle leerlingen en medewerkers geschonden wordt, omdat hun inlogcodes en browsegeschiedenis dan zichtbaar worden.

Strafrechtelijk onderzoek
Volgens de voorzieningenrechter heeft Chantal niet aannemelijk kunnen maken dat er geen andere, minder bezwaarlijke manieren zijn om de identiteit van de plaatser te achterhalen. Zo loopt er nog steeds een strafrechtelijk onderzoek dat opheldering kan bieden. Hoewel dit onderzoek volgens Chantal momenteel stil ligt, zijn de beschikbare computergegevens bevroren, zodat deze voorhanden blijven voor onderzoek.

Getuigenverhoor
Bovendien hadden de zes leerlingen van wie de eisende partij vermoedt dat ze het filmpje mogelijk geplaatst hebben door een rechter gehoord kunnen worden in een voorlopig getuigenverhoor. Ook had aan hen toestemming voor het verwerken van hun gegevens gevraagd kunnen worden. Dat alles is echter niet gebeurd. De rechtbank neemt ten slotte in aanmerking dat de vordering er op gericht is om een schadeclaim te kunnen ontwikkelen en niet tot doel heeft een einde te maken aan een onrechtmatige situatie die nog steeds voortduurt. Het onrechtmatig handelen, hoe verwerpelijk ook, is al geruime tijd voorbij. Tegen de beslissing van de voorzieningenrechter kan nog beroep worden ingesteld.'



20 september 2016
Vrijspraak voor bestuurder politieboot na aanvaring

'De rechtbank heeft de bestuurder van een politieboot vrijgesproken. Hij werd ervan verdacht op 14 juni 2011 een aanvaring te hebben veroorzaakt met een rubberboot op het Uitgeestermeer. Bij de aanvaring is een passagier van de rubberboot gewond geraakt.

De verdachte had het vermoeden dat de rubberboot sneller voer dan was toegestaan en wilde daarom deze boot benaderen om de boot en de schipper te controleren. De verdachte heeft zijn snelheid verhoogd en een ruime bocht over bakboord gemaakt met de bedoeling op gelijke koers met de rubberboot te komen.

Schuld
De verdachte werd tenlastegelegd dat het zijn schuld was dat het slachtoffer zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen en dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van haar werk is ontstaan. Om tot een bewezenverklaring te kunnen komen moet er sprake zijn van schuld aan de zijde van verdachte en moet het slachtoffer letsel hebben opgelopen. Voor de conclusie dat sprake is van schuld is een zekere mate van verwijtbaarheid noodzakelijk. Ook een zekere mate van onachtzaamheid, onvoorzichtigheid of onoplettendheid moet aanwezig zijn. De officier van justitie heeft vrijspraak gevraagd omdat uit het dossier de toedracht van de aanvaring niet is vast komen te staan.

Vrijspraak
De rechtbank oordeelt dat niet wettig en overtuigend is bewezen wat de verdachte ten laste is gelegd. Het dossier geeft onvoldoende duidelijkheid over de toedracht van de aanvaring. Zo is sprake van volstrekt tegengestelde verklaringen door getuigen en is op grond van technisch onderzoek door deskundigen geen eenduidig beeld naar voren gekomen over de koers en de snelheid van de door de beide bij de aanvaring betrokken boten. De rechtbank spreekt de verdachte daarom vrij.'



20 september 2016
Taakstraf voor experimenteren met vuurwerk en bezit hennepplanten

'Een 28-jarige man uit Huizen die op een niet-professionele manier experimenteerde met vuurwerk is veroordeeld tot een taakstraf van 100 uur, waarvan 60 voorwaardelijk. De rechtbank Midden-Nederland veroordeelt de man ook voor het bezit van 17 hennepplanten.

Verkeerde hobby
De teamleider explosieven en veiligheid van de politie stelt dat de man een amateur is die aan de hand van het internet experimenteert met het samenstellen en maken van explosieven. De impact van een eventuele explosie zou niet zeer groot zijn. Tijdens de zitting gaf de verdachte aan dat hij beseft dat het een verkeerde hobby was.

?Depressieve stoornis
Volgens de deskundigen ging het niet goed met de man sinds zijn oma overleed. Hij ging meer drugs gebruiken, zijn financiële problemen werden groter en hij had geen zinvolle dagbesteding. Het experimenteren met explosieven was een manier om zich staande te houden in een fase waarin zijn leven fors was ontregeld.

Psychische behandeling
Inmiddels gaat het beter met de man: hij heeft veel van zijn schulden afgelost, doet vrijwilligerswerk, heeft een relatie en gebruikt geen harddrugs meer. Gezien de verbetering in het persoonlijke leven en de adviezen van de deskundigen legt de rechtbank een lagere straf op dan geëist. De rechtbank legt als voorwaarden op dat zijn psychische behandeling voortduurt onder toezicht van de reclassering.'



20 september 2016
Bouw hotel Loesbleik mag starten

'De voorzieningenrechter van de rechtbank Limburg heeft de verzoeken van omwonenden om de bouw van een hotel met appartementen aan de Loesbleik in Roermond uit te stellen, afgewezen. Omwonenden wilden voorkomen dat gestart zou worden met de bouw en met snoeiwerkzaamheden aan zeven platanen langs de Roer.

Het hotel en de appartementen
De voorzieningenrechter vindt dat voldoende is onderzocht wat de consequenties van het bouwproject zijn voor de omgeving. Het college van burgemeester en wethouders van Roermond heeft goed onderbouwd waarom een afwijking van het bestemmingsplan overeenstemt met een goede ruimtelijke ordening.

De platanen
De voorzieningenrechter begrijpt dat de omwonenden het behoud van de platanen langs de Roer belangrijk vinden. Duidelijk is ook dat het uiterlijk, de uitstraling en de schaduwwerking van de bomen door het intensief snoeien anders zullen worden. Uit onderzoek blijkt echter dat de kans minimaal is dat de bomen het snoeien niet zullen overleven. De vergunning om de bomen te snoeien mocht dan ook verleend worden.'



20 september 2016
Politieman bestraft voor schenden ambtsgeheim

'Een oud-medewerker van de politie Oost-Nederland moet 140 uur werken omdat hij zijn ambtsgeheim schond. De man zocht informatie over mensen in zijn omgeving op in politiesystemen en deelde die met familie en een kennis. Twee van de mensen over wie hij informatie deelde moet hij een schadevergoeding van 500 euro betalen. Vanwege de affaire werd hij door de politie al ontslagen.

Informatie
In de loop van anderhalf jaar zocht de man meerdere malen informatie over mensen op in de politiesystemen waar hij vanwege zijn functie toegang toe had. Het ging onder meer om informatie over mensen die in de instelling waar zijn vrouw werkzaam was kwamen wonen en om de nieuwe vriend van zijn stiefdochter.

Dat de politieman zijn ambtsgeheim op deze manier schond is een ernstig feit. Burgers moeten er van uit kunnen gaan dat de politie integer omgaat met vertrouwelijke informatie. Door zijn handelen heeft de man niet alleen de direct betrokkenen beschadigd, maar ook het vertrouwen in de politie in het algemeen aangetast.

Straf
Bij het opleggen van de straf houdt de rechtbank rekening met het feit dat de man zijn baan bij de politie door het gebeuren is kwijtgeraakt. Ook dat hij inmiddels vrijwillig hulpverlening heeft ingeschakeld weegt de rechtbank mee. Omdat daarmee de kans op herhaling voldoende is ingeperkt legt de rechtbank naast de taakstraf geen voorwaardelijke gevangenisstraf op.'



20 september 2016
Werkstraf voor valse bommelding bij hogeschool Roosendaal

'Een 20-jarige man is door de rechtbank Zeeland-West-Brabant veroordeeld tot een werkstraf van 100 uur. Hij deed op 15 januari 2015 een 112-melding dat er een bom zou liggen bij het Zoomvliet College in Roosendaal, vergezeld van de woorden ‘allahoe akbar, allahoe akbar’.

Angstgevoelens
De melding bleek vals. Omdat er geen aanwijzingen waren voor een explosief werd besloten de school niet te ontruimen. De verdachte kon diezelfde dag nog worden aangehouden na onderzoek door de politie. De rechtbank rekent het de verdachte zwaar aan dat hij de in de huidige maatschappij levende angstgevoelens voor terroristische aanslagen heeft misbruikt en aangewakkerd door zijn melding en woordkeuze.

Motief onduidelijk
Mogelijk was de bommelding een impulsieve actie van de verdachte om te zorgen dat een vriend vrij zou krijgen van school, zodat ze samen naar Antwerpen konden gaan. De man wordt bestraft als minderjarige, omdat hij nog niet functioneert als een volwassene. Dit betekent ook dat de straf lager uitvalt dan de eis. De officier van justitie had bestraffing als meerderjarige en een werkstraf van 150 uur geëist.'



20 september 2016
9 jaar celstraf voor ombrengen nieuwe partner ex-vrouw

'Man uit Den Haag veroordeeld wegens doodslag op partner van zijn ex-vrouw
De 58-jarige man die op 16 oktober 2015 de nieuwe vriend van zijn ex-vrouw met messteken om het leven bracht, krijgt van de rechtbank Den Haag 9 jaar gevangenisstraf voor doodslag. Dit is ook de straf die het Openbaar Ministerie heeft geëist.

Steekpartij
Op brute wijze heeft de dader geweld toegepast op het lichaam van het slachtoffer door hem niet éénmaal, maar meerdere malen met grote kracht met een mes te steken, waarvan twee keer in de borst. Het slachtoffer werd aangetroffen voor zijn eigen woning in Den Haag.

Doodslag in plaats van voorbedachte raad
De rechtbank vindt het gedrag van de 58-jarige man voorafgaand, tijdens en na de steekpartij opmerkelijk. Er zijn echter geen objectieve bewijsmiddelen die de verklaring van de verdachte, dat hij heeft gehandeld in een plotseling opgekomen paniekreactie, tegenspreken of weerleggen. Dit is voor de rechtbank doorslaggevend bij de beslissing dat het doodslag is geweest en dat geen sprake was van voorbedachte raad (oftewel, moord). De officier van justitie was in haar eis eveneens uitgegaan van doodslag.

Wel toerekeningsvatbaar
De geraadpleegde deskundigen vinden het niet waarschijnlijk dat een psychische stoornis bij de verdachte heeft geleid tot het plegen van dit strafbare feit. De rechtbank ziet dan ook geen reden om de man verminderd toerekeningsvatbaar te achten.'



