




artikel 106 - rechtspraak
Onderwerp: SCHADEVERGOEDING
Datum uitspraak: 27-04-2001
Rechtsgebied: Civiel overig
De belangrijkste passage van de uitspraak en/of conclusie:
Bij de beoordeling van dit onderdeel moet het volgende tot uitgangspunt worden genomen.
Volgens art. 6:106 BW heeft de benadeelde in geval van nadeel dat niet in vermogensschade bestaat, recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding indien de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen of indien de benadeelde in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Uit de zinsnede: "een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding" en uit het in de conclusie van de Advocaat-Generaal Hartkamp onder 6 geciteerde gedeelte van de memorie van antwoord bij genoemde bepaling volgt dat de rechter die op de voet van deze bepaling schadevergoeding toekent, een discretionaire bevoegdheid heeft met betrekking tot het bepalen van de omvang van die schadevergoeding.
De rechter mag met alle omstandigheden van het geval rekening houden bij de begroting van de schade en hij heeft de bevoegdheid om, indien hij daartoe gronden aanwezig oordeelt, geen schadevergoeding toe te kennen.
Klik hier voor de hele uitspraak.
Uwwet.nl


