Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-

- rechtspraak

Datum uitspraak: 22-07-2010



De belangrijkste passage van de uitspraak en/of conclusie:
Voor de toepasselijkheid van een algemeen verbindend verklaarde cao, waarvan ook de werkingssfeerbepaling algemeen verbindend is verklaard, is die werkingssfeerbepaling beslissend.

Als uitgangspunt geldt voorts dat voor de uitleg van de bepalingen van de CAO in beginsel de bewoordingen daarvan en eventueel van de daarbij behorende schriftelijke toelichting, gelezen in het licht van de gehele tekst van die overeenkomst, van doorslag¬gevende betekenis zijn. Daarbij komt het niet aan op de bedoelingen van de partijen bij de CAO, voor zover deze niet uit de CAO-bepalingen en de toelichting kenbaar zijn, maar op de betekenis die naar objectieve maatstaven volgt uit de bewoordingen waarin de CAO en de toelichting zijn gesteld. Bij deze uitleg kan onder meer acht worden geslagen op de elders in de CAO gebruikte formuleringen en op de aannemelijkheid van de rechtsgevolgen waartoe de onderscheiden, op zichzelf mogelijke tekstinterpretaties zouden leiden. Met betrekking tot de CAO waarom het in dit geval gaat, verdient nog aantekening dat deze niet voorzien is van een schriftelijke toelichting, zodat het voor de uitleg vooral aankomt op de bewoordingen van de CAO-bepalingen, gelezen in het licht van de gehele tekst van de overeenkomst.

Volgens vaste rechtspraak van de Hoge Raad brengt de bijzondere aard van de wettelijke regeling betreffende de arbeidsovereenkomst mee dat in de regeling betreffende de ontbinding ex artikel 7:685 BW, het resultaat van de rechterlijke toetsing aan de eisen van redelijkheid en billijkheid (of aan hetgeen een goed werkgever behoort te doen en na te laten) in beginsel ten volle, onder meeweging van alle voor zijn oordeel relevante factoren, tot uitdrukking behoort te komen in de hoogte van de vergoeding die de rechter op de voet van art. 7:685 BW met het oog op de omstandigheden van het geval naar billijkheid aan een der partijen ten laste van de wederpartij toekent, zodat daarnaast voor zodanige toetsing geen plaats is. De Hoge Raad heeft op deze regel, in zijn arrest van 1 maart 2002 (JAR 2002, 67) een beperking aanvaard, die inhoudt dat deze vergoeding geen betrekking heeft op de aanspraken van de werknemer die zijn ontstaan tijdens de dienstbetrekking en betrekking hebben op de periode voor de beëindiging van de dienstbetrekking en die geen verband houden met de (wijze van) beëindiging van de arbeidsovereenkomst en de gevolgen van de beëindiging.


Klik hier voor de hele uitspraak.

-
-
WWW.UWWET.nl
2010. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl