Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Nieuws


Datum en nieuws - maart 2011:


21 maart 2011
Meervoudige kamer in vastgoedfraudezaak Klimop

'De Haarlemse meervoudige strafkamer c.q. de voorzitter in de vastgoedfraudezaak Klimop is op vrijdag 18 februari 2011 en maandag 21 maart 2011 in de zaken van vijf verdachten gewraakt. De inhoudelijke behandeling van deze strafzaken is geschorst'.



21 maart 2011
Verzoek exploitant Bokkingshang afgewezen

'In het kort geding dat vrijdag 18 maart 2011 is behandeld heeft de voorzieningenrechter van de sector bestuursrecht van de rechtbank Zwolle- Lelystad vanmiddag zijn beslissing laten weten. Het verzoek van de exploitant van prostitutieramen is afgewezen.

De gemeente Deventer had de exploitant van de prostitutieramen aan de Bokkingshang verplicht de exploitatie te beëindigen. De exploitant heeft hiertegen bezwaar gemaakt. In het kort geding dat afgelopen vrijdag diende heeft hij verzocht het besluit van de gemeente te schorsen, zodat gedurende de bezwaarperiode de prostitutieramen open mogen blijven. De voorzieningenrechter heeft vandaag beslist dat dit verzoek van de exploitant wordt afgewezen'.



21 maart 2011
Vrijspraak verdachte voor doodrijden meisjes in Wildevank

'De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken die vorig jaar juni in Wildervank twee meisjes van tien heeft doodgereden.

De rechtbank komt tot de slotsom dat de aanwezigheid op de rijbaan van de twee slachtoffers, gelet op de lage houding die zij op dat moment hadden ingenomen, niet kon worden voorzien door de verdachte.

Er konden bovendien geen andere (bijkomende) omstandigheden of onvoorzichtige gedragingen worden vastgesteld om te kunnen concluderen dat er een aan verdachtes schuld te wijten ongeval heeft plaatsgevonden. Zo heeft het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) op basis van de beschikbare gegevens geen zinvolle snelheidsberekening kunnen maken. De rechtbank heeft daardoor geen aanknopingspunten om aan te nemen dat de verdachte harder heeft gereden dan de toegestane maximumsnelheid van 30 km/u'.



16 maart 2011
ZZP-ers kunnen zich tot de commissie Asscher-Vonk wenden

'De Centrale Raad van Beroep stelt in lopende (hoger)beroepsprocedures ZZP-ers in de gelegenheid kenbaar te maken of zij een advies van de commissie onder voorzitterschap van prof. mr. Asscher-Vonk willen.

De Centrale Raad van Beroep is de hoogste rechter op het gebied van het sociale bestuursrecht, het burgerlijke en militaire ambtenarenrecht en delen van het pensioenrecht.

In 2010 heeft de Centrale Raad van Beroep gewacht met de behandeling van ruim 130 procedures van zelfstandigen zonder personeel (ZZP-ers). Het Uitvoeringsorgaan werknemersverzekeringen (Uwv) was namelijk begonnen met een nieuwe beoordeling van die zaken. Het gaat om ZZP-ers die vanuit de Werkloosheidswet (WW) als zelfstandige zijn gestart en die later zijn geconfronteerd met een herziening van hun WW-uitkering, een terugvordering of een boete.

Voor de zaken waarin geen (hoger) beroep is ingesteld en die dus niet bij de rechter liggen, heeft het Uwv een adviescommissie onder voorzitterschap van prof. mr. Asscher-Vonk ingesteld. De commissie-Asscher-Vonk adviseert het Uwv in die zaken over de afgewezen verzoeken van ZZP-ers.

Om te voorkomen dat ZZP-ers die wel (hoger) beroep hebben ingesteld in een ongunstiger positie worden gebracht, heeft de Centrale Raad van Beroep in een uitspraak van 15 maart 2011 bepaald dat de bestuursrechter ook in lopende (hoger)beroepsprocedures ZZP-ers in de gelegenheid stelt kenbaar te maken of zij een advies van de commissie-Asscher-Vonk wensen. Is dat het geval, dan vraagt de bestuursrechter het Uwv de commissie-Asscher-Vonk in te schakelen en vervolgens een nader standpunt te bepalen. Dat nadere standpunt betrekt de bestuursrechter dan bij zijn uitspraak'.



15 maart 2011
Gemeente Dordrecht niet aansprakelijk voor schade aan huizen door paalrot

'Het gerechtshof in Den Haag heeft op 15 maart 2011 in hoger beroep uitspraak gedaan over de vraag of de gemeente Dordrecht aansprakelijk is voor schade die is ontstaan aan de houten fundering van huizen in deze gemeente. Het hof heeft, net als de rechtbank, geoordeeld dat de gemeente Dordrecht voor die schade niet verantwoordelijk kan worden gehouden. De vordering tot vergoeding van schade die een aantal huiseigenaren had ingesteld is afgewezen.

In de gemeente Dordrecht zijn veel huizen gefundeerd op houten palen. Als het grondwater zakt, kunnen deze palen gedeeltelijk droog komen te staan. Als die droogstand te lang duurt, ontstaat paalrot en verliest de fundering zijn dragend vermogen. Een lekkende riolering kan een oorzaak zijn van droogstand, omdat het grondwater dan de riolering binnendringt en wordt afgevoerd.

Een aantal huiseigenaren, dat met funderingsschade kampt, vindt dat de gemeente Dordrecht de riolering niet goed heeft onderhouden, met droogstand van funderingspalen en paalrot als gevolg. De gemeente is verantwoordelijk voor het beheer van het rioleringsstelsel. Ook vinden de huiseigenaren dat de gemeente hen veel eerder voor deze problemen had moeten waarschuwen, dan had de schade zo veel mogelijk kunnen worden voorkomen. De huiseigenaren vorderen in deze procedure dat de gemeente wordt veroordeeld hun schade te vergoeden.

Het hof is van oordeel dat de gemeente Dordrecht geen verwijt treft. De gemeente heeft binnen de grenzen van haar (financiële) mogelijkheden en met de kennis waarover zij indertijd beschikte de rioleringsproblematiek adequaat aangepakt. De gemeente heeft veel onderzoek laten uitvoeren naar de omvang van de problematiek en daarop haar beleid afgestemd. De gemeente heeft bij het herstel van de riolering prioriteiten gesteld en ook mogen stellen. Het hof is van oordeel dat de gemeente Dordrecht daarbij niet onjuist te werk is gegaan, ook al zal bij de huiseigenaren de indruk zijn ontstaan dat het allemaal erg lang duurde. De gemeente heeft de huiseigenaren op 17 oktober 2000 voor het risico op paalrot door droogstand gewezen. Het hof oordeelt dat de gemeente niet eerder had hoeven te waarschuwen, daar de gemeente zelf pas in september 2000 zicht had gekregen op de omvang van de funderingsproblematiek'.



14 maart 2011
Vrijspraak van moord op Frans Loomeijer in Tilburg

'De rechtbank Breda heeft vervroegd uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 28-jarige man uit Tilburg. De man is vrijgesproken van moord op Frans Loomeijer, die op 5 juni 2009 in de Tartinistraat in Tilburg door een kogel om het leven kwam.

De rechtbank heeft geoordeeld dat er onvoldoende bewijs is dat de verdachte die bewuste dag op Frans Loomeijer heeft geschoten. De rechtbank vindt de twee belangrijkste, belastende getuigenverklaringen en fotoconfrontaties niet betrouwbaar. Beide getuigen hebben het gezicht van de schutter niet goed gezien. Er zijn er weliswaar aanwijzingen dat de verdachte mogelijk een rol heeft gespeeld bij de dood van Loomeijer. Zo zou hij eerder ruzie hebben gehad met het slachtoffer en is zijn gsm rond de schietpartij in de buurt van de Tartinistraat gelocaliseerd. Deze aanwijzingen zijn echter op zichzelf niet voldoende om als bewijs te kunnen dienen.

De officier van justitie had tegen de verdachte 15 jaar cel geëist'.



8 maart 2011
Vordering tot cassatie in het belang der wet

'Op 8 maart 2011 heeft advocaat-generaal Knigge een vordering tot cassatie in het belang der wet ingediend bij de Hoge Raad. Daarmee wordt beoogd de Hoge Raad in de gelegenheid te stellen zich uit te spreken over de vraag wat de consequenties zijn van de uitspraak die het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) op 17 september 2009 deed in de zaak Scoppola. Daarover bestaat zowel in het strafrecht als in het bestuursrecht onzekerheid.

Achtergrond
Het EHRM oordeelde in de Scoppola-uitspraak dat in art. 7 EVRM besloten ligt dat de voor de verdachte gunstigste bepalingen moeten worden toegepast als de wet na het plegen van het feit is veranderd. Een vergelijkbare bepaling is te vinden in art. 1 lid 2 van het Nederlandse Wetboek van Strafrecht. De moeilijkheid is echter dat de Hoge Raad de toepassing van deze bepaling in zijn jurisprudentie afhankelijk heeft gemaakt van de vraag of het inzicht van de wetgever is gewijzigd met betrekking tot de feiten die vóór de wetswijziging zijn gepleegd De vraag is of dat met het Scoppola-arrest te verenigen valt.

Vordering advocaat-generaal
Advocaat-generaal Knigge stelt dat het nog te vroeg is voor het trekken van definitieve conclusies. Dat neemt niet weg dat de Hoge Raad zich er rekenschap van dient te geven dat het EHRM de toepassing van de gunstigste bepaling ziet als een recht van de verdachte waaraan ook de wetgever gebonden is. Dat heeft verschillende consequenties

1. De eerste is dat de Hoge Raad overgangsbepalingen zal moeten toetsen aan art. 7 EVRM.

2. De tweede is dat voor de hantering van het criterium van het gewijzigd inzicht geen plaats meer is als het gaat om wetswijzigingen die verandering brengen in de op het feit gestelde straffen.

3. De derde consequentie is dat het criterium van het gewijzigd inzicht bijstelling behoeft als het gaat om wetswijzigingen die verandering brengen in de strafbaarheid van het feit. Het accent moet niet liggen op het (subjectieve) inzicht van de wetgever, maar op de objectieve noodzaak van voortgezette wetshandhaving.

Verdere gang van zaken
De voorlopige datum voor uitspraak door de Hoge Raad is vastgesteld op 26 april 2011.

Cassatie in het belang der wet
Cassatie in belang der wet biedt de mogelijkheid rechtsvragen te beantwoorden die niet in een concrete zaak aan de Hoge Raad worden voorgelegd. De advocaat-generaal van het parket kan een vordering tot cassatie in het belang der wet instellen. Hij zal dit doen indien een voorgelegde kwestie een duidelijke, overzichtelijke rechtsvraag betreft waarover zich uiteenlopende rechtspraak ontwikkelt. Jaarlijks wordt slechts in een enkel geval aanleiding gezien een vordering tot cassatie in het belang der wet bij de Hoge Raad in te dienen.

Ten slotte
Een vordering tot cassatie in het belang der wet is een rechtsgeleerd advies aan de Hoge Raad. De advocaat-generaal is lid van het parket bij de Hoge Raad. Het parket bij de Hoge Raad is een zelfstandig, onafhankelijk onderdeel van de rechterlijke organisatie. Het behoort niet tot het Openbaar Ministerie. Het parket bij de Hoge Raad kan zich over een door de Hoge Raad te beoordelen zaak niet anders uitlaten dan in het kader van een conclusie of vordering en is dan ook niet in de gelegenheid tot het geven van nader commentaar'.



8 maart 2011
Peter R. de Vries mocht gesprekken met Koos H. niet uitzenden

'Het gerechtshof Amsterdam heeft vandaag 8 maart 2011 geoordeeld dat het aan Peter R. de Vries gegeven – en door hem overtreden – verbod om de beelden van de gesprekken met Koos H. uit te zenden in hoger beroep in stand blijft.

Koos H. werd in 1982 tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld voor de moord op drie jonge meisjes. De Vries wenste meer informatie te verkrijgen over deze drie moorden en over de dubieuze relatie tussen Koos H. en een rechter in Den Haag. Daarom is op zijn initiatief verborgen opnameapparatuur de tbs-kliniek, waarin Koos H. verblijft, binnen-gesmokkeld. De gesprekken met Koos H. werden gevoerd door een oude jeugdvriend van Koos H. Het voornemen was om in drie uitzendingen van het tv-programma ’Peter R. de Vries, misdaadverslaggever’ van deze gesprekken verslag te doen. Op vordering van Koos H., die vindt dat zijn recht op privacy is geschonden, heeft de voorzieningenrechter de tweede en de derde uitzending verboden op straffe van een dwangsom van € 15.000.

Ondanks dat verbod is in de tweede uitzending een deel van de gesprekken met Koos H. uitgezonden. In een direct daaropvolgend kort geding heeft de voorzieningenrechter de dwangsom verhoogd naar € 500.000,-.

In het tegen de beide vonnissen ingestelde hoger beroep heeft het hof het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer van Koos H. afgewogen tegen het recht op vrije meningsuiting, in dit geval de persvrijheid, van De Vries. In dat kader heeft het hof beoor-deeld welk maatschappelijke belang gediend is bij onverkorte uitzending van de gemaakte opnames. In die afweging oordeelde het hof dat het recht van Koos H. op privacy het zwaarst moet wegen en dat het door de voorzieningenrechter uitgesproken verbod terecht was opgelegd.

Het hof vindt dat, omdat het hier gaat om een ernstige maatschappelijke misstand, mogelijk een uitzondering moet worden gemaakt voor uitzending van de opnames die op de Haagse rechter betrekking hebben. De uitzending daarvan heeft inmiddels met inzet van een acteur plaatsgevonden. Of de originele beelden en geluid alsnog mogen worden uitgezonden kon door het hof niet worden beoordeeld omdat het niet over de desbetreffende originele opname beschikt'.



8 maart 2011
Twee jongens veroordeeld voor bedreigen homoseksuele man

'De rechtbank Breda heeft twee jongens van 16 en 17 jaar uit Bergen op Zoom veroordeeld tot een leer- en een werkstraf en een voorwaardelijke jeugddetentie met als bijzondere voorwaarde begeleiding door de jeugdreclassering. Een derde minderjarige jongen had in mei 2010 via een website een afspraak gemaakt met een homoseksuele man. De drie jongens wachtten de man vervolgens op de afgesproken plaats op en dreigden naar de politie te gaan omdat hij een seksdate wilde met een minderjarige. De man gaf hen daarop een geldbedrag van 690 euro.

De rechtbank acht deze dreiging wettig en overtuigend bewezen. De jongens krijgen allebei een leerstraf van 30 uur, onder meer om te werken aan hun beïnvloedbaarheid. De 17-jarige jongen krijgt daarnaast een werkstraf van 90 uur en 105 dagen jeugddetentie waarvan 60 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. De 16-jarige jongen krijgt een werkstraf van 120 uur en een jeugddetentie van 63 dagen waarvan 60 dagen voorwaardelijk. Beide jongens moeten zich laten begeleiden door de jeugdreclassering. Na aftrek van voorarrest hoeven ze nu niet meer terug in detentie.

De officier van justitie had in eerste instantie afpersing in vereniging ten laste gelegd. De rechtbank is nu echter - met de officier van justitie en de verdediging - van mening dat er onvoldoende bewijs is dat de jongens zouden hebben gedreigd met geweld.

De precieze rol van de derde verdachte zal nog aan de orde komen tijdens de behandeling van zijn zaak. Deze staat gepland op 22 maart'.



2 maart 2011
Minister van I&M moet besluit tot verbreding van A1 t Gooi beter motiveren

'Minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu moet binnen twaalf weken het wegaanpassingsbesluit A1 't Gooi op één punt beter motiveren. Dat heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vandaag (2 maart 2011) bepaald in een zogenoemde tussenuitspraak. Het besluit maakt de aanleg van spitsstroken mogelijk bij het knelpunt op de A1 tussen Bussum en Eemnes. Het is onderdeel van de zogenoemde 'Spoedaanpak Wegen' die oud-minister Eurlings in 2009 lanceerde en waarmee hij dertig knelpunten in het Nederlandse wegennet versneld wilde aanpakken. Tegen het besluit hebben de Buurtpreventievereniging Craai uit Huizen, en een aantal inwoners uit Laren, Naarden en Bussum beroep ingesteld.

In de tussenuitspraak oordeelt de Raad van State dat de minister duidelijk moet maken dat de verkeersgegevens uit 2007 waar de minister zich op heeft gebaseerd, nog actueel zijn. In de Spoedwet wegverbreding is weliswaar bepaald dat de minister gebruik mag maken van gegevens die ouder zijn dan twee jaar, maar dan moet zij wel motiveren dat die gegevens nog steeds actueel zijn. Dat is in dit geval niet gebeurd, aldus de hoogste bestuursrechter. De Raad van State betwijfelt 'of staande kan worden gehouden dat deze oudere (verkeers)gegevens nog actueel waren', omdat daarin geen rekening is gehouden met de gevolgen van de wegverbreding bij de A1/A27 bij Eemnes voor dit project. De overige bezwaren van de vereniging en de inwoners treffen geen doel.

De minister krijgt een termijn van twaalf weken om het door de Raad van State geconstateerde gebrek in het wegaanpassingsbesluit te herstellen, of in plaats daarvan een nieuw besluit te nemen. Daarna zal de Raad van State een definitieve uitspraak doen waarbij rekening zal worden gehouden met de wijze waarop de minister het gebrek heeft hersteld.

Op 1 januari 2010 is de Wet bestuurlijke lus Awb in werking getreden. Op grond van deze wet kan de bestuursrechter het bestuursorgaan in een tussenuitspraak de gelegenheid geven een gebrek in de besluitvorming te herstellen in plaats van dit besluit meteen te vernietigen. Het doel van de bestuurlijke lus is om overbodige nieuwe procedures te vermijden en de besluitvorming te versnellen'.



2 maart 2011
Regering mocht zondagsopening van winkels in Westland verbieden

'De regering mocht het besluit van de gemeenteraad van Westland over zondagsopening van winkels in die gemeente vernietigen. Dat heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in een uitspraak van vandaag (2 maart 2011) bepaald. De Westlandse gemeenteraad had in oktober 2009 besloten dat alle winkels in de gemeente op zondag open mochten zijn. De regering vernietigde in maart 2010 dit besluit, omdat dit in strijd zou zijn met de Winkeltijdenwet. Volgens de regering heeft de gemeente Westland geen toeristische aantrekkingskracht.

De gemeenteraad kwam tegen het regeringsbesluit vervolgens in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De gemeenteraad wil graag winkeliers in Westland de mogelijkheid bieden hun winkels elke zondag te openen. Volgens de Winkeltijdenwet mag dit alleen als gemeenten een toeristische aantrekkingskracht hebben. Daarom had de gemeenteraad het hele Westlandse grondgebied aangewezen als 'toeristisch gebied'.

De Raad van State is van oordeel dat de regering het besluit van de gemeenteraad mocht vernietigen, omdat Westland 'weliswaar een bepaalde ambitie heeft op het gebied van toerisme', maar te weinig toeristische aantrekkingskracht heeft om zondagsopening van winkels toe te staan. Het vernietigingsbesluit is verder niet in strijd met de Europese regels over het vrij verkeer van goederen, diensten en vestiging, aldus de hoogste bestuursrechter.

In de Grondwet is bepaald dat de Kroon (regering) alleen een besluit van een provincie of gemeente 'spontaan' mag vernietigen als dat in strijd is met het recht of het algemeen belang. Burgemeester Van der Tak van Westland was het niet eens met het besluit van de gemeenteraad, omdat de gemeente volgens hem geen toeristisch gebied was zoals dat is omschreven in de Winkeltijdenwet. De burgemeester had het besluit bij de regering voorgedragen voor vernietiging.

Tegen de uitspraak van de Raad van State is geen hoger beroep mogelijk'.



Bron: www.rechtspraak.nl.

-
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl