Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-

- rechtspraak

Datum uitspraak: 21-06-2010



De belangrijkste passage van de uitspraak en/of conclusie:
Ingevolge artikel 6:228, lid 1 BW zijn overeenkomsten vernietigbaar, wanneer zij tot stand zijn gekomen onder invloed van dwaling. Noch in Boek 6, noch in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek maakt de wetgever een uitzondering op deze regel voor de arbeidsovereenkomst. Heeft de wetgever de mogelijkheid van buitengerechtelijke ontbinding wegens wanprestatie nog uitgesloten in artikel 7:686, tweede volzin BW, voor de vernietiging kent het arbeidsrecht een dergelijke bepaling niet.

De kantonrechter zoekt in deze kwestie1 aansluiting bij een tweetal arresten van de Hoge Raad, te weten HR 6 maart 1992, NJ 1992, 509 en HR 24 mei 1996, JAR 1996/141. Deze uitspraken zien weliswaar niet op een wilsgebrek, maar op de rechtsgeldigheid van in een arbeidsovereenkomst opgenomen ontbindende voorwaarden. Daarin ligt echter een parallel met de dwaling. Bij een ontbindende voorwaarde gaat het immers om een bij het aangaan van de overeenkomst voorziene situatie die, indien zij zich voordoet, moet leiden tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst. In het geval van dwaling gaat het om een achteraf gebleken, maar ten tijde van het aangaan van de arbeidsovereenkomst niet bekende situatie, die aanleiding zou moeten geven om de arbeidsovereenkomst te beëindigen.

Het eerste arrest betrof – zakelijk weergegeven - een specialist, Mungra, die in dienst was van een maatschap. In de arbeidsovereenkomst was een bepaling opgenomen die erop neerkwam dat de arbeidsovereenkomst zou zijn ontbonden, wanneer de Stichting voor wie de maatschap werkzaam was Mungra niet zou toelaten als specialist in de door haar, de Stichting, geëxploiteerde ziekenhuizen. Dat geval deed zich voor, waarop de maatschap het standpunt innam dat de arbeidsovereenkomst met Mungra door de ontbindende voorwaarde was geëindigd. De HR oordeelde in dit geval dat het opnemen van een ontbindende voorwaarde in een arbeidsovereenkomst niet noodzakelijkerwijs onverenigbaar hoeft te zijn met het gesloten karakter van het Nederlands ontslagrecht. Van geval tot geval moet bezien worden of de strekking van de regels van het ontslagrecht moeten leiden tot nietigheid van een ontbindende voorwaarde.

Het tweede arrest betrof een ontbindende voorwaarde in een arbeidsovereenkomst die inhield dat de arbeidsovereenkomst zou eindigen bij verkoop van een bedrijf. Deze voorwaarde was volgens de Hoge Raad wel in strijd met het gesloten stelsel van het ontslagrecht. Een dergelijke voorwaarde kan de ontslagbescherming bij overgang van een onderneming doorkruisen. Ook bij het beëindigen van bedrijfsactiviteiten dient opzegging met toestemming van het UWV plaats te vinden.


Klik hier voor de hele uitspraak.

-
-
WWW.UWWET.nl
2010. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl