




- rechtspraak
Datum uitspraak: 25-05-2010
De belangrijkste passage van de uitspraak en/of conclusie:
De voor de beoordeling van het wrakingsverzoek toepasselijke norm is gegeven in artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) en artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) in samenhang met de door de Hoge Raad en het Europese Hof voor de Rechten van de Mens ontwikkelde criteria. Artikel 36 Rv bepaalt dat op verzoek van een partij de rechter die een zaak behandelt, kan worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden. Uitgangspunt daarbij moet zijn dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich een uitzonderlijke omstandigheid voordoet die een zwaarwegende aanwijzing oplevert dat de betreffende rechter vooringenomen is jegens één van de bij de procedure betrokke-nen, althans dat de vrees van die partij voor zulke vooringenomenheid objectief gerecht-vaardigd is.
Klik hier voor de hele uitspraak.
Uwwet.nl


