

- rechtspraak
Datum uitspraak:24-08-2010
De belangrijkste passage van de uitspraak en/of conclusie:
Ingevolge artikel 1:160 BW eindigt de verplichting van een gewezen echtgenoot om uit hoofde van echtscheiding levensonderhoud te verschaffen aan de wederpartij, onder meer wanneer deze is gaan samenleven met een ander als waren zij gehuwd of als hadden zij hun partnerschap laten registreren.
Op grond van vaste jurisprudentie van de Hoge Raad (uitspraak van 13 juli 2001, LJN: ZC3603, bevestigd op 3 juni 2005, LJN: AS5961) is voor een geslaagd beroep op artikel 1:160 BW vereist dat tussen de samenwonenden een affectieve relatie bestaat van duurzame aard, die meebrengt dat de gescheiden echtgenoot en die ander elkaar wederzijds verzorgen, met elkaar samenwonen en een gemeenschappelijke huishouding voeren. De Hoge Raad hanteert daarbij het uitgangspunt dat artikel 1:160 BW restrictief moet worden uitgelegd.
Klik hier voor de hele uitspraak.
Uwwet.nl