Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-

- rechtspraak

Datum uitspraak: 08-09-2010



De belangrijkste passage van de uitspraak en/of conclusie:
Ingevolge artikel 1, eerste lid, onder g, van de RWN wordt in de RWN en de daarop berustende bepalingen onder toelating verstaan instemming door het bevoegd gezag met het bestendig verblijf van de vreemdeling in Nederland, de Nederlandse Antillen of Aruba.
Ingevolge artikel 7, eerste lid, wordt, met inachtneming van de bepalingen van hoofdstuk 4 van deze wet, aan vreemdelingen die daarom verzoeken door de Koningin het Nederlanderschap verleend.

Ingevolge artikel 8, eerste lid, aanhef en onder b, komt voor verlening van het Nederlanderschap overeenkomstig artikel 7 slechts in aanmerking de verzoeker tegen wiens verblijf voor onbepaalde tijd in Nederland (…) geen bedenkingen bestaan.

Ingevolge artikel 8, eerste lid, aanhef en onder c, zoals dit luidt vanaf 1 april 2003, komt voor verlening van het Nederlanderschap overeenkomstig artikel 7 slechts in aanmerking de verzoeker die tenminste sedert vijf jaren onmiddellijk voorafgaande aan het verzoek in Nederland (…) toelating en hoofdverblijf heeft.

Vóór 1 april 2003 was vijf jaar woonplaats of werkelijk verblijf vereist, welke eis ingevolge artikel 8, tweede lid, niet gold voor degene die tijdens zijn meerderjarigheid is erkend door een Nederlander.

Ingevolge artikel 8, eerste lid, aanhef en onder d, komt voor verlening van het Nederlanderschap overeenkomstig artikel 7 slechts in aanmerking de verzoeker die in de Nederlandse (…) samenleving als ingeburgerd kan worden beschouwd op grond van het feit dat hij beschikt over een bij algemene maatregel van rijksbestuur te bepalen mate van kennis van de Nederlandse taal,(…) alsmede van de Nederlandse (…) staatsinrichting en maatschappij, en hij zich ook overigens in de Nederlandse (…) samenleving heeft doen opnemen.

Ingevolge artikel 10 kan, nadat de Raad van State is gehoord, in zeer bijzondere gevallen het Nederlanderschap worden verleend met afwijking van artikel 8, eerste lid, aanhef en onder a, c en d, artikel 9, eerste lid, aanhef en onder c, en de termijn genoemd in artikel 11, derde, vierde en vijfde lid van de RWN.

Ingevolge artikel 14, eerste lid, voor zover hier van belang, kan de verkrijging of verlening van het Nederlanderschap ingetrokken worden, indien zij berust op een door de betrokken persoon gegeven valse verklaring of bedrog, dan wel op het verzwijgen van enig voor de verkrijging of verlening relevant feit.


De wijzen waarop het Nederlanderschap wordt verkregen, zijn limitatief gegeven in de RWN en de Toescheidingsovereenkomst inzake nationaliteiten tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname. Zoals de Hoge Raad overwoog in zijn uitspraak van 16 september 1994, LJN: ZC1450, is daaronder niet begrepen een verkrijging door de werking van enig algemeen beginsel van behoorlijk bestuur. De Nederlandse nationaliteit kan derhalve niet verkregen worden doordat door een ambtenaar bij eiser, onder meer als gevolg van een onjuiste registratie en het verstrekken van een paspoort, het vertrouwen is gewekt dat hij die nationaliteit bezit.

Volgens de Handleiding strekt artikel 8, eerste lid, aanhef en onder b, van de RWN ertoe te waarborgen, dat het (op grond van de Vreemdelingenwet 2000 gevoerde) vreemdelingenbeleid en het (op grond van de RWN gevoerde) naturalisatiebeleid met elkaar in overeenstemming zijn. Uit de Handleiding volgt dat bij de beoordeling van een verzoek om naturalisatie steeds de vraag beantwoord zal moeten worden of er bedenkingen bestaan tegen het verblijf voor onbepaalde tijd in Nederland. Men dient dan ook in zijn algemeenheid te beschikken over een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd. De rechtbank sluit zich bij deze invulling van het begrip ‘bedenkingen’ aan.

Artikel 10 van de RWN biedt niet de mogelijkheid om in bijzondere gevallen het Nederlanderschap te verlenen met afwijking van artikel 8, eerste lid, aanhef en onder b van de RWN. Onder 2.3. van de toelichting bij artikel 10 van de RWN benadrukt de Handleiding dat de persoon die een beroep doet op dit artikel bij het indienen van het verzoek in het bezit moet zijn van een verblijfsrecht dat naar zijn aard niet-tijdelijk is.




Klik hier voor de hele uitspraak.

-
-
WWW.UWWET.nl
2010. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl