




- rechtspraak
Datum uitspraak: 11-05-2010
De belangrijkste passage van de uitspraak en/of conclusie:
Indien een crediteur van een vennootschap nadeel ondervindt doordat zijn vordering door de vennootschap onbetaald wordt gelaten en de vennootschap daarvoor geen verhaal biedt, kan er, afhankelijk van de omstandigheden van het concrete geval, grond zijn om de bestuurder van die vennootschap naast de vennootschap persoonlijk voor dat nadeel aansprakelijk te houden. Er is grond voor een dergelijke persoonlijke aansprakelijkheid van de bestuurder indien die bestuurder, alle omstandigheden in aanmerking genomen, onrechtmatig handelen jegens de desbetreffende crediteur kan worden verweten. Van dergelijk onrechtmatig handelen is onder meer sprake indien een bestuurder heeft bewerkstelligd of toegelaten dat de vennootschap haar wettelijke of contractuele verplichtingen niet nakomt en de bestuurder daarvan, mede gelet op zijn verplichting tot een behoorlijke taakuitoefening als bedoeld in art. 2:9 BW, een voldoende ernstig verwijt kan worden gemaakt. Van een dergelijk ernstig verwijt zal in ieder geval sprake kunnen zijn indien de bestuurder wist of redelijkerwijze had behoren te begrijpen dat de door hem bewerkstelligde of toegelaten handelwijze van de vennootschap tot gevolg zou hebben dat de vennootschap haar verplichtingen niet zou nakomen en daarvoor geen verhaal zou bieden (HR 8 december 2006, NJ 2006, 659).
Klik hier voor de hele uitspraak.
Uwwet.nl