20 september 2016
Uitspraak hoger beroep over voorwaarden voorwaardelijke invrijheidsstelling Van der G

'Het gerechtshof Den Haag heeft op 20 september 2016 uitspraak gedaan in drie zaken tussen Volkert van der G. en de Staat. In alle drie de zaken bestaat geschil tussen Van der G. en het Openbaar Ministerie over de inhoud van de voorwaarden waaraan Van der G. zich moet houden tijdens zijn voorwaardelijke invrijheidsstelling. Het hof heeft, net als de rechtbank, Van der G. in één zaak gelijk en in twee zaken ongelijk gegeven.

Van der G. is door het gerechtshof in Amsterdam op 18 juli 2003 veroordeeld tot een gevangenisstraf van achttien jaar voor de moord op Pim Fortuyn. Hij is met ingang van 2 mei 2014 voorwaardelijk in vrijheid gesteld. Aan deze voorwaardelijke invrijheidsstelling zijn voorwaarden verbonden waaraan Van der G. zich gedurende de proeftijd (die loopt tot mei 2020) moet houden. Tussen Van der G. en het OM zijn verschillen van inzicht gerezen over de reikwijdte van drie van deze voorwaarden. Deze voorwaarden zijn: (1) dat Van der G. zich psychologisch of psychiatrisch laat begeleiden, (2) dat Van der G. meewerkt aan de evaluatie van de hem opgelegde voorwaarden en (3) dat Van der G. zich regelmatig meldt bij de reclassering.

- 1. psychologische/psychiatrische begeleiding
1. psychologische/psychiatrische begeleiding
Van der G. heeft zich laten begeleiden door een psychiater, totdat de psychiater concludeerde dat verdere begeleiding niet langer nodig was. De Staat vindt dat Van der G. zich verder moet laten begeleiden door een psycholoog, maar Van der G. weigert dat. Het hof stelt Van der G. in dit opzicht in het gelijk. Nu de psychiater van mening is dat verdere begeleiding niet zinvol is, biedt de aan Van der G. opgelegde voorwaarde geen ruimte voor verdere begeleiding door een psycholoog.

- 2. evaluatie voorwaarden
In het besluit, waarbij Van der G. voorwaardelijk in vrijheid werd gesteld, is bepaald dat de aan hem opgelegde voorwaarden periodiek zullen worden geëvalueerd. Van der G. stelt zich op het standpunt dat deze bepaling niet op hem slaat (het zou gaan om een werkafspraak tussen OM en reclassering) en dat hij bovendien niet tot medewerking aan evaluatie kan worden verplicht. Het hof beslist anders. Het hof is van oordeel dat deze bepaling duidelijk tot Van der G. is gericht en niet slechts een werkafspraak betreft. Het hof is daarnaast van oordeel dat de re-integratie van Van der G. in de maatschappij wordt bevorderd als de voorwaarden worden aangepast indien daar aanleiding toe is, bijvoorbeeld door een wijziging in de omstandigheden. Het ligt in de rede dat Van der G. daarbij betrokken is door mee te werken aan evaluatie van die voorwaarden.

- 3. meldplicht bij de reclassering
Op grond van deze voorwaarde dient Van der G. zich periodiek te melden bij de reclassering. De Staat is van mening dat Van der G. in dat kader verplicht is inhoudelijke mededelingen te doen en vragen te beantwoorden over zijn situatie. Van der G. is het hier niet mee eens. Hij vindt dat hij kan volstaan met een enkele melding (”Hier ben ik. Tot ziens.”). Het hof is van oordeel dat de voorwaarde meer inhoudt dan een enkele melding en dat Van der Graaf wel degelijk verplicht is vragen van de reclassering te beantwoorden en inzicht te geven in zijn situatie en plannen.

Tegen het arrest van het gerechtshof staat cassatieberoep open bij de Hoge Raad.'



20 september 2016
Amsterdammer krijgt gevangenisstraf voor ontucht met minderjarigen uit Tiel

'Een 49-jarige Amsterdammer heeft in Tiel ontucht gepleegd met drie nog zeer jonge kinderen. De rechtbank Gelderlander heeft deze man veroordeeld tot 1 jaar gevangenisstraf, waarvan 7 maanden voorwaardelijk.

Spelen met kinderen
De man heeft de kinderen op straat aangesproken, is met hen gaan spelen en heeft hen vervolgens meerdere keren betast en zichzelf laten betasten.

Verminderd toerekeningsvatbaar
De officier van justitie heeft een straf van 15 maanden geëist, waarvan 10 maanden voorwaardelijk.
De rechtbank vindt de ontucht zeer ernstig en daarom een onvoorwaardelijke celstraf gepast. Bij de hoogte van de gevangenisstraf heeft de rechtbank ook rekening gehouden met het feit dat de Amsterdammer als verminderd toerekeningsvatbaar moet worden beschouwd.

Bijzondere voorwaarden
Aan het voorwaardelijk strafdeel zijn bijzondere voorwaarden verbonden. De man moet een verplichte behandeling volgen, moet zich ook houden aan de aanwijzingen van de reclassering en mag zich niet meer in Tiel laten zien. Verder moet hij schadevergoedingen van in totaal 1816,70 euro betalen.'



16 september 2016
School in Geldrop hoeft vooralsnog geen klaslokaal af te staan

'Basisschool De Branding in Geldrop hoeft voorlopig geen klaslokaal af te staan aan basisschool De Regenboog. Dit besliste de voorzieningenrechter van de rechtbank Oost-Brabant vandaag.

In maart vorig jaar werd in Geldrop een brede school in gebruik genomen waarin onder meer de basisscholen De Brand en De Regenboog zijn gehuisvest. In januari 2015 deed de directeur van De Regenboog een verzoek bij de gemeente Geldrop-Mierlo om een extra schoollokaal. Nog voordat de gemeente op dit verzoek had beslist, stond De Branding een lokaal af. De gemeente gaf de stichting die eigenaar is van De Branding vervolgens op 7 september jl. opdracht een lokaal af te staan. De stichting maakte bezwaar tegen dit besluit en verzocht de rechter een voorlopige voorziening te treffen.

Volgens de stichting is het besluit om een lokaal af te staan onrechtmatig, omdat De Regenboog intussen al het gevraagde extra lokaal in gebruik had genomen en daarmee reeds voldaan was aan hun verzoek. De gemeente stelt dat De Regenboog weliswaar al een extra lokaal in gebruik had genomen, maar recht had op meer schoolruimte op het moment dat de gemeente op het verzoek besliste.

De voorzieningenrechter oordeelt dat de gemeente het verzoek had moeten afwijzen. De Regenboog had intussen immers al het gevraagde extra lokaal gekregen waar zij om had gevraagd. Dat De Regenboog mogelijk recht had op meer schoolruimte, doet daar niet aan af. De rechter besliste dat de gemeente eerst een besluit moet nemen op het bezwaar van De Branding en dat deze basisschool tot 6 weken daarna geen lokaal hoeft af te staan. Dat is de tijd die De Branding heeft om eventueel beroep in te stellen tegen het besluit op het bezwaar.'



16 september 2016
Rechter bestraft mishandeling van politie

'Apeldoorner zette scootmobiel in als wapen
De rechtbank veroordeelde vandaag een 34-jarige man uit Apeldoorn tot een gevangenisstraf van 7 maanden voor o.a. mishandeling van 2 politieagenten en 2 diefstallen.

Scootmobiel als wapen
De Apeldoorner heeft bij de mishandeling van de 2 politieagenten zijn scootmobiel als wapen gebruikt. Hij reed met zijn scootmobiel tegen de politieagenten aan. De rechtbank neemt het de man ernstig kwalijk dat hij de politieagenten belemmerde in hun werk én hen daarbij letsel heeft bezorgd.

Naast de mishandeling heeft de man zich ook schuldig gemaakt aan een poging tot auto-inbraak waarbij de auto beschadigd werd en 2 diefstallen. Dit soort feiten zorgen voor veel kosten en overlast bij de slachtoffers. De Apeldoorner trok zich van dit alles niets aan.

Behandeling om herhaling te voorkomen
Hoewel de rechtbank het noodzakelijk vond dat de man een behandeling om herhaling te voorkomen onderging, bleek tijdens de zitting dat hij daar niet aan mee wilde werken. Een kale afstraffing was daarom volgens de rechtbank de enige reële optie.

De rechtbank realiseert zich dat de straf die zij oplegt lager is dan de eis van de officier van justitie. Deze eiste namelijk dat de man 10 maanden de cel in gaat. De reden van dit verschil is onder andere het rapport waaruit blijkt dat de feiten in minder mate aan de man kunnen worden toegerekend. Daarnaast is de rechtbank van mening dat een gevangenisstraf van 7 maanden passend is voor de straffende feiten die man heeft begaan.

Schadevergoeding
De Apeldoorner moet aan 3 slachtoffers een schadevergoeding van in totaal 1122,14 euro betalen.'



16 september 2016
Taakstraf en rijontzegging voor veroorzaken ongeval in Uden

'De rechtbank Oost-Brabant heeft vandaag een 26-jarige Udenaar veroordeeld voor het veroorzaken van een verkeersongeval in Uden. Hij krijgt een taakstraf van 140 uur en een rijontzegging van 270 dagen, waarvan 187 dagen voorwaardelijk.

De man stapte in maart vorig jaar met te veel alcohol op achter het stuur van zijn auto en verloor nabij een rotonde in Uden de macht over het stuur. Hij slipte tegen een geparkeerde auto en raakte vervolgens een fietsster, die bekneld raakte tussen de auto’s. Het slachtoffer liep een wond aan haar onderbeen en een gekneusde enkel en rib op.

De rechtbank oordeelt dat de verdachte aanmerkelijk onvoorzichtig reed en dat daardoor het ongeval heeft plaatsgevonden. Zijn rijgedrag is aanmerkelijk onder de maat gebleven van dat wat van een automobilist wordt geëist. Daarbij neemt de rechtbank in aanmerking dat het rijgedrag van de man in aanzienlijke mate moet zijn bepaald door de hoeveelheid alcohol die hij had gedronken. Het lichamelijk letsel dat de fietsster bij het ongeval opliep, leidde tot tijdelijke verhindering in de uitoefening van haar normale bezigheden. Onder deze omstandigheden zou volgens de door de rechtbanken gehanteerde oriëntatiepunten in beginsel een taakstraf van 90 uur en een rijontzegging van 9 maanden op z’n plaats zijn. De rechtbank legt echter een kortere rijontzegging op, omdat de verdachte zijn rijbewijs nodig heeft voor het behoud van zijn werk en daarmee zijn inkomen, en veroordeelt de man daarom tot een hogere taakstraf.

De verwijzing naar de uitspraak volgt zo spoedig mogelijk.'



16 september 2016
Benamingen ‘Fetoschool’ en ‘terroristenschool’ niet toegestaan

'De rechtbank heeft in de kort gedingprocedure van de Stichting Islamitisch Onderwijs Zaanstad, waaronder basisschool De Roos valt, tegen vier moeders (gedaagden) van oud leerlingen de Stichting deels in het gelijk gesteld: het is onrechtmatig om De Roos een ‘Fetoschool’ of ‘terroristenschool’ te noemen. Op overtreding is een dwangsom van 1.000 euro per overtreding gesteld met een maximum van 10.000 euro. De overige vorderingen van de Stichting, zoals opheffing van de WhatsAppgroep van gedaagden en rectificatie van hun uitlatingen in de Telegraaf, zijn door de kort gedingrechter afgewezen.

Vrijheid van meningsuiting
Centraal in deze procedure staat het recht op vrije meningsuiting van de vier gedaagden tegenover bescherming van de goede naam van De Roos. Het recht op vrije meningsuiting mag onder bepaalde voorwaarden beperkt worden. Dat is het geval als de uitlatingen van de vier moeders onrechtmatig zouden zijn. De rechter moet daarbij de belangen van beide partijen tegen elkaar afwegen en de relevante omstandigheden betrekken.

WhatsAppgroep
Door één van de moeders is een WhatsAppgroep opgericht, om voorlichting te geven over het uitschrijven van leerlingen van De Roos. Later beheerden drie van de gedaagden de groep. De groep was besloten, maar andere ouders werden actief benaderd ook deel te nemen. In de gesprekken in de groep lijkt men gaande de rit in steeds hardere bewoordingen stelling te nemen tegen de school vanwege diens (vermeende) betrokkenheid bij de Gülenbeweging. De vierde moeder heeft ouders een brief gestuurd met de oproep lid te worden van de WhatsAppgroep, omdat ‘onze school ook onder de landverraders valt’. Er zijn contacten geweest met de gemeente Zaanstad om een lijst op te stellen van leerlingen die van school gehaald werden en elders ingeschreven moesten worden. Ook op internet en door het Turkse staatspersbureau is De Roos als ‘Gülenschool’ gekwalificeerd.

Gülenschool
De aanduiding in de WhatsAppgroep dat De Roos een school is van landverraders, terroristen en moordenaars zijn ernstige beschuldigingen die door gedaagden niet feitelijk onderbouwd zijn. Een beroep op de gebeurtenissen in Turkije op 15 juli 2016 en daarna, en op de omstandigheid dat president Erdogan Gülen als het brein achter de mislukte staatsgreep ziet, zijn daarvoor onvoldoende. Die uitlatingen zijn dus onrechtmatig en dragen bij aan schadelijke beeldvorming over De Roos. Ook de benaming ‘Fetoschool’ belastert De Roos. Dat geldt echter niet voor de term ’Gülenschool’. De Stichting heeft het standpunt van de gedaagden dat de school in het verleden Gülengeoriënteerde activiteiten heeft ontplooid, onvoldoende weerlegd. Er is eind juli 2016 een persbericht op haar site geplaatst, daarna is het van de kant van de school stil geweest. Bovendien hebben de vier moeders in een besloten WhatsAppgroep geopereerd. De rechter plaatst enige kanttekeningen bij die beslotenheid en het doel van de groep, maar betrekt in haar oordeel ook de contacten met de gemeente Zaanstad over de uitgeschreven leerlingen en het gegeven dat De Roos van buitenaf als ‘Gülenschool’ is gekwalificeerd. Er is in de WhatsAppgroep wel druk op ouders uitgeoefend, maar deze was niet intimiderend en ontoelaatbaar. De groep was immers voor gelijkgestemden opgericht. Verwijdering van de berichten vindt de rechter niet zinvol, eerder gestuurde berichten blijven toch zichtbaar. Ook de opheffing van de WhatsAppgroep vindt de rechter te ingrijpend in het licht van de geconstateerde onrechtmatige uitlatingen.

Facebook
De stichting heeft gevraagd om opheffing van een facebookpagina. Geen van de gedaagden is oprichter van die pagina. Posts op die pagina noemen niet de naam van de Stichting of De Roos. Ook die vorderingen worden afgewezen, evenals de gevraagde rectificatie. Die staat niet in verhouding tot de gedane uitlatingen, de groep was relatief besloten en het beoogde doel, rust rond de school, wordt daarmee niet bereikt. Voor rehabilitatie kan de Stichting het vonnis gebruiken.'



15 september 2016
Beroep op de nieuwe terugbetalingsregels voor aflossing studieschuld

'De Centrale Raad van Beroep oordeelt in zijn uitspraak van 27 juli 2016 dat appellanten niet voldoen aan de voorwaarden van artikel 10a.2 van de Wet studiefinanciering 2000. Zij kunnen niet kiezen voor het nieuwe aflossingssysteem, dat tot een aanzienlijk lagere draagkracht per maand zou leiden.

Met ingang van 1 januari 2010 is het aflossingssysteem studieschulden vernieuwd bij de Wet van 23 april 2009 tot wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 en de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijke onderzoek in verband met de verhoging van het collegegeld en de aanpassing van het aflossingssysteem studieschulden (Stb. 2009, 246), hierna te noemen de Wijzigingswet. Als gevolg van de Wijzigingswet is de oude debiteurenregeling van hoofdstuk 6 van de Wet studiefinanciering 2000 (Wsf 2000) verplaatst naar het nieuw ingevoerde hoofdstuk 10A van die wet en is in hoofdstuk 6 van die wet een nieuwe debiteurenregeling opgenomen.

Ingevolge artikel 10a.1 van de Wsf 2000 is hoofdstuk 10a uitsluitend van toepassing op debiteuren die voor het studiejaar 2009-2010 voor het eerst studiefinanciering ontvingen, tenzij zij een aanvraag hebben ingediend als bedoeld in artikel 10a.2.

Ingevolge artikel 10a.2, eerste lid, eerste volzin, van de Wsf 2000 kan een debiteur die voor het studiejaar 2009-2010 voor het eerst studiefinanciering ontving en voor wie op 31 december 2011 nog geen aflosfase is aangevangen, op aanvraag zijn schuld aflossen op grond van hoofdstuk 6.

Aangezien appellanten beiden vóór 1 januari 2012 zijn begonnen met het aflossen van hun studieschuld, voldoen zij niet aan de voorwaarden van artikel 10a.2 van de Wsf 2000. Zij kunnen daarom op grond van die bepaling niet kiezen voor het nieuwe aflossingssysteem. Niet in geschil is dat toepassing van draagkrachtregels van het nieuwe aflossingssysteem, dat is neergelegd in (het nieuwe) hoofdstuk 6 in het geval van appellanten leidt tot een aanzienlijk lagere draagkracht per maand.

De Centrale Raad van Beroep is de hoogste rechter op het gebied van het sociale bestuursrecht, het ambtenarenrecht en delen van het pensioenrecht.

Dit is een nieuwsbericht op basis van de genoemde uitspraak van de Centrale Raad van Beroep. Bij verschil tussen dit nieuwsbericht en de volledige uitspraak is laatstgenoemde beslissend.'



15 september 2016
15 jaar voor vader wegens seksueel misbruik en mensenhandel van zijn 3 dochters

'Het gerechtshof in Den Haag heeft een gevangenisstraf van 15 jaar opgelegd aan een 62-jarige man wegens langdurig ernstig seksueel misbruik en jarenlange mensenhandel van zijn dochter en pleegdochters. Er was een straf van vijftien en een half jaar geëist. Ook moet de verdachte een schadevergoeding van in totaal 465.000 euro aan zijn dochters betalen.

Binnen het gezin zijn de 3 meisjes vanaf hun tienerjaren in een sociaal isolement gebracht, zijn zij geestelijk en lichamelijk mishandeld en mochten zij vanaf hun zestiende jaar niet meer naar school. Uiteindelijk moesten de meisjes direct na hun achttiende verjaardag in de prostitutie werken. De jonge vrouwen stonden bovendien jarenlang verplicht al het geld dat zij verdienden af aan de verdachte.

De rechtbank sprak de verdachte eerder vrij van het seksueel misbruik en veroordeelde de verdachte alleen voor mensenhandel tot een gevangenisstraf van 6 jaar. Omdat het hof het seksueel misbruik wel bewezen verklaart en bovendien van oordeel is dat de feiten rond de mensenhandel zwaarder moeten worden bestraft, komt het tot de straf van 15 jaar. '



15 september 2016
Straf voor veteraan die pantservoertuig stal

'De 55-jarige veteraan die op 28 juni 2014 een pantservoertuig stal vanaf de legerbasis in Havelte is veroordeeld tot 20 dagen celstraf. De straf is gelijk aan het voorarrest. De oud-militair uit Oldenzaal werd met het rupsvoertuig op de A28 bij ’t Harde aangehouden. Hij wilde naar de Veteranendag in Den Haag rijden om daar een statement te maken. De man is door posttraumatische stress verminderd toerekeningsvatbaar.

Gerechtsgebouw Zwolle
De man is daarnaast veroordeeld voor het mishandelen van zijn vader. Na de diefstal van het rupsvoertuig ging de man bij zijn vader wonen. Tijdens een conflict tussen beiden sloeg hij zijn vader op zijn kaak.

Positieve weg
De rechtbank oordeelt dat de man verminderd toerekeningsvatbaar is en dat het goed zou zijn als hij op vrijwillige basis wordt behandeld voor zijn posttraumatische stressproblemen. De oud-militair woont nu in een beschermde setting met andere veteranen. De rechtbank spreekt de hoop en verwachting uit dat hij de positieve weg vervolgt die hij daar is ingeslagen en de hulp aangrijpt die hem wordt geboden. '



15 september 2016
Celstraf voor betasten van vrouwen en poging tot verkrachting

'De rechtbank Oost-Brabant heeft vandaag een 24-jarige man uit Eindhoven veroordeeld tot een gevangenisstraf van 730 dagen, waarvan 515 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar. Hij greep in 4 dagen tijd meerdere vrouwen in hun kruis, kneep in hun billen en probeerde een vrouw te verkrachten.

Op 25 februari van dit jaar heeft de man in de avond een tweetal vrouwen lopend achtervolgd. Eén van hen wist de man af te weren. De andere vrouw is door hem vastgepakt en in haar kruis gegrepen. Een dag later heeft de man een vrouw op het busstation in Eindhoven ter hoogte van haar kruis gegrepen. Op 27 februari heeft de man drie vrouwen betast in de buurt van een supermarkt. Die nacht fietste de man vervolgens tweemaal achter andere slachtoffers aan naar hun woning. Hij heeft geprobeerd de eerste vrouw haar tuin in te volgen, maar zij wist de poort terug te duwen en haar vader tijdig te waarschuwen. Hij volgde de andere vrouw wel haar achtertuin in, pakte haar vast en zei dat hij seks wilde hebben. Tijdens de daarop volgende worsteling greep de man de vrouw in haar kruis. Uiteindelijk probeerde de man te vluchten.

De rechtbank veroordeelde de man vandaag ook voor het opzettelijk vernielen van een autospiegel in oktober 2015.

De rechtbank houdt er rekening mee dat de man in 4 dagen tijd een aantal vrouwen heeft gedwongen om seksuele handelingen ter ondergaan. Deze handelingen liepen op in ernst, met als laatste feit een poging tot verkrachting. De man joeg de vrouwen grote angst aan door hen te dwingen de handelingen te ondergaan. De man droeg hierdoor bij aan het maatschappelijke gevoel van onlust dat het voor met name vrouwen niet veilig is op straat. Juist deze veiligheid is in onze samenleving een groot goed en het maken van inbreuk daarop wordt door de rechtbank als zeer kwalijk gezien.

De rechtbank houdt er anderzijds rekening mee dat de man te kampen heeft met psychische problematiek en dat de feiten hem slechts in verminderde mate kunnen worden toegerekend. De rechtbank legt een deel van de celstraf voorwaardelijk op, om de man ervan te weerhouden opnieuw strafbare feiten te plegen en ervoor te zorgen dat hij zo snel mogelijk de noodzakelijke klinische behandeling voor zijn psychische problematiek kan ondergaan. Verder krijgt de verdachte een meldplicht en moet hij zich na zijn klinische behandeling nog aanvullend ambulant laten behandelen en zich laten opnemen in een instelling voor begeleid wonen. De verdachte moet een aantal slachtoffers een schadevergoeding betalen van in totaal bijna 2.000 euro.'



15 september 2016
Bedrijf in Hapert mag niet meer handelen in geïmporteerde honden

'De gemeente Bladel verbood de eigenaar van een bedrijf in Hapert terecht om nog langer geïmporteerde honden te verkopen. Dit besliste de voorzieningenrechter van de rechtbank Oost-Brabant zojuist.

De eigenaar van het bedrijf importeert, fokt en houdt honden op 2 locaties in Hapert en Bladel. In juni van dit jaar droeg de gemeente de eigenaar op om te stoppen met de handel in geïmporteerde honden, omdat dit in strijd zou zijn met het bestemmingsplan. De eigenaar stapte vervolgens naar de rechter en vroeg om een voorlopige voorziening.

Volgens de eigenaar is er sprake van een hondenfokkerij en is de gemeente vooringenomen in deze zaak. Hij mag op grond van het bestemmingsplan vanaf zijn locatie in Hapert “zelf voortgebrachte producten” aan particulieren verkopen. De eigenaar beweert dat hij de honden zelf fokt en honden importeert en op fokt, waarmee het dus zelf voortgebrachte producten zouden zijn. De gemeente voerde aan dat het een in de maatschappij breed gedragen wens is de handel in geïmporteerde honden te stoppen. Volgens de gemeente worden de hondjes die uit Hongarije worden gehaald niet opgefokt maar meestal direct verkocht. Uit gegevens van de Rijksdienst voor ondernemend Nederland blijkt namelijk dat de hondjes slechts enkele dagen of weken op het bedrijf verbleven voordat ze verkocht werden aan particulieren of handelaren.

De voorzieningenrechter oordeelt dat het weliswaar is toegestaan om op de locatie een hondenfokkerij te hebben, maar dat daar, voor zover het de verkoop van geïmporteerde honden betreft, in dit geval geen sprake van is. In het bestemmingsplan staat het begrip “hondenfokkerij” niet omschreven, dus zoekt de rechter aansluiting bij het normale spraakgebruik. Een hondenfokkerij is een bedrijf waar bedrijfs- of hobbymatig honden worden voortgebracht. Belangrijk onderdeel van het fokken is dat de honden op het bedrijf worden geboren. Nu de eigenaar niet kan weerleggen dat de geïmporteerde honden meestal slechts kort, soms nog geen dag, op het bedrijf verblijven, mocht de gemeente vaststellen dat er sprake is van een illegale activiteit.'



15 september 2016
Celstraffen voor betrokkenheid bij xtc-labs in Pijnacker en Lisse

'Op 18 november 2014 is in Pijnacker in een bedrijfspand een professioneel ingericht laboratorium geschikt voor grootschalige productie van xtc-pillen aangetroffen. In het kader van het onderzoek dat op deze ontdekking volgde, is de politie op 5 juni 2015 gestuit op een soortgelijk laboratorium in een bedrijfspand in Lisse. In beide bedrijfspanden is ook een voorraad MDMA (de grondstof voor xtc-pillen) aangetroffen.

Grootschalige productie en voorraad
Na de ontdekking van het laboratorium in Lisse is een aantal mannen als verdachte aangehouden. In de auto’s van enkele van hen werden onder andere grote hoeveelheden xtc-pillen gevonden. In één geval ging het om 26.000 pillen.

Behandeling strafzaak
Op 30 en 31 augustus en 1 september 2016 stonden vijf personen terecht voor de rechtbank Den Haag. Zij werden ervan verdacht op enigerlei wijze betrokken te zijn geweest bij de productie van xtc-pillen in de bedrijfspanden in Pijnacker of Lisse of in beide en xtc-pillen en/of MDMA voorhanden te hebben gehad. Enkele van hen werden ook nog van andere strafbare feiten verdacht. Vandaag heeft de rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaken van deze vijf personen.

Straffen op een rijtje
Een nu 42-jarige man uit Zoetermeer is veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes jaar en zes maanden voor betrokkenheid bij de productie van xtc-pillen in beide bedrijfspanden, voor het voorhanden hebben van MDMA/xtc-pillen, voor witwassen en voor valsheid in geschrift. Het witwassen vond onder andere plaats door geldbedragen met onduidelijke herkomst op een privébankrekening en op bankrekeningen van zijn bedrijven te storten en deze vervolgens rond te pompen. Een nu 34-jarige man uit Nieuwerkerk aan den IJssel is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 4 jaar voor betrokkenheid bij de productie van xtc-pillen in de twee bedrijfspanden en voor het voorhanden hebben van MDMA/xtc-pillen. Een nu 26-jarige man uit Zoetermeer is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 jaar, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, voor betrokkenheid bij de productie van xtc-pillen in het bedrijfspand in Lisse en voor het voorhanden hebben van MDMA/xtc-pillen.Een nu ook 26-jarige man uit Nieuwerkerk aan den IJssel is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 jaar, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, voor betrokkenheid bij de productie van xtc-pillen in het bedrijfspand in Pijnacker en voor het voorhanden hebben van verschillende soorten verdovende middelen. Een nu 29-jarige man uit Amsterdam is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, voor het vervoeren van xtc-pillen, voor valsheid in geschrift, voor oplichting van een hypotheekbank en voor witwassen. Bij dit laatste ging het om een valse werkgeversverklaring waarmee deze man uit Amsterdam een hypotheekverstrekker heeft opgelicht. Vervolgens heeft hij met de hypotheeklening een woning gekocht en deze verhuurd, wat witwassen oplevert. Aan de opgelegde voorwaardelijke straffen heeft de rechtbank ook bijzondere voorwaarden verbonden om de veroordeelden ervan te weerhouden in de toekomst wederom strafbare feiten te plegen.

Voorlopige hechtenis
De voorlopige hechtenis van de vijf verdachten was eerder al door de rechtbank geschorst, voor vier van hen tot de einduitspraak. Naar het oordeel van de rechtbank moeten deze vier mannen opnieuw vast komen te zitten.'



15 september 2016
Pruikenbende. Nederlandse verdachte mag worden overgeleverd.

'De rechtbank heeft vandaag beslist op het verzoek om overlevering van een Nederlandse vrouw naar Duitsland. De vrouw wordt in Duitsland verdacht van betrokkenheid bij een bankroof die zou zijn uitgevoerd door wat in de pers is aangeduid als “De pruikenbende”.

De rechtbank staat de overlevering toe omdat aan de in de wet gestelde eisen voor overlevering is voldaan.

Getuigenverklaringen
De gevoerde verweren zijn verworpen. Het eerste verweer was dat zij bij voorbaat haar onschuld heeft kunnen aantonen met getuigenverklaringen. Deze hielden in dat zij op het moment van de bankroof in Amsterdam was. De rechtbank gaat hier niet in mee omdat de bewijswaarde van deze verklaringen mede afhankelijk is van het overige bewijsmateriaal. De rechtbank beschikt daar niet over en hoeft daar in een overleveringsprocedure ook niet over te beschikken. De waardering van de getuigenverklaringen moet in de Duitse procedure plaats vinden.

Grondrechtenbescherming
Het tweede verweer hield in dat zij eerder in Duitsland is vrijgelaten. In hoger beroep is deze beslissing vernietigd. Door de hogere Duitse rechter is opnieuw haar voorlopige hechtenis bevolen. De verdediging heeft aangevoerd dat dit in strijd is met de grondrechten (artikel 5 EVRM). De rechtbank gaat ook hierin niet mee. Het Europese stelsel van overlevering tussen de EU lidstaten is onder meer gebaseerd op het vertrouwen dat de lidstaten een gelijkwaardige grondrechtenbescherming bieden. De rechtbank dient er daarom op te vertrouwen dat de Duitse rechter een zorgvuldige afweging heeft gemaakt en daarbij ook de grondrechten heeft betrokken. Het gevoerde verweer tast dit vertrouwen niet aan. De rechtbank kan daarom niet toekomen aan een beoordeling van de door Duitse rechter genomen beslissing.'



14 september 2016
Gevangenisstraf voor dodelijke steekpartij in tapijtwinkel

'Het gerechtshof Den Haag heeft vandaag een 46-jarige verdachte in hoger beroep veroordeeld wegens het doodsteken van zijn vrouwelijke collega in een tapijtwinkel in het Alexandrium in Rotterdam op 10 juli 2013.

Het hof heeft de verdachte voor doodslag een gevangenisstraf van twaalf jaar opgelegd. De rechtbank had de verdachte eerder veroordeeld voor doodslag tot een gevangenisstraf van 14 jaar.

De eis van het openbaar ministerie betrof een veroordeling voor moord en een gevangenisstraf van achttien jaar. Het hof oordeelde echter dat de voorbedachte raad niet wettig en overtuigend bewezen kon worden. Het hof heeft zich aangesloten bij de rapportage van het Pieter Baan Centrum en de verdachte volledig toerekeningsvatbaar geacht, maar heeft bij de strafoplegging wel rekening gehouden met diverse strafverzachtende omstandigheden.'



14 september 2016
Mannen krijgen 2 jaar celstraf voor straatroof in Uden

'De rechtbank Oost-Brabant heeft vandaag 2 mannen uit Uden (37 en 41 jaar) veroordeeld tot gevangenisstraffen van 2 jaar voor een gewelddadige straatroof.

Het dus wachtte in maart van dit jaar bij een winkel in Uden tot een leverancier en zijn collega terugkwamen bij hun auto. De verdachten spoten pepperspray naar de slachtoffers, sloegen en schopten hen en probeerden een tas met geld van de leverancier af te pakken. De verdachten wisten de tas uiteindelijk te bemachtigen door de riem van de tas door te snijden met een stanleymes. Ze maakten ongeveer 8.435 euro buit.

De rechtbank weegt bij het bepalen van de straf mee dat de mannen grof geweld gebruikten tegen de slachtoffers. Een dergelijke overval is voor de slachtoffers een bijzonder traumatische ervaring waar zij nog jarenlang last van kunnen hebben. De mannen trokken zich hier niets van aan en handelden uit puur winstbejag. De rechtbank houdt er verder rekening mee dat de 41-jarige man eerder is veroordeeld voor een winkeldiefstal. Anderzijds weegt mee dat hij de ernst van het aangedane leed inziet en berouw heeft getoond. De andere verdachte had een blanco strafblad.'



14 september 2016
Vier jaar cel en tbs voor ontucht en kinder- en dierenporno

'Een 43-jarige man uit Vianen heeft zich schuldig gemaakt aan ontuchtige handelingen met een hond en vier zeer jonge kinderen, en het verwerven, vervaardigen en verspreiden van dieren- en kinderporno. De rechtbank Midden-Nederland veroordeelt de man tot vier jaar gevangenisstraf en tbs met dwangverpleging.

Zwakbegaafd
Deskundigen vinden de kans op herhaling groot. Uit hun rapportage blijkt er sprake is van ziekelijke stoornissen bij de man. Hij is zwakbegaafd, heeft een antisociale persoonlijkheidsstoornis, pedofilie en hyperseksualiteit. Hij heeft de drang en neiging om seksueel te experimenteren met kinderen en dieren. Zijn handelen is gericht op directe behoeftebevrediging en wordt niet geremd door normen, waarden, empathie of schaamte. De rechtbank oordeelt dat de man verminderd toerekeningsvatbaar is.

Langdurige en intensieve behandeling
De gepleegde feiten zijn dusdanig ernstig dat - naast de tbs - een celstraf van vier jaar op zijn plaats is. Gelet op de stoornis en de beperkte beïnvloedbaarheid van de man zal de behandeling in de tbs-kliniek naar verwachting lang duren. De rechtbank wijkt mede daarom af van de door de officier van justitie geëiste celstraf van vijf jaar.'



14 september 2016
Motorcrosser veroordeeld voor aanrijding met BOA

'De rechtbank Oost-Brabant heeft een 27-jarige man uit Venray veroordeeld tot geldboetes van in totaal 590 euro en een voorwaardelijke rijontzegging van 6 maanden. De motorcrosser reed over een bospad waar hij niet mocht komen en veroorzaakte een ongeval waarbij een BOA een zware armbreuk opliep.

De man reed in maart vorig jaar - samen met 2 anderen - op zijn crossmotor over een bospad in Overloon. Daar vond een controle op illegale motorcrossers plaats. De man kwam met zijn motor in aanraking met een BOA die met een stopbord in haar hand probeerde de man tot stoppen te manen. Zij brak hierbij haar arm. De rechtbank oordeelt dat de man aanmerkelijk onvoorzichtig en onoplettend reed en veroordeelt hem daarom tot een geldboete van 500 euro en een voorwaardelijke rijontzegging van 6 maanden. Voor het illegaal op een motor betreden van het bospad krijgt hij een boete van 90 euro. De rechtbank spreekt de man vrij van een tenlastegelegde mishandeling van een van de BOA’s.

De rechtbank rekent het de verdachte zwaar aan dat hij dicht op zijn voorganger en met een voor de situatie ter plaatse te hoge snelheid reed op een plek waar hij niet mocht rijden. Zeker omdat hij had moeten beseffen dat er op die bewuste zondagochtend andere weggebruikers in het bos zouden kunnen zijn. Die kans werd nog reëler toen de man nabij het bospad een auto had zien staan. Toch minderde hij geen vaart. De man toonde daarmee geen enkel verantwoordelijkheidsgevoel. Anderzijds weegt de rechtbank zwaar mee dat de controleplaats en de wijze waarop de controle door de BOA’s werd uitgevoerd, gevaarlijke situaties konden opleveren. De rechtbank acht het onverantwoordelijk van de BOA’s om kennelijk alles in het werk te willen stellen om illegale motorcrossers te beboeten en daarmee de veiligheid van de crossers en die van zichzelf uit het oog te verliezen. Ook toonde de verdachte oprecht berouw, is hij niet eerder veroordeeld en liep hij zelf ernstig letsel op bij het ongeval.

De man moet het slachtoffer van de aanrijding een schadevergoeding betalen van ruim 500 euro. Dit bedrag was aanvankelijk hoger maar werd door de rechtbank gehalveerd vanwege medeschuld van het slachtoffer. De andere 2 motorcrossers werden door de kantonrechter veroordeeld tot ieder een totale geldboete van 290 euro en 2 maanden voorwaardelijke rijontzegging. De man die voorop reed op het bospad, moet de BOA die haar arm brak bovendien een schadevergoeding van 50 euro betalen.'



14 september 2016
Celstraf voor mishandeling en poging zware mishandeling

'Een 29-jarige man uit Joegoslavië is zojuist door de rechtbank Oost-Brabant veroordeeld voor mishandeling, een poging tot zware mishandeling en diefstallen. Hij krijgt een gevangenisstraf van 8 maanden.

In januari van dit jaar zocht de verdachte de confrontatie met een medebewoner van een asielzoekerscentrum (azc) in Overloon. Tijdens een worsteling sloeg de verdachte het slachtoffer met zijn vuist en een bezemsteel en raakte hij hem met een stoel op zijn hoofd. Ook maakte hij een stekende beweging met een mes in de richting van het slachtoffer. De rechtbank kan niet vaststellen dat de verdachte de intentie had om het slachtoffer daadwerkelijk te raken en spreekt hem daarom vrij van een poging tot doodslag. Hij had wel opzet op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan het slachtoffer door hem met kracht te slaan. Diezelfde dag mishandelde de verdachte ook een andere medebewoner. Hij sloeg de bewoner meerdere keren tegen het hoofd en met een bezemsteel tegen zijn been. De rechtbank veroordeelde de man ook voor 2 diefstallen. In december vorig jaar stal hij 2 keer bij dezelfde winkel in Overloon levensmiddelen en verzorgingsartikelen. Bovendien had hij een busje pepperspray in zijn bezit.

De rechtbank weegt mee dat de man een medebewoner van het azc heeft mishandeld en een ander zwaar lichamelijk letsel probeerde toe te brengen. Het slachtoffer van de eerste aanval hield hieraan onder meer een bult op zijn hoofd, een pijnlijk gebit en zwellingen aan zijn handen over. Gelet op de aard van het gebruikte geweld had dit veel ernstiger kunnen uitvallen. Dat het letsel relatief meevalt, is geenszins aan de verdachte te danken. De slachtoffers zullen momenten van angst en machteloosheid hebben gekend en door de geweldsexplosie zal hun veiligheidsgevoel, maar ook het algemene veiligheidsgevoel in het azc, zijn aangetast. Anderzijds rekent de rechtbank de mishandeling en de poging tot toebrengen van zwaar lichamelijk letsel in verminderde mate aan de verdachte toe, omdat de man volgens een psychiater en een psycholoog een persoonlijkheidsstoornis heeft.

De rechtbank legt de man ook een geldboete van 290 euro op voor het bezit van de pepperspray.'



9 september 2016
2,5 jaar cel voor oplichting en diefstal van bejaarde vrouwen

'Een 26-jarige vrouw en een 22-jarige man uit Utrecht zijn veroordeeld tot 2,5 jaar gevangenisstraf waarvan een jaar voorwaardelijk voor oplichting en diefstal van (hoog) bejaarde alleenstaande vrouwen op verschillende plekken in Nederland in 2015 en 2016.

Collecteren
De man en de vrouw deden zich telkens voor als collectanten van een stichting voor gehandicapte kinderen. Zij collecteerden met een collectebus en/of verkochten kaarten, waarvan de opbrengst naar de stichting zou gaan. Vervolgens vroegen zij of zij gebruik mochten maken van het toilet of om een glaasje water, zodat zij de woningen konden betreden. Uit de verklaringen van de verdachten blijkt dat steeds één van hen een praatje maakte met het slachtoffer, zodat de ander op zoek kon gaan naar waardevolle spullen.

Schandelijke manier
De rechtbank vindt dat de verdachten op een schandelijke manier misbruik hebben gemaakt van het vertrouwen van de slachtoffers. De verdachten moeten schadevergoedingen aan verschillende slachtoffers betalen. Aan de voorwaardelijke gevangenisstraf verbindt de rechtbank meerdere voorwaarden. Als de verdachten zich in de proeftijd van twee jaar tijd niet aan de voorwaarden houden, moeten zij alsnog een gevangenisstraf van een jaar uitzitten.'



9 september 2016
Verzoeken toegewezen in zwembadzaak Rhenen

'In het onderzoek naar de verdrinking van een 9-jarige meisje in het zwembad in Rhenen staat de rechter-commissaris toe dat er twee getuigen en een deskundige worden gehoord. Dit is naar aanleiding van een regiezitting besloten. De verhoren worden de komende maanden ingepland. Op basis van de uitkomsten zal het Openbaar Ministerie bepalen of zij definitief overgaat tot vervolging van de toezichthouders.'



8 september 2016
Celstraf voor poging ontucht met jonge meisjes en bezit van kinderporno

'Een 40-jarige man uit Den Haag die geprobeerd heeft ontucht te plegen met meerdere jonge meisjes waaronder een meisje van 11 jaar, meerdere meisjes heeft aangespoord tot het maken van foto’s van zichzelf terwijl zij seksuele handelingen verrichtten, in het bezit was van kinderporno en daarnaast zijn 18-jarige buurmeisje in gevaar bracht door zich onder haar naam aan te bieden als prostituee, krijgt een celstraf van 30 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk. Hij krijgt een hogere proeftijd dan gebruikelijk, namelijk 5 jaren, om herhaling te voorkomen. Ook moet hij een verplichte behandeling ondergaan voor zijn psychiatrische stoornis in verband waarmee hij verminderd toerekeningsvatbaar is. Daarnaast houdt de reclassering gedurende de proeftijd onder andere toezicht op zijn computer. De straf is een half jaar korter dan de officier had geëist, omdat de rechtbank het belangrijk vindt dat de man binnen afzienbare tijd de behandeling kan voortzetten die hij vóór zijn aanhouding al was gestart.

Ontucht
De man heeft op systematische wijze jonge meisjes benaderd met als doel om hen seksuele handelingen met zichzelf te laten verrichten, dit vast te leggen en de afbeeldingen daarvan naar hem te zenden. Daarnaast wilde hij met deze jonge meisjes afspreken en ontuchtige handelingen met hen verrichten.

Kinderporno
Naast de door de meisjes zelf opgenomen en naar verdachte verstuurde afbeeldingen en films van henzelf, had de man films en enkele tienduizenden afbeeldingen van kinderpornografische aard op zijn computer, die hij van het internet had gedownload.

Laster
Daarnaast heeft de man met zijn 18-jarige buurmeisje een vertrouwensband opgebouwd. De man heeft vervolgens op bizarre wijze de eer en goede naam van dit meisje te grabbel gegooid, door zich onder de naam van dit meisje, met daarbij haar foto, aan te bieden als prostituee. Vervolgens heeft de man afspraken gemaakt met mannen die gebruik wensten te maken van de diensten van de prostituee. Daarbij heeft de man deze mannen ook gestuurd naar het adres van het buurmeisje die daar dan aanbelden. Hij heeft zijn buurmeisje op deze wijze ook nog potentieel in groot gevaar gebracht.'



8 september 2016
Inspectierapporten over restaurants mogen openbaar

'De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) mag de inspectierapporten over de situatie in veertien horecagelegenheden openbaar maken. Dat heeft de Amsterdamse voorzieningenrechter vandaag bepaald.

RTL Nieuws had op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (WOB) aan de NVWA de inspectierapporten opgevraagd van horecaondernemingen die structureel regels van voedselveiligheid en voedselhygiëne overtreden. RTL wil deze informatie op haar website plaatsen, zodat consumenten dat kunnen bekijken voordat ze een tafeltje boeken. De NVWA besloot daarop die rapporten gedeeltelijk te openbaren, inclusief de namen en adresgegevens van de desbetreffende horecagelegenheden.

Van de 230 horecaondernemingen die dit betrof wilden veertien de openbaarmaking door de NWA tegenhouden: zij gingen in beroep tegen de beslissing van de NVWA. Om voortijdige openbaarmaking te voorkomen, verzochten zij de voorzieningenrechter om een voorlopig verbod: totdat de rechtbank op de beroepen zou hebben beslist. De restauranthouders vinden dat zij onevenredig worden benadeeld: de rapporten lopen tot eind oktober 2015 en zijn dus gedateerd. Daarnaast stellen zij hun zaak nu op orde te hebben, of te zijn overgenomen door een nieuwe eigenaar. De horecaondernemers vrezen voor reputatieschade, verlies van klanten en omzetderving.

Hoewel de voorzieningenrechter die belangen van de horecaondernemers erkent, oordeelt hij dat het belang van openbaarheid moet prevaleren. Bovendien krijgt het grotere publiek voldoende informatie om zelf conclusies te trekken. '



8 september 2016
Vrijspraak voor man die 700 kilo caustic soda in bedrijf had opgeslagen

'Een 53-jarige man uit Eindhoven is door de rechtbank Oost-Brabant vrijgesproken van het bezit van 700 kilo caustic soda.

De zakken met caustic soda werden in februari van dit jaar in het garagebedrijf van de man aangetroffen. Caustic soda kan gebruikt worden bij de productie van synthetische drugs. De man verklaarde dat hij hiervan niet op de hoogte was en het product gebruikte om de vloer van zijn garage te reinigen.

Geen opzet
De rechtbank oordeelt dat niet kan worden bewezen dat de verdachte wist of ernstige reden had te vermoeden dat de inhoud van de zakken gebruikt kan worden om drugs mee te maken. De rechtbank neemt hierbij mede in aanmerking dat er bij de man geen andere stoffen of goederen zijn aangetroffen die gebruikt kunnen worden bij de productie van synthetische drugs en dat er een toepassing is gevonden voor caustic soda als reiniger.'



8 september 2016
Veghelse automobilist veroordeeld voor aanrijden bromfietser

'De rechtbank Oost-Brabant heeft zojuist een 22-jarige man uit Veghel veroordeeld voor het veroorzaken van een verkeersongeval op een rotonde in Loosbroek. Hij krijgt een taakstraf van 40 uur en een voorwaardelijke rijontzegging van 6 maanden.

De verdachte reed in februari van dit jaar met zijn auto in de verkeerde rijrichting over een rotonde in Loosbroek. Hij botste vervolgens tegen een vrouw op een bromfiets. De bestuurster hield een gebroken been en pols over aan het ongeval. De rechtbank oordeelt dat de man zich schuldig maakte aan een ernstige verkeersovertreding door linksom over een rotonde te rijden. Anders dan de officier van justitie stelt, is er volgens de rechtbank geen sprake van roekeloos rijden, maar reed hij wel aanmerkelijk onvoorzichtig en onoplettend. Daarom komt de rechtbank tot een lagere straf dan de officier van justitie had geëist.

Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er in het voordeel van de man rekening mee dat hij het door hem aangedane leed inziet. Hij informeerde een dag na het ongeval bij de ouders van het slachtoffer en bezocht haar een week later. De rechtbank legt geen onvoorwaardelijke rijontzegging op, omdat de verdachte zijn rijbewijs nodig heeft voor zijn werk en het bezoeken van zijn school in Dronten.'



8 september 2016
Invoer van ayahuasca thee niet strafbaar

'De rechtbank heeft drie vrouwen van 34, 59 en 37 jaar ontslagen van rechtsvervolging. Zij werden verdacht van het invoeren in Nederland van respectievelijk 29, 33 en 22 kilo ayahuasca thee.

De thee was in Brazilië ritueel bereid en bestemd voor de Santo Daime kerk in Amsterdam. De ayahuasca thee bevat het bestanddeel DMT, een middel dat op de lijst van drugs staat die grond van de Opiumwet niet ingevoerd mogen worden.

De verdediging wilde dat het openbaar ministerie niet ontvankelijk verklaard zou worden wegens schending van het vertrouwensbeginsel. Dat verzoek verwierp de rechtbank. Er is door het openbaar ministerie niets gezegd of gedaan waardoor de verdachten ervan uit mochten gaan dat zij niet vervolgd zouden worden.

Inbreuk op godsdienstvrijheid
Vervolgens stond de vraag centraal of het verbod om de ayahuasca thee in te voeren een ongerechtvaardigde inbreuk op de godsdienstvrijheid van de vrouwen betekende.

Godsdienstvrijheid mag alleen beperkt worden als dat in de wet staat en noodzakelijk is in een democratische samenleving in het belang van onder meer de gezondheid. Dat de oorspronkelijk in Brazilië gestichte Santo Daime kerk een officieel kerkgenootschap is stond niet ter discussie. De consumptie van ayahuasca thee is essentieel in de eredienst van de Santo Daime kerk. Zonder de thee kan de godsdienst niet beleden worden. De ayahuasca thee wordt alleen in Brazilië op rituele wijze bereid en vervolgens in Nederland ingevoerd.

De rechtbank heeft onder meer gekeken naar een rapport van deskundige De Wolff uit 2000 dat nog steeds actueel. Daaruit komt naar voren dat gebruik van ayahuasca thee wel risico’s voor de gezondheid kan hebben, maar dat de kerk daarover correcte en adequate voorlichting geeft. Daarnaast is de thee beperkt beschikbaar en wordt deze onder strikt gereguleerde omstandigheden gebruikt. De conclusie luidt dat het niet aannemelijk is dat het gebruik van ayahuasca thee mede gelet op de beperkte omvang van de Santo Daime kerk een gevaar voor de volksgezondheid is.

Aanvaardbaar risico
Verder vond de rechtbank ook de specifieke omstandigheden voor het vervoer, de opslag, het bezit en het gebruik van de thee binnen de Santo Daime kerk van belang. Zo wordt de thee alleen gezamenlijk tijdens de erediensten gebruikt; aan de hand van het aantal erediensten en het aantal leden wordt vastgesteld hoeveel liter thee er jaarlijks nodig is. Het vervoer vanuit Brazilië wordt gedocumenteerd en de thee wordt door de kerkleiders bewaard. De rechtbank vindt dat alles bij elkaar genomen dat er slechts sprake is van een zeer gering en dus aanvaardbaar risico voor de gezondheid. De rechtbank hecht meer waarde aan de bescherming van de godsdienstvrijheid en vindt een inperking daarvan niet noodzakelijk.

Geen strafbaar feit
De invoer van de ayahuasca thee heeft dus wel plaatsgevonden maar is in deze zaak geen strafbaar feit. De drie vrouwen worden dan ook van alle rechtsvervolging ontslagen.'



8 september 2016
Terneuzenaren vrijgesproken van poging tot moord

'Twee mannen uit Terneuzen van 38 en 26 jaar oud zijn door de rechtbank Zeeland-West-Brabant vrijgesproken van poging tot moord. Er is onvoldoende bewijs dat de mannen achter de schietpartij zaten waarbij in december 2014 een plaatsgenoot zwaar gewond raakte. De verdachten worden wel veroordeeld voor verboden wapenbezit en poging tot doodslag bij een eerder incident.

Steek- en schietpartij
Op 30 november 2014 waren de 38-jarige verdachte en het slachtoffer van de latere schietpartij betrokken bij een incident in het uitgaansgebied van Terneuzen. Na een woordenwisseling werd het slachtoffer door de verdachte in de nek gestoken met een mes. Voor dat feit wordt de verdachte door de rechtbank veroordeeld wegens poging tot doodslag. Het slachtoffer kwam er destijds met lichte verwondingen van af. Op 16 december werd hij in Terneuzen opgewacht door twee mannen die hem meerdere malen in de rug schoten. Het slachtoffer raakte hierdoor permanent verlamd. In zijn verklaringen gaf hij aan dat hij de twee verdachten had herkend als de daders.

Gebrek aan bewijs
In het dossier wordt deze verklaring echter niet ondersteund door aanvullend bewijs. Er is geen forensisch bewijs dat de verdachten aanwijst als de schutters: DNA-onderzoek leverde niets op. Ook de verklaringen van getuigen en de Whatsapp-berichten van de verdachten in de periode van de schietpartij bevatten onvoldoende aanwijzingen voor hun betrokkenheid. Vandaar dat de rechtbank niet meegaat in de eis van de officier van justitie, die celstraffen van 16 en 13 jaar had geëist.

Andere feiten
De rechtbank acht wel wettig en overtuigend bewezen dat de 38-jarige verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan poging tot doodslag tijdens de steekpartij in november 2014. Hij krijgt daarvoor anderhalf jaar gevangenisstraf. De 26-jarige medeverdachte moet voor een half jaar de cel in omdat in februari 2015 een verboden vuurwapen in zijn woning werd aangetroffen.'



7 september 2016
Gevangenisstraffen voor woninginbraak en inrijden op agenten tijdens achtervolging

'De rechtbank heeft twee mannen van 20 en 22 jaar veroordeeld voor een woninginbraak in Wassenaar op 18 december 2015. De mannen krijgen een gevangenisstraf van respectievelijk elf en zeven maanden.

Inbraak en achtervolging
Bij deze inbraak werd een grote hoeveelheid sieraden weggenomen. Na de inbraak gingen de mannen er met een auto van door. De politie was hen al snel op het spoor, waarna een dollemansrit door Oegstgeest, Katwijk en Leiden volgde. De 20-jarige man die achter het stuur zat, reed tijdens de vluchtpoging recht op een stilstaande politieauto af waarin twee agenten zaten. De man reed met zeer hoge snelheid en stuurde pas op het allerlaatste moment opzij. De rechtbank acht bewezen dat de man met dit rijgedrag de bedoeling had om de agenten grote angst aan te jagen. Daarmee heeft hij zich naast de inbraak ook schuldig gemaakt aan bedreiging.

Strafoplegging
De rechtbank heeft aan de verdachte die tijdens de vlucht achter het stuur zat een gevangenisstraf van elf maanden opgelegd, een maand hoger dan door de officier van justitie was geëist. Ook moet de man de beide agenten een schadevergoeding betalen.

De 22-jarige man is vrijgesproken van de bedreiging, omdat hij niet de bestuurder van de auto was en de rechtbank hem daarom het inrijden op de agenten niet aanrekent. Hij krijgt een gevangenisstraf van zeven maanden voor de woninginbraak.'



7 september 2016
42 maanden celstraf voor inbreker uit Oss

'De rechtbank Oost-Brabant heeft zojuist een 22-jarige man uit Oss veroordeeld tot een gevangenisstraf van 42 maanden voor 7 woninginbraken en 1 poging daartoe.

De man haalde tussen augustus 2014 en maart van dit jaar in woningen in Lith, Nistelrode en Vught onder meer camera’s, een laptop, paspoort, geld en sieraden weg. Bij één van die inbraken gebruikte de verdachte bovendien geweld tegen de bewoner. In augustus 2015 probeerde hij in een woning in Helvoirt in te breken, maar slaagde er niet in iets buit te maken.

De rechtbank legt een langere celstraf op dan de officier van justitie eiste, omdat de rechtbank een inbraak in Vught, in tegenstelling tot de officier van justitie, wel bewezen acht. De rechtbank rekent de man een inbraak in Lith waarbij geweld gebruikt werd het zwaarst aan. De verdachte werd destijds door de bewoner betrapt. Hij reed met zijn auto weg terwijl de bewoner het nog openstaande autoportier vasthad, waardoor de bewoner met zijn hoofd tegen de grond sloeg. Deze ervaring heeft op het slachtoffer een enorme impact gehad. De verdachte ging brutaal en met een zekere professionaliteit te werk: hij liep eerst in de betreffende woonwijk rond tot hij een geschikte woning vond en sloeg vervolgens, op klaarlichte dag, zijn slag. Hij veroorzaakte niet alleen de nodige materiële schade, maar maakte ook een forse inbreuk op de privacy van de bewoners. Het is voor de benadeelden vaak bijzonder onaangenaam om te leven met de wetenschap dat een vreemde hun woning heeft doorzocht en goederen en andere persoonlijke bezittingen heeft weggenomen. De man trok zich van dit alles niets aan en was alleen uit op financieel gewin. De verdachte moet 3 benadeelden een schadevergoeding betalen van in totaal 12.994,29 euro.'



7 september 2016
Legesheffing omgevingsvergunningen Rotterdam uit 2013 onverbindend

'Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen in de gemeente Rotterdam uit 2013 is onverbindend. Dat heeft het gerechtshof Den Haag op 7 september in hoger beroep bepaald. In de twee aan het hof voorgelegde zaken bedroegen de bouwsommen €1.875.000,- en €1.375.000,- en is tweemaal een bedrag aan leges van €100.335,- in rekening gebracht.

Het betreffende tarief is opgenomen in de Tarieventabel behorend bij de Verordening leges omgevingsvergunning 2013 van de gemeente Rotterdam. Volgens de Tarieventabel 2013 wordt een vast bedrag aan leges per categorie aan bouwkosten in rekening gebracht. Hierbij is sprake van een zogenaamd zaagtandeffect. Een minieme overschrijding van een tariefklasse resulteert bij bepaalde overgangen vrijwel in een verdubbeling of in meer dan een verdubbeling van de verschuldigde leges. Het tarief differentieert van ongeveer 1,5% tot ruim 9,5% van de bouwsom. Zo bedragen bij een bouwsom van €15.400,00 de leges €619,- (4% van de bouwsom) en bij een bouwsom van €15.400,01 bedragen de leges €1.425,- (9,25% van de bouwsom). Bij bijvoorbeeld een bouwsom van € 154.200,- bedragen de leges € 5.525,- (3,58% van de bouwsom) en bij een bouwsom van €154.200,01 bedragen de leges € 13.033,- (8,46% van de bouwsom). Vanaf categorie VI tot categorie X wordt het tarief vrijwel verdubbeld per overgang.

Het gerechtshof Den Haag is van oordeel dat bovenstaande leidt tot een willekeurige en onredelijke legesheffing die de wetgever niet op het oog kan hebben gehad. Het gevolg is dat de aanvrager van de omgevingsvergunningen geen leges is verschuldigd.'



6 september 2016
Voormalig penningmeester moet verduisterd geld binnen 3 jaar terugbetalen

'Het gerechtshof Amsterdam heeft een voormalig penningmeester van de Stichting De vrienden van het Purmerends museum vandaag wegens verduistering veroordeeld. Aan hem is een gevangenisstraf van 9 maanden opgelegd, waarvan 8 maanden voorwaardelijk. Als bijzondere voorwaarde dient hij het verduisterde geld (een bedrag van € 182.500) voor het einde van de proeftijd van 3 jaar aan deze Stichting terug te betalen.'



6 september 2016
Tilburgs bedrijf en directie veroordeeld voor fraude met subsidie

'De rechtbank Oost-Brabant heeft vandaag 2 directeuren van een Tilburgs bedrijf, een 42-jarige man en vrouw uit Tilburg, veroordeeld tot taakstraffen van 240 uur en voorwaardelijke gevangenisstraffen van 3 maanden. De directeuren vervalsten documenten en streken zo 80.000 euro subsidie op. Het bedrijf kreeg een voorwaardelijke geldboete van 10.000 euro opgelegd.

De directeuren leverden meerdere keren valse documenten in bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en deden het zo voorkomen dat zij in het kader van de subsidieregeling goederen en diensten hadden geleverd aan een aantal midden- en kleinbedrijven. Het bedrijf fungeerde als tussenpersoon bij het aanvragen van de subsidies. De directeuren incasseerden op deze manier in totaal 80.000 euro en betaalden daarmee onder meer hun eigen salarissen uit.

Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat de verdachten financieel voordeel hebben gehad doordat zij zich op doortrapte, oneigenlijke wijze, subsidiegelden hebben toegeëigend. Anderzijds weegt mee dat de verdachten een blanco strafblad hadden en de 80.000 euro inmiddels hebben terugbetaald aan RVO.'



6 september 2016
Niet stopzetten studentenreisproduct, gezondheidstoestand geen overmachtssituatie

'De Centrale Raad van Beroep oordeelt in zijn uitspraak van 31 augustus 2016 dat uit de aanwezige medische gegevens geen onvermogen blijkt tot persoonlijk en sociaal functioneren, waardoor appellant niet in staat was het studentenreisproduct tijdig stop te zetten of te laten stopzetten.

De rechtbank heeft terecht geoordeeld dat appellants gezondheidstoestand geen overmachtssituatie oplevert. Met juistheid heeft de rechtbank overwogen dat het zeer wel voorstelbaar is dat, zeker door de opname van appellant in een gesloten afdeling in de periode van 11 september 2013 tot en met 23 september 2013, bij hem en zijn familie voor het stopzetten van het studentenreisproduct geen aandacht is geweest. Dat maakt niet dat het niet stopzetten van het studentenreisproduct appellant op geen enkele wijze kan worden toegerekend. Appellant stopte in augustus 2013 met zijn studie en diende uiterlijk de vijfde werkdag van september 2013 het studentenreisproduct te beëindigen. De rechtbank heeft, onder verwijzing naar het rapport van de medisch adviseur van 16 maart 2015, terecht niet aannemelijk geacht dat het voor appellant in de periode voor zijn opname dan wel na zijn opname volstrekt onmogelijk was om zijn studentenreisproduct stop te zetten of door een derde te laten stopzetten.

De Centrale Raad van Beroep is de hoogste rechter op het gebied van het sociale bestuursrecht, het ambtenarenrecht en delen van het pensioenrecht.

Dit is een nieuwsbericht op basis van de genoemde uitspraak van de Centrale Raad van Beroep. Bij verschil tussen dit nieuwsbericht en de volledige uitspraak is laatstgenoemde beslissend.'



6 september 2016
10 jaar cel voor poging doodslag 88-jarige vrouw en 8 inbraken

'Een 27-jarige man is vandaag tot 10 jaar gevangenisstraf veroordeeld voor een poging doodslag op een 88-jarige vrouw bij een woninginbraak, vijf andere inbraken en drie pogingen daartoe. De rechtbank vond de poging tot doodslag niet bewezen en legde 7 jaar gevangenisstraf op. Het Openbaar Ministerie (OM) eiste in hoger beroep 9 jaar gevangenisstraf. Het hof heeft aan een 32-jarige man 8 maanden gevangenisstraf opgelegd voor het medeplegen van de inbraak bij de bejaarde vrouw en heling van sieraden. Deze medeverdachte is vrijgesproken van de andere inbraken.

Zwaar gewond slachtoffer
De verdachte heeft in maart 2014 ‘s nachts ingebroken in de woning van een 88-jarige vrouw in Alkmaar. Hij trof haar in huis aan, heeft haar op de grond geduwd en nadat zij was opgestaan heeft hij haar meermalen in haar gezicht gestompt. De hoogbejaarde vrouw heeft daardoor ernstig hersenletsel opgelopen. De man heeft zich niet om het slachtoffer bekommerd, maar heeft haar woning doorzocht en een sieraad weggenomen. Hij heeft het zwaargewonde slachtoffer in hulpeloze toestand achtergelaten. De vrouw moest worden opgenomen in een verpleeghuis en raakte haar zelfstandige leven kwijt. Zij is op 10 oktober 2014 overleden.

Poging doodslag gevolgd door diefstal
Anders dan de rechtbank merkt het hof het door de verdachte gebruikte geweld aan als een poging tot doodslag. Het hof vindt dat hij bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat de vrouw aan haar verwondingen zou overlijden, door haar meermalen hard en doelgericht in het gezicht te stompen, waarna zij op de grond is gevallen.

Andere woninginbraken
De verdachte heeft daarnaast in Alkmaar nog 5 woninginbraken gepleegd en drie pogingen daartoe. Hij deed dit bij geselecteerde woningen, waar in 2 gevallen de bewoner sliep terwijl hij in huis was. Naast het wegnemen van goederen heeft de verdachte schade aangericht aan de woningen.

Hogere straf
Het hof legt aan de verdachte een hogere straf op dan de rechtbank en dan door het OM is gevorderd. Het hof acht de poging doodslag bewezen en de opgelegde straf is in overeenstemming met de aard, ernst en hoeveelheid van de feiten die de verdachte heeft gepleegd.

Medeverdachte niet bij de inbraak maar wel medepleger
Het hof merkt de 32-jarige man in diens zaak aan als medepleger bij de inbraak in de woning van de bejaarde vrouw. Hij was er niet bij aanwezig, maar kan volgens het hof wel als medepleger worden aangemerkt. De man had de woning aangewezen aan de 27-jarige verdachte en hem informatie gegeven over de bewoonster. Hij heeft hem ook een breekijzer gegeven.

Vrijspraak medeplegen overige inbraken
De medeverdachte werd verweten dat hij met de verdachte nog acht inbraken of pogingen daartoe heeft gepleegd. Het hof spreekt hem hiervan vrij. Het hof vindt dat er te weinig bewijs is voor betrokkenheid bij deze feiten.'



6 september 2016
Celstraf voor stalking ex-vriendin en bedreiging ex-schoonzus

'De rechtbank heeft vandaag een 33-jarige Arnhemmer veroordeeld voor stalking van zijn ex-vriendin en bedreiging met de dood van zijn ex-schoonzus. De man heeft een celstraf van 240 dagen, waarvan 128 dagen voorwaardelijk, gekregen. Aan de voorwaardelijke straf zit een proeftijd van 3 jaar verbonden met bijzonder voorwaarden waaronder een behandeling.

Facebookberichten
De Arnhemmer heeft zijn ex-vriendin gedurende een periode van een half jaar gestalkt. Hij bestookte zijn ex-vriendin met talloze privéberichten op haar Facebook, onder verschillende profielnamen. Een aantal van deze berichten was ook bedreigend. Op dezelfde manier – door het verzenden van Facebookberichten – heeft de man de zus van zijn ex-vriendin meerdere keren bedreigd met de dood. Bovendien is man al eerder veroordeeld voor het stalken van dezelfde ex-vriendin. De voorwaardelijke een werkstraf van 20 uur uitvoeren die hem eind 2014 voorwaardelijk was opgelegd.

Contactverbod en locatieverbod
Aan de voorwaardelijke celstraf van 128 dagen zijn bijzondere voorwaarden verbonden. Zo heeft de man een meldplicht bij de reclassering en moet hij een behandeling ondergaan. Daarnaast legt de rechtbank de man een locatieverbod en een contactverbod met de ex-vriendin en haar zus op voor 3 jaar. Voor iedere keer dat de man zich niet houdt aan deze bijzondere voorwaarden moet hij 1 week de cel in.

Schadevergoeding
Aan zijn ex-vriendin moet de man een schadevergoeding van 1300 euro betalen en aan haar zus een schadevergoeding van bijna 600 euro.

Verschil met eis officier van justitie
De straf verschilt alleen op het aantal dagen celstraf van de eis van de officier van justitie. De oorzaak hiervan is een verschil in de berekening van het aantal dagen dat de Arnhemmer al in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.'



5 september 2016
Straffen tot vijf jaar cel voor woningoverval in Utrecht

'Twee mannen van 28 en 49 jaar zijn veroordeeld tot gevangenisstraffen van vijf jaar en vier jaar waarvan één jaar voorwaardelijk voor een woningoverval op de Zuidpooldreef in Utrecht in januari 2016. De 46-jarige man die op de uitkijk stond krijgt 20 maanden gevangenisstraf waarvan zes maanden voorwaardelijk en de 45-jarige tipgever 24 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk.

De zaak
De twee hoofdverdachten zochten de slachtoffers, na informatie van de tipgever, thuis op en bedreigden hen met een wapen. Vervolgens werden zij vastgebonden met tiewraps en enige tijd in het toilet opgesloten. De mannen gingen er met ongeveer €1.800,- vandoor. De man op de uitkijk had een essentiële rol omdat de woning zich tegenover het politiebureau bevond. Bij de slachtoffers was niet bekend dat zij bedreigd werden met een nepwapen. Zij hebben dan ook doodsangsten uitgestaan.

Landelijke straffen
Dat rechtbank rekent het de verdachten zwaar aan dat zij totaal geen rekening hebben gehouden met de gevolgen van de overval voor de slachtoffers. De verdachten krijgen straffen die landelijk in vergelijkbare zaken worden opgelegd. De rechtbank heeft bij het opleggen van de straf van één van de hoofdverdachten meegewogen dat hij volledige openheid van zaken heeft gegeven. '



1 september 2016
Gezin moet woning in Aarle-Rixtel verlaten

'Een vrouw en haar 2 zonen moeten op 1 november aanstaande hun huurwoning in Aarle-Rixtel hebben verlaten. Dat bepaalde de kantonrechter van de rechtbank Oost-Brabant vandaag. Het gezin verblijft onrechtmatig in de woning.

De vrouw trok in maart 2015 met haar zonen in bij haar moeder in Aarle-Rixtel. Toen de moeder 1,5 maand later overleed, deed de vrouw een verzoek bij de woningbouwstichting om de huurovereenkomst van de sociale huurwoning te mogen overnemen. In november vorig jaar liet de stichting via een brief weten dat de huurovereenkomst per 1 juli was geëindigd en dat die overeenkomst niet kan worden voortgezet, omdat er geen sprake zou zijn van een duurzame gemeenschappelijke huishouding. De vrouw kreeg wel tot 1 maart 2016 de tijd om een nieuwe woning te zoeken. Deze termijn werd tussentijds verlengd tot 1 augustus na een akkoord tussen beide partijen in een zogenaamde beëindigingsovereenkomst. Omdat de woning op die datum niet was ontruimd, verzocht de woningbouwstichting de vrouw via de kantonrechter de woning alsnog te verlaten.

De stichting wijst op de beëindigingsovereenkomst waarin is vastgelegd dat de vrouw haar woning vóór 1 augustus 2016 zou verlaten. De vrouw stelt dat de stichting bij het aangaan van die overeenkomst zou hebben toegezegd of in ieder geval de indruk zou hebben gewekt, haar te zullen begeleiden naar een andere woning. De vrouw reageerde inmiddels zonder succes op ruim 130 woningen.

De kantonrechter oordeelt dat de vrouw onvoldoende heeft aangetoond dat er bij het aangaan van de overeenkomst toezeggingen zijn gedaan door de stichting over het verkrijgen van een andere woning. De stichting spreekt ook tegen dat dergelijke garanties zijn geboden. De kantonrechter stelt de stichting daarom in het gelijk en bepaalt dat de vrouw en haar zonen zonder recht of titel in de woning verblijven. Het zou volgens de vrouw in strijd zijn met de redelijkheid en billijkheid om haar en haar zonen per direct uit de woning te zetten. Te meer nu 1 kind behoefte heeft aan structuur vanwege een verstandelijke beperking. De kantonrechter oordeelt dat die omstandigheden, hoe betreurenswaardig ook, geen grond zijn om de ontruiming af te wijzen. De vrouw is er sinds januari mee bekend dat ze op 1 augustus had moeten vertrekken. De kantonrechter gunt haar tot 1 november 2016 de tijd om de woning alsnog te verlaten. Hiermee wordt voldoende tegemoet gekomen aan haar belangen om een andere woning te kunnen vinden, waarbij in het bijzonder rekening wordt gehouden met het feit dat de kinderen bij een verhuizing wellicht van school moeten wisselen.'



Bron: www.rechtspraak.nl.

-
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl