Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Reglement van Orde van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
<     Naar vorige pagina                                                       Naar volgende pagina     >



Artikel 21.De commissie voor de Werkwijze

Er is een commissie voor de Werkwijze die desgevraagd of eigener beweging de Kamer adviseert over de werkwijze van de Kamer en dit Reglement.



Artikel 21a.De commissie voor de Rijksuitgaven

[Vervallen per 13-12-2016]



Artikel 22.De commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten

1.Er is een commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten.

2.In afwijking van het bepaalde in artikel 25, eerste lid, zijn lid van deze commissie de voorzitters van de fracties, als bedoeld in artikel 11, eerste lid. De Voorzitter benoemt de leden van de commissie.



Artikel 22a.Commissies van advies

Het Presidium kan ten behoeve van zijn eigen werkzaamheden commissies van advies instellen.



§ 3a. Gemengde commissies

Artikel 23.Het onderhouden van interparlementaire betrekkingen

1. Bij afzonderlijk reglement, vast te stellen door de beide Kamers der Staten-Generaal, wordt de instelling van een griffie voor de interparlementaire betrekkingen geregeld.

2. De inhoudelijke aansturing van de dienstverlening aan beide Kamers en de verschillende delegaties wordt verzorgd door een bij genoemd reglement in te stellen gemengde commissie. De gemengde commissie adviseert de Voorzitters en de leden van beide Kamers over interparlementaire aangelegenheden.



Artikel 24.Dienst Verslag en Redactie

1. Bij afzonderlijk reglement, vast te stellen door de beide kamers der Staten-Generaal, worden de zorg voor de Dienst Verslag en Redactie, de taakuitoefening met betrekking tot stenografische en beknopte verslagen, de openbaarmaking van het verslag van het verhandelde in de vergaderingen der Staten-Generaal alsmede de bewaartermijnen geregeld.

2. De bevoegdheid om in het door de Dienst geleverde verslag wijzigingen aan te brengen of aangebrachte wijzigingen ongedaan te maken wordt uitgeoefend door de bij genoemd reglement in te stellen gemengde commissie van beroep voor de Dienst Verslag en Redactie.



§ 3b. Interparlementair Koninkrijksoverleg

Artikel 24a.Parlementair Overleg Koninkrijksrelaties

Indien het Interparlementair Koninkrijksoverleg plaatsvindt onder voorzitterschap van een lid van de Tweede Kamer dan wel zijn plaatsvervanger, is dit Reglement van toepassing, tenzij een van de deelnemende commissies daar tevoren bezwaar tegen heeft gemaakt.



§ 4. De leden en de voorzitter

Artikel 25.De commissieleden

1.De Voorzitter bepaalt uit hoeveel leden een commissie zal bestaan. De Kamer kan anders besluiten.

2.De Voorzitter benoemt de leden en, voor zover hij dit wenselijk acht, plaatsvervangende leden.

3.Ontheffing van het lidmaatschap of plaatsvervangend lidmaatschap kan op verzoek door de Voorzitter worden verleend. In de hierdoor ontstane en in alle andere vacatures voorziet de Voorzitter.

4.De leden en de plaatsvervangende leden van commissies, met uitzondering van die van algemene commissies, worden bij de aanvang van elke zitting opnieuw benoemd. Totdat deze benoemingen zijn geschied blijven de in de vorige zitting bestaande commissies voortbestaan in de oude samenstelling.



Artikel 26.De commissievoorzitter

1.De eerste vergadering van een nieuw ingestelde commissie heeft op uitnodiging en onder leiding van de Voorzitter plaats. In deze vergadering benoemt de commissie uit haar midden een voorzitter, die met de leiding van de verdere werkzaamheden is belast, en een ondervoorzitter.

2.Na de in artikel 25, vierde lid, bedoelde nieuwe samenstelling van een commissie en bij het tussentijds openvallen van het voorzitterschap of het ondervoorzitterschap van een commissie wordt opnieuw in het voorzitterschap of het ondervoorzitterschap voorzien in een daartoe bijeengeroepen vergadering.

3.De keuze van de voorzitter en van de ondervoorzitter wordt aan de Kamer medegedeeld.

4.Bij ontstentenis of verhindering van de voorzitter wordt deze vervangen door de ondervoorzitter of anders door het lid dat het langst in de Kamer zitting heeft. Bij gelijke zittingsduur gaat het oudste lid in leeftijd voor.



§ 5. Bevoegdheden

Artikel 27.Bevoegdheden van commissies

Voor een goede vervulling van haar taken is een commissie in ieder geval bevoegd:
a. zich tot een minister te wenden ter verkrijging van alle stukken waarvan zij de kennisneming nodig acht;
b. mondeling of schriftelijk in overleg te treden met een minister;
c tot het beleggen van rondetafelgesprekken;
d. tot het houden van hoorzittingen;
e. tot het afleggen van werkbezoeken;
f. zich te laten voorlichten door colleges van advies;
g. externe deskundigen in te schakelen;
h. rapporteurs te benoemen;
i. de Kamer voor te stellen een groot project aan te wijzen.



Artikel 28.Vormen van mondeling overleg

Een mondeling overleg met een minister kan:
a. betrekking hebben op een in handen van een commissie gesteld voorstel van wet (wetgevingsoverleg);
b. betrekking hebben op een in handen van een commissie gestelde begroting dan wel onderdeel daarvan (begrotingsoverleg);
c. betrekking hebben op een ander in handen van een commissie gesteld stuk (nota-overleg);
d. gericht zijn op het geregeld van gedachten wisselen over het algemeen beleid (algemeen overleg).



Artikel 29.Hoorzittingen

1.Van het houden van een hoorzitting wordt mededeling gedaan aan de leden van de Kamer en op het internet.

2.Wil een commissie rijksambtenaren horen, dan nodigt zij hen door tussenkomst van de desbetreffende minister uit.



Artikel 30.Colleges van advies

1.De leden kunnen voorstellen om advies te vragen aan externe adviescolleges als bedoeld in artikel 17 van de Kaderwet adviescolleges. Een zodanig voorstel wordt aan een commissie van de Kamer gericht.

2.De commissie zendt het voorstel met haar advies aan het Presidium. Het Presidium legt het voorstel voorzien van het advies van de commissie en zijn eigen advies voor aan de Kamer.

3.De Kamer besluit over het voorstel.



Artikel 30a.Colleges van advies

1 Een commissie kan een of meer leden benoemen tot rapporteur over een in haar handen gesteld stuk, een groot project als bedoeld in artikel 31 waarmee zij is belast, of een ander onderwerp dat haar aangaat.

2 De commissie legt zo spoedig mogelijk de aan het rapporteurschap verbonden taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden schriftelijk vast, en kan tevens de duur van het rapporteurschap vastleggen.

3 Indien een rapporteurschap voor de commissie extra kosten met zich zal brengen, kunnen deze slechts worden gemaakt na voorafgaande goedkeuring van het presidium.

4 Het presidium bericht de Kamer jaarlijks over de in dat jaar lopende en afgeronde rapporteurschappen.



Artikel 31.Grote projecten

Bij afzonderlijke regeling, vast te stellen door de Kamer, worden voorschriften gegeven over grote projecten.



§ 6. Verslagen

Artikel 32.Verslagen

1. Een commissie brengt aan de Kamer verslag uit omtrent de in haar handen gestelde stukken. Deze verslagen bevatten zo beknopt mogelijk hetgeen op het stuk betrekking heeft. De commissie is bevoegd datgene weg te laten, wat zij niet ter zake acht.

2. De Kamer kan besluiten dat een commissie over in haar handen gestelde stukken, die naar het oordeel van de commissie niet in het openbaar kunnen worden behandeld, geen verslag hoeft uit te brengen.

3. Een commissie brengt in ieder geval verslag uit van door haar gevoerd openbaar mondeling overleg met een minister.

4. Alle door een commissie uit te brengen verslagen worden opgesteld onder verantwoordelijkheid van de griffier van de commissie.



§ 7. Commissievergaderingen

Artikel 33.Tijdstippen van bijeenkomen

1.De commissie komt op door haar zelf te bepalen tijdstippen bijeen. Heeft zij hieromtrent geen besluit genomen, dan bepaalt haar voorzitter deze tijdstippen.

2.De voorzitter roept haar in ieder geval binnen een redelijke tijd bijeen zo dikwijls hetzij de regering, hetzij een vierde van haar leden onder opgave van redenen de wens daartoe te kennen geeft.



Artikel 34.Bijwonen vergaderingen

1. Leden en plaatsvervangende leden van een commissie hebben toegang tot al haar vergaderingen.

2. Tot een wetgevingsoverleg, een begrotingsoverleg en een notaoverleg hebben alle leden van de Kamer toegang. Zij hebben het recht aan de beraadslaging deel te nemen.

3. Een commissie kan een of meer leden van de Kamer, die lid noch plaatsvervangend lid van de commissie zijn, op hun verzoek toestemming verlenen een andere commissievergadering dan bedoeld in het tweede lid bij te wonen; in dat geval is het desbetreffende lid bevoegd aan de beraadslaging deel te nemen.



Artikel 35.Voorzitterschap

1. De voorzitter van een commissievergadering heeft dezelfde bevoegdheden als aan de Voorzitter van een vergadering van de Kamer toekomen, met dien verstande dat een uitsluiting ingevolge artikel 60 slechts geldt voor de openbare vergaderingen van die commissie gedurende de dag waarop de uitsluiting plaats heeft.

2. Een gezamenlijke vergadering van twee of meer commissies wordt voorgezeten door de commissievoorzitter, die het langst in de Kamer zitting heeft. Bij gelijke zittingsduur gaat het oudste lid in leeftijd voor.



Artikel 36.Besluitvorming

1. Besluiten worden alleen door de leden van de commissie genomen, met dien verstande dat bij ontstentenis of afwezigheid van een lid zijn plaatsvervanger zijn bevoegdheden uitoefent.

2. Besluiten in een gezamenlijke vergadering van twee of meer commissies worden door elk van de commissies afzonderlijk genomen. Indien de besluiten niet gelijkluidend zijn beslist zo nodig de Kamer.

3. De commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven kan geen besluit nemen, indien niet meer dan de helft van haar leden of hun plaatsvervangers aanwezig zijn.

4. Indien een voorstel eenvoudig en spoedeisend van aard is, kunnen de leden van de commissie langs schriftelijke weg over dat voorstel besluiten. De voorzitter van de commissie beslist of een voorstel eenvoudig en spoedeisend van aard is. Het besluit, bedoeld in de eerste volzin, wordt genomen als ware de Kamer in voltallige samenstelling bijeen en zou zij stemmen als bedoeld in artikel 69, derde lid.



Artikel 37.Openbaarheid commissievergaderingen

1. De vergaderingen van commissies zijn openbaar. De Kamer kan besluiten dat vergaderingen van een bepaalde commissie besloten mogen zijn.

2. Een commissie kan besluiten dat een procedurevergadering, of een gedeelte daarvan, besloten zal zijn.

3. Een commissie kan besluiten een besloten vergadering te houden op voorstel van een lid van de commissie of een minister. Wordt het voorstel gedaan tijdens een openbare vergadering, dan worden de deuren gesloten tot over het voorstel is beslist.

4. Een besloten commissievergadering kan alleen worden gehouden in het gebouw van de Kamer. De leden die deelnemen aan een besloten commissievergadering dienen in de vergaderzaal in persoon aanwezig te zijn. In het geval van bijzondere omstandigheden kan de Voorzitter besluiten dat van de vorige twee volzinnen mag worden afgeweken.
» Praktijkvoorbeeld rechterlijke uitspraak.



Artikel 38 [Vervallen per 01-07-2010]

-

Het reglement van Orde van de Tweede Kamer der Staten-Generaal is voor het laatst geactualiseerd op: 23 januari 2017.

De status van deze wet is: zeer goed.

Klik hier voor meer informatie.

<     Naar vorige pagina                                                       Naar volgende pagina     >
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl