- rechtspraak
Datum uitspraak: 14-07-2010
De belangrijkste passage van de uitspraak en/of conclusie:
Op grond van artikel 3:86 lid 1 BW is, ondanks de onbevoegdheid van de vervreemder, een overdracht van een roerende zaak evenwel geldig indien de overdracht anders dan om niet geschiedt en de verkrijger te goeder trouw is.
In dit verband is artikel 3:11 BW van belang. Daarin is (onder meer) bepaald dat de goede trouw van een (rechts)persoon, vereist voor enig rechtsgevolg, niet alleen ontbreekt indien zij de feiten of het recht waarop zijn goede trouw betrekking kende, maar ook indien zij ze in de gegeven omstandigheden behoorde te kennen. Artikel 3:11 BW impliceert een zekere onderzoeksplicht van de (rechts)persoon die zich op de goede trouw beroept. De aard en omvang van de onderzoeksplicht hangen af van de omstandigheden van het geval.
Klik hier voor de hele uitspraak.
Uwwet.nl